Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Wilo DrainLift M2/8 Einbau- Und Betriebsanleitung Seite 67

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Fig. 7: Aansluiten van de toevoerleiding DN 100/DN 150
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-DrainLift M2/8
• Positie meten en op de minimale aansluithoogte voor de toevoer naar het reservoir en een
verticale invoer in het reservoir letten (90° ± 5°). De horizontale kerflijnen in het reservoir
geven oriëntatie voor de aansluithoogten 180 mm en 250 mm (midden van de leiding).
Andere aansluithoogten zijn traploos mogelijk.
AANWIJZING: Toevoeraansluitingen onder de 180 mm zijn weliswaar mogelijk, maar lei-
den tot een opstuwing in de toevoerleiding. In dat geval bestaat er bij een kort ingestelde
pompnalooptijd het gevaar, dat de leiding wegens de te lage waterspiegeldaling in het
reservoir niet meer volledig leegloopt er zich afzettingen in de leiding vormen (zie 8.2.2
Instelling van de pompnalooptijd).
• Positie en leidingverloop zo kiezen, dat een golfachtige waterinvoer en grote luchtinvoer
zoveel mogelijk worden vermeden.
VOORZICHTIG! Gevaar voor storingen in de werking!
Golfachtige waterinvoer kan de werking van de installatie beperken.
Toevoerleiding zo aansluiten, dat de inkomende waterstroom niet direct de vlotter van
de niveauregeling raakt!
• Om dit te garanderen, de niveauregeleenheid in de dekseldom schroeven, die het verst
van de waterstroom verwijderd ligt. De draadaansluitingen van het deksel van de niveau-
regeleenheid en die van de revisieopening zijn identiek en kunnen worden verwisseld.
• Boring voor de toevoer met gatenzaag (DN 100 leveringsomvang, DN 150 toebehoren) in
een daarvoor bestemd reservoirvlak (fig. 7) aanbrengen. Op een gladde rand letten!
Toerental max. 200 omw/min; indien nodig, zaag af en toe wegleggen, om bramen te ver-
wijderen. Wanneer de rand niet glad is, wordt het reservoirmateriaal heet en begint te
smelten. Zagen onderbreken, kort laten afkoelen en zaag reinigen; Toerental verlagen,
vooruitstuwende druk variëren, eventueel draairichting veranderen (linksloop max.
200 omw/min), totdat er weer een gladde rand aanwezig is.
AANWIJZING: Tussendoor controleren of de gatdiameter 124 mm voor DN 100 resp. 175
mm voor DN 150 bedraagt, aangezien dit beslissend is voor de afdichting van de lei-
dingaansluiting.
• Snijvlakken voor een volledige afdichting ontbramen en glad maken.
• Invoerafdichting (fig. 7, pos. 1) plaatsen,
1. Binnenkant van de afdichting met glijmiddel bevochtigen
2. Slangklem op de leiding schuiven en toevoerleiding ca. 20-30 mm erin schuiven
3. Toevoerleiding en toevoerafdichting met slangklem stevig verbinden
In de toevoerleiding vóór het reservoir is bij het installeren van de installatie binnen het
gebouw volgens EN 12056-4 een afsluiter (toebehoren) vereist (fig. 11).
1
20-30mm
Nederlands
65

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis