Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Instructies Voor Het Opsporen Van Fouten; Watervoorziening - Truma Combi 4 Gebrauchsanweisung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Combi 4:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1

Instructies voor het opsporen van fouten

Fout
Er licht geen LED op, het
apparaat is ingeschakeld en
de bedrijfsspanning ligt aan.
Na inschakelen
(winter- en zomerstand) brandt
geen LED.
Na het inschakelen brandt de
groene LED, maar de kachel
brandt niet.
Na het inschakelen van de verwar-
ming licht de groene LED op en
de rode LED knippert met 5 Hz,
de rode LED knippert met 1 Hz,
de rode en de gele LED knipperen
afwisselend met 1 Hz.
Na het inschakelen van de kachel
brandt de groene en knippert de
rode LED.
Ca. 30 sec. na het inschakelen
van de kachel gaat de rode LED
branden.
Kachel schakelt na een lange
werkingstijd uit op storing.
De groene en rode LED knipperen
(met 5 Hz) na het uitschakelen van
de verwarming.
Groene LED knippert (met 5 Hz) na
het uitschakelen van de verwarming.

Watervoorziening

Na het uitschakelen van de kachel
gaat de aftapkraan (FrostControl)
open.
De aftapkraan ( FrostControl) kan
niet meer worden gesloten.
Water stroomt schoksgewijze
uit de afvoeraansluiting van de
FrostControl.
Als deze maatregelen niet tot opheffen van de storing leiden, neem dan contact op het Truma servicecentrum.
40
Oorzaak
De automatische herstart is geblok-
keerd, bijv. na een onderbreking
van de stroomtoevoer.
Geen bedrijfsspanning.
Toestel- of voertuigzekering defect.
De ingestelde temperatuur op
het bedieningspaneel is lager dan
de binnentemperatuur.
Venster boven de schoorsteen open
(vensterschakelaar).
Onderspanning.
Accuspanning te laag < 10,0 V.
Dreigende onderspanning.
Accuspanning te laag < 10,4 V.
Dreigende onderspanning bij het
verwarmen van de waterinhoud.
Accuspanning te laag < 10,4 V.
Elektronica is defect.
Gasfles of snelsluitende klep in de
gastoevoerleiding gesloten.
Verbrandingsluchttoevoer c.q.
uitlaatgasafvoer gesloten.
Zomermodus met leeg
waterreservoir.
Uitlaatopeningen warme lucht
geblokkeerd.
Circulatieaanzuiging geblokkeerd.
Gasdrukregelaar bevroren.
Butaanaandeel in de gasfles
te hoog.
Toestel is bij storing uitgeschakeld.
Naloop voor temperatuurverlaging
van het toestel is actief.
Naloop voor temperatuurverlaging
van het toestel is actief.
Temperatuur bij aftapkraan onder
ca. 3 °C.
Temperatuur bij aftapkraan onder
ca. 7 °C.
Draaischakelaar staat niet op
„in bedrijf".
Waterdruk te hoog.
Verhelpen
Terugzetten (storingsreset) door uitschakelen, 5 seconden
wachten en opnieuw inschakelen.
Accuspanning 12 V controleren, zonodig opladen.
Alle elektrische steekverbindingen controleren.
Toestelbeveiliging van toestel en voertuig controleren en
eventueel vernieuwen (zie zekeringen).
Binnentemperatuur op het bedieningspaneel hoger zetten.
Venster sluiten.
Batterij opladen, evt. verouderde batterij vervangen.
Accu laden!
Accu laden!
Neem contact op met het Truma servicecentrum.
Gastoevoer controleren en kleppen openen.
Openingen controleren op verontreinigingen (sneeuwblub-
ber, ijs, bladeren etc.) en deze eventueel verwijderen.
Toestel uitschakelen en laten afkoelen. Boiler met water
vullen.
Controle van de afzonderlijke uitlaatopeningen.
Blokkade in de Circulatieaanzuiging verwijderen.
Regelaarverwarming (EisEx) gebruiken.
Propaan gebruiken (met name bij temperaturen beneden
10 °C is butaan niet geschikt voor verwarmen).
Naloop schakelt na enkele minuten uit. Pas daarna is
terugzetten (storingsreset) door uitschakelen en opnieuw
inschakelen mogelijk.
Geen fout. Naloop schakelt na ca. 5 minuten uit.
Kachel inschakelen. Bij temperaturen onder ca. 3 °C gaat
de aftapkraan automatisch open! Zonder verwarming kan
de aftapkraan pas bij temperaturen vanaf ca. 7 °C weer
worden gesloten!
Verwarmingselement voor FrostControl gebruiken.
Kachel inschakelen. Zonder verwarming kan de aftapkraan
pas bij temperaturen vanaf ca. 7 °C weer worden gesloten!
Draaischakelaar van aftapkraan op „in bedrijf" zetten aan-
sluitend op de drukknop drukken tot deze vastklikt.
Pompdruk controleren (max. 2,8 bar). Bij aansluiting op
een centrale watervoorziening (land- resp. city-aansluiting)
moet een drukregelaar gebruikt worden, deze voorkomt,
dat hogere drukken dan 2,8 bar in de boiler kunnen
optreden.

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Combi 6

Inhaltsverzeichnis