Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Pattfield Ergo Tools PE-20MSB Bersetzung Der Originalbetriebsanleitung Seite 40

Akku-kappsäge 20 v
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
het gereedschap.
- Adembescherming om het risico van in-
ademen van schadelijk stof te reduceren.
- Handschoen voor hanteren van zaagbladen
(zaagbladen moet in een houder worden ge-
dragen, indien mogelijk) en ruw materiaal.
w) Sluit de zaag aan op een stofzuiger bij
zagen van hout. De bediener moet tevens
worden geïnformeerd over factoren die van
invloed zijn op het vrijomen van stof en de
voorzorgsmaatregelen, bijvoorbeeld het type
materiaal dat wordt bewerkt en het belang
van plaatselijke afvoer (opvangen of bron) en
correcte instelling van kappen / schoten.
Veilige bediening
-
Selecteer het correcte zaagblad voor het
te zagen materiaal. Plaats nooit bladen van
mindere kwaliteit. Plaats alleen zaagbladen
van de correcte maat. Gebruik alleen bladen
met de correcte diametermaat voor de as.
-
Zorg ervoor dat de snelheid die op het zaag-
blad staat ten minste gelijk is aan de snel-
heid die op de zaag wordt aangegeven.
-
Zorg ervoor dat de richtingsmarkering op
het blad correspondeert met de rotatierich-
ting van de motor.
-
Alleen hout of producten zoals houtvezelplaat
van gemiddelde dichtheid kunnen met deze
zaag worden bewerkt. Andere materialen
kunnen barsten of ervoor zorgen dat het blad
vastloopt. Gebruik de zaag niet om andere
dan de aangegeven materialen te zagen.
-
Gebruik de zaag niet zonder de bescher-
mers in de juiste positie en alleen wanneer
het apparaat in goede conditie is en goed is
onderhouden.
-
Zorg ervoor dat de arm goed vast zit bij
schuinzagen.
-
Zorg ervoor dat de vloer rond de machine
stabiel en waterpas is, goed opgeruimd
blijft en vrij is van losse materialen zoals
spaanders en afgezaagde stukken.
-
Zorg ervoor dat eventuele spacers en asrin-
gen geschikt zijn voor het doel dat door de
fabrikant wordt aangegeven.
-
Verwiijder geen afgezaagde stukken of an-
dere delen van het werkstuk in het werkge-
bied wanneer de machine draait.
78
NL
-
Zorg dat de beweegbare beschermer vrij
kan bewegen zonder vast te lopen.
-
Zaag nooit stukken die te klein zijn om ze
veilig tegen de rechte geleider te houden.
Houd voldoende vrije ruimte om uw hand op
veilige afstand van de zaag te plaatsen.
-
Controleer de bout waarmee het blad vast
zit regelmatig.
-
Gebruik de machine niet wanneer een on-
derdeel van de behuizing ontbreekt of be-
schadigd is.
-
Start de zaag niet wanneer het zaagblad in
het werkstuk is geplaatst.
-
Alvorens te zagen laat u het zaagblad een
paar seconden vrij draaien. Als u een vreemd
geluid hoort of een trilling voelt, schakel het
apparaat dan meteen uit en haal de stekker
uit het stopcontact.
-
Vergeet de instelsleutels, spanner en moer-
sleutels niet te verwijderen voordat u het
gereedschap inschakelt.
-
Controleer altijd of zaagbeveiliging werkt
voordat u het apparaat gebruikt. Als de
zaagbeveiliging niet snel sluit op het zaag-
blad, gebruik het gereedschap dan niet.
-
Maak de zaagbeveiliging niet vast en niet
open.
-
Zaag niet in schroeven of spijkers. Contro-
leer voor gebruik het werkstuk op spijkers
en schroeven.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
OVER RISICO'S VANWEGE TRILLINGEN
a) De gegeven trillingsgegevens vertegen-
woordigen de belangrijkste toepassin-
gen van het gereedschap, maar ander
gebruik van het gereedschap of slecht
onderhoud kunnen resulteren in andere
trillingsgegevens. Hierdoor kan het tril-
lingsniveau significant toenemen gedurende
de gehele werkperiode.
b) Er moeten aanvullende veiligheidsmaat-
regelen worden genomen om de gebrui-
ker te beschermen tegen de gevolgen van
trillingen. Onderhoud het gereedschap en
de accessoires, houd de handen warm en
organiseer de werkpatronen en perioden.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWING VOOR DE LASER
a) Kijk niet direct in de laserstraal. Het is ge-
vaarlijk om opzettelijk in de straal te kijken.
b) De laser moet worden gebruikt en onderhou-
den conform de instructies van de fabrikant.
c) Richt de straal nooit op een persoon of een
object anders dan het werkstuk.
d) De laserstraal mag niet opzettelijk op een
andere persoon worden gericht en mag niet
langer dan 0,25 seconden op het oog van
een persoon worden gericht.
e) Zorg er altijd voor dat de laserstraal op een
stevig werkstuk zonder reflectieve opper-
vlakken is gericht, hout of ruwe oppervlakken
zijn bijvoorbeeld acceptabel. Helder glanzend
reflectief staal of soortgelijke materialen zijn
niet geschikt voor lasertoepassingen omdat
het reflectieve oppervlak de laserstraal kan
terugkaatsen naar de bediener.
f) Vervang het laserapparaat niet door een
ander type. Reparaties moeten worden uit-
gevoerd door de fabrikant of een geautori-
seerd agentschap.
g) Waarschuwing! Gebruik van knoppen of
aanpassingen anders dan hetgeen hierin
wordt aangegeven, kan resulteren in ge-
vaarlijke blootstelling aan straling.
EXTRA VEILIGHEIDSWAARSCHUWING
VOOR KLASSE 2 LASER
Het laserapparaat dat op dit gereedschap is ge-
monteerd is klasse 2 met een maximale stra-
ling van 1 mW en 650 nm golflengte. KLASSE 2
STRALING, NIET IN DE STRAAL KIJKEN.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR DE
BATTERIJ
Gebruik nooit een beschadigde bat-
1.
terij.
Open de batterij niet. Er is gevaar
2.
voor kortsluiting.
Bescherm de batterij tegen hitte, bij-
3.
voorbeeld van continue blootstelling
aan zonlicht, vuur, water en vochtig-
heid. Er is ontploffingsgevaar.
Bij schade en incorrect gebruik van de
4.
batterij kunnen er dampen vrijkomen.
Ventileer de ruimte en zoek medische
hulp in het geval van klachten. De dam-
pen kunnen de luchtwegen irriteren.
Bij verkeerd gebruik kan er vloeistof
5.
uit de batterij komen; voorkom con-
tact met deze vloeistof. Als er per
ongeluk toch contact ontstaat, dan
afspoelen met water. Raadpleeg
ook een arts indien de vloeistof in
contact met de ogen komt. Vloeistof
uit de batterij kan irritatie of brand-
wonden veroorzaken.
Gebruik alleen originele batterijen met
6.
het aangegeven voltage op het type-
plaatje van uw elektrische gereed-
schap. Indien andere batterijen worden
gebruikt, bijvoorbeeld imitaties, ge-
reviseerd batterijen of producten van
derden, bestaat het risico van letsel en
schade door ontploffende batterijen.
De batterijspanning moet overeen-
7.
komen met batterijlaadspanning
van de oplader. Anders ontstaat er
risico van brand en explosie.
Alleen opladen met de oplader van de
8.
fabrikant. Een oplader die geschikt is
voor één type batterijpack (accu) kan
een brandrisico veroorzaken in com-
binatie met een andere accu.
Puntige voorwerpen, zoals spijkers of
9.
schroevendraaiers of externe krach-
ten, kunnen de accu beschadigen. Dit
kan een interne kortsluiting veroorza-
ken en de batterij kan gaan branden,
roken, ontploffen of oververhit raken.
Houd de batterij indien deze niet in
10.
gebruik is uit de buurt van paper-
clips, munten, sleutels, spijkers,
schroeven of andere kleine metalen
voorwerpen die kortsluiting bij de
contactpunten kunnen veroorzaken.
Gebruike batterijen/accu's moeten
11.
veilig en correct worden afgevoerd.
NL
79

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

6852050

Inhaltsverzeichnis