18�2�1 Reiniging van de vuurpot
Het is noodzakelijk om te controleren of de vuurpot waar
de verbranding plaatsvindt, goed schoon is en dat de
slakken of restanten niet de openingen ervan verstoppen.
Deze maatregel zal een uitstekende verbranding
garanderen en voorkomen dat de kachel niet ontstoken
wordt.
De reiniging moet dagelijks worden uitgevoerd, voor elke
inschakeling. Voor de kleine reiniging kan de vuurpot
in de kachel blijven, maar als de restanten moeilijk te
verwijderen zijn, dan moet hij uit zijn behuizing worden
gehaald (Afb. 18.1) en schoon geschraapt worden.
De hoeveelheid en de consistentie van de asresten zijn
afhankelijk van de kwaliteit van de gebruikte pellets.
Na iedere onderhoudsingreep moet gecontroleerd worden
of de vuurpot correct in zijn zitting geplaatst is�
18�2�2 Reiniging van de aslade
De aslade moet worden gereinigd op basis van de
gebruikstijd van de kachel en het type gebruikte pellets.
Ga voor de reiniging van de aslade als volgt te werk.
Zuig de in het ascompartiment aanwezige asresten (Afb.
18.2) op met een speciale aszuiger, controleer of de as
volledig uitgedoofd is.
18�2�3 Reiniging van het ruitje
Maak wanneer de kachel koud is, het ruitje schoon met
een doek en een reinigingsmiddel voor ruiten.
Opmerking: in de handel zijn speciale reinigingsmiddelen
voor de ruitjes van kachels verkrijgbaar.
18�2�4 Reiniging van de buisbundelschraper
Tijdens de werking zet zich op het oppervlak van de buizen
van de warmtewisselaar stof en roet af. Om een optimale
werking gedurende het hele seizoen te garanderen,
wordt aanbevolen om de warmtewisselaar periodiek te
reinigen als de kachel koud is. Gebruik de koeler om de
staaf van het schraapijzer eruit te trekken en beweeg het
schraapijzer met een krachtige beweging heen en weer.
Is de reiniging van de warmtewisselaar eenmaal voltooid,
duw de schraper dan in het rooster (laat het nooit naar
buiten getrokken).
Afb. 18.1
Afb. 18.2
NEDERLANDS
Afb. 18.3
Afb. 18.4
123