Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Velleman DVM1100 Bedienungsanleitung Seite 16

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für DVM1100:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

Om AC- of DC-spanningen te meten:
1. Plaats de draaischakelaar op de correcte functie.
2. Koppel het zwarte en het rode meetsnoer met de COM- respectievelijk de V-bus.
3. Verbind de meetsnoeren met het te meten circuit.
4. Lees de weergegeven waarden. De polariteit van de aansluiting met het rode meetsnoer wordt
weergegeven tijdens een DC-meting.
OPMERKING: De uitlezing kan onstabiel worden vooral met het 400mVDC-bereik, ook al zijn de meetsnoeren
niet aan de ingangsbussen gekoppeld. Is de uitlezing niet correct, veroorzaak een kortsluiting
tussen de V- en de COM-bus en zorg dat LCD een nulwaarde weergeeft. Voor nauwkeurigere
metingen meet u best de AC-spanning eerst. Schrijf het bereik van de AC-spanning neer en
selecteer manueel eenzelfde of hoger bereik voor de DC-spanning. Zo krijgt u nauwkeurigere DC-
metingen doordat de beveiligingscircuits niet worden ingeschakeld.
• Weerstanden meten
Om elektroshocks en/of beschadiging te vermijden, schakel het circuit uit en ontlaad alle
condensators alvorens de weerstand te meten.
Het bereik bedraagt 400.0 , 4.000k , 40.00k , 400.0k , 4.000M en 40.00M .
Om de weerstand te meten:
1. Stel de draaischakelaar in op het correcte bereik.
2. Koppel het zwarte en het rode meetsnoer met de COM- respectievelijk de -bus.
3. Verbind de meetsnoeren met het te meten circuit en lees de weergegeven waarde af.
OPMERKING: De gemeten waarde van een weerstand in een circuit verschilt vaak van de reële waarde doordat
de teststroom van de meter door alle mogelijke banen tussen de meetsondes wegvloeit. Om een
zo nauwkeurig mogelijke lage weerstandswaarde te verkrijgen, veroorzaakt u best een kortsluiting
tussen de meetsnoeren. Onthoud de weerstand van de meetsondes en trek deze af van de
weerstand van de meetsnoeren.
De functie veroorzaakt voldoende spanning naar de siliconendiode of de transistorverbindingen,
die geleiding veroorzaakt. Om dit te vermijden, gebruikt u best niet het 40M -bereik voor in-circuit
weerstandsmetingen. In het 40M -bereik heeft de meter enkele seconden nodig om de uitlezing
te stabiliseren. Dit is volkomen normaal voor metingen van hoge weerstanden. Is de ingang niet
aangesloten, d.w.z. in een open circuit, zal een te klein bereik worden weergegeven met OL.
• Diodetest
Om elektroshocks en/of beschadiging te vermijden, schakel het circuit uit en ontlaad alle
condensators alvorens de diodes te meten.
Om diodes in een circuit te meten:
1. Stel de draaischakelaar in op het
2. Druk op SELECT om de functie in te schakelen.
3. Koppel het zwarte en het rode meetsnoer met de COM- respectievelijk de
4. Om de doorlaatvoorspanning van een component te meten, plaats het rode meetsnoer op de anode van
het component en het zwarte meetsnoer op de kathode.
5. De meter geeft de benaderende doorlaatstroom van de diode weer. Keert u de aansluiting om, dan
verschijnt enkel "1".
In een circuit zou een goede diode een doorlaatvoorspanning moeten produceren van 0.5V tot 0.8V. Een
tegenvoorspanning kan variëren naargelang de weerstand tussen de meetsondes.
DVM1100
-bereik.
- 16 -
-bus.
VELLEMAN

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis