LaserLiner AL 22 Gebrauchsanweisung Seite 22

Meetmethoden
Afstandberekening
1. Latwaarde of de bovenste
afstandstreep (o=1,44m) en op de
onderste afstandstreep (u=1,36m)
aflezen.
2. Het verschil met de factor 100
vermenigvuldigen (E=100xe)
brengt de afstand E=8m.
Verwijzing naar 3.1 - 3.3:
Om acceptabele resultaten te
bereiken, moet u op het volgende
blijven letten:
-mogelijk gelijke afstanddoelen
aanhouden
-Preciese vertikale afstelling van
de meetlat.
-Inzakken vn statief en meetlat
vermijden.
-Afleesfouten vermijden.
Hoekmeting
1. Loodijn aan het loodhaakje
bevestigen en het statief met
de horizontale statiefkop zo opstel-
len dat het lood iets boven de
grond blijft. Statiefvoeten in de
grond drukken.
22
NEDERLANDS
O=1,44 m
e
U=1,36 m
2. Instrument op het statief
plaatsen en bevestigen. Preciese
centrering van het lood boven het
grondpunt door het veranderen
van de statieflengte of door het
verschuiven van het instrument
voorvereiden.
3. Verrekijker precies op het eerste
doei met de snelafstelling
en zijafstelling uitrichten. Eerste
doel = bekend punt. Stelring
zolang draaien tot zich de nuls-
treep van het horizontale skala
en de afleesindex dekken (punt op
0 zetten).
4. Verrekijker precies op het
tweedde doel uitrichten en de
hoekwaarde
onder de indexstreep aflezen.
W