Veiligheidsaanwijzingen - Conrad 97 56 03 Bedienungsanleitung

G E B R U I K S A A N W I J Z I N G
WLAN MINIROUTER N300
Bestelnr. 97 56 03
Beoogd gebruik
Het product heeft 3 verschillende functies: Het kan zowel als WLAN-router, als WLAN-accesspoint of als
WLAN-client (converter) worden gebruikt.
De stroomtoevoer geschiedt via de meegeleverde netvoedingadapter.
Volg te allen tijde de veiligheidsaanwijzingen en alle andere informatie in deze gebruiksaanwijzing op.
Dit product voldoet aan de wettelijke, nationale en Europese eisen. Alle voorkomende bedrijfsnamen en
productaanduidingen zijn handelsmerken van de betreffende eigenaren. Alle rechten voorbehouden.
Omvang van de levering
• WLAN mini-router N300
• Netvoedingadapter
• Netwerkkabel
• Gebruiksaanwijzing
Kenmerken
• RJ45-netwerkaansluiting 10/100 Mbit
• WLAN na 802.11b/g/n (max. 300 MBit)
• Stroomtoevoer via de meegeleverde netvoedingadapter
LED's op de mini-router
Ethernet Brandt als er een apparaat aan de RJ45-poort wordt aangesloten; knippert snel bij dataoverdracht
WPS Brandt tijdens werking; knippert langzaam als WPS actief is
Wireless Brandt bij actieve WLAN
Systeem Brandt tijdens werking; knippert eenmaal tijdens de resetprocedure
Power Brandt als het apparaat van stroom wordt voorzien

Veiligheidsaanwijzingen

Lees vóór de ingebruikname de complete handleiding door, deze bevat belangrijke aan-
wijzingen voor het juiste gebruik.
Bij schade, veroorzaakt door het niet in acht nemen van deze gebruiksaanwijzing, vervalt
het recht op waarborg/garantie! Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid voor gevolgscha-
de!
Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid voor materiële schade of persoonlijk letsel, ver-
oorzaakt door ondeskundig gebruik of het niet opvolgen van de veiligheidsaanwijzingen!
In dergelijke gevallen vervalt de waarborg/garantie.
• Om redenen van veiligheid en toelating (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of wijzigen
van het product niet toegestaan. U mag het product niet openen of demonteren! In het product
bevinden zich geen onderdelen die door de gebruiker kunnen worden ingesteld of onder-
houden. Onderhoud of reparaties mogen uitsluitend door een deskundige werkplaats worden
uitgevoerd.
• Het product is uitsluitend geschikt voor gebruik in droge, gesloten binnenruimtes. Laat het samen-
gestelde product niet vochtig of nat worden, raak het nooit met natte handen aan!
Er bestaat levensgevaar door een elektrische schok!
• De constructie van de netvoedingadapter voldoet aan beschermklasse II. Als spanningsbron
voor de adapter mag uitsluitend een reglementaire wandcontactdoos van het openbare ener-
gienet worden gebruikt.
• Gebruik voor de stroomvoorziening uitsluitend de meegeleverde netvoedingadapter.
• Het product is geen speelgoed. Apparaten, die onder netspanning werken, behoren niet in
kinderhanden. Wees dus extra voorzichtig als kinderen in de buurt zijn.
• Houd het product uit de zon en bescherm het tegen overmatige hitte (>35°C), kou (<0°C), stof
en vuil, druppel- of spatwater, trillingen of mechanische belasting.
• Wanneer het product van een koude naar een warme ruimte wordt gebracht (bijv. tijdens
transport), kan condens ontstaan. Hierdoor kan het product worden beschadigd. Bovendien
bestaat er levensgevaar door een elektrische schok!
Laat het product daarom eerst op kamertemperatuur komen, voordat u het gebruikt. Dit kan
enkele uren duren.
• Laat verpakkingsmateriaal niet achteloos rondslingeren. Dit kan voor kinderen gevaarlijk
speelgoed zijn.
• Ga voorzichtig met het product om. Door schokken, slagen of een val, ook van geringe hoog-
te, wordt het beschadigd.
De bedrijfsmodi
www.conrad.com
a) Automodus (WLAN-router)
In de automodus kan het product als WLAN-router voor DSL, kabelaansluiting of met een vast IP-adres
Versie 04/11
werken. Aan de LAN-bus moet in dit geval de DSL- resp. kabelmodem worden aangesloten.
Aangezien het apparaat slechts een LAN-bus heeft, moet de confi guratie hier via WLAN gebeuren.
Het IP-adres van het apparaat is in deze bedrijfsmodus 192.168.111.1.
a) AP-modus (WLAN-accesspoint)
De AP-modus dient uitsluitend voor de uitbreiding van een beschikbaar netwerk. De minirouter wordt hier
via een 1:1 verbonden netwerkkabel met uw beschikbare router verbonden. Het apparaat stelt daarbij een
extra WLAN-net ter beschikking.
De confi guratie moet hier ook via WLAN plaatsvinden.
Het standaard IP-adres voor de werking als accesspoint is 192.168.1.250.
c) Converter-modus (WLAN-client)
In de converter-modus fungeert het apparaat als WLAN-adapter. D.w.z. dat de mini-router per WLAN aan
uw beschikbare router wordt aangemeld. Aan de LAN-bus kunnen dan alle willekeurige netwerkapparaten
zoals een spelconsole, een NAS of dergelijk worden aangesloten.
In deze modus gebeurt de confi guratie via de RJ45-aansluiting.
Het IP-adres is hier 192.168.1.249.
Algemene informatie
• Aan de onderkant van de minirouter zit een schuifschakelaar waarmee u de gewenste bedrijfsmodus kunt
kiezen.
☞
• Bij dit apparaat zijn in de bedrijfsmodi „Auto" en „AP" telkens 2 WLAN-netten actief. Een daarvan is met
WPA2 vergrendeld, waarvan de „ap-pc-xxxxxx" is. Het andere net is alleen met WEP vergrendeld. Dit is
„ap-game-xxxxxx" en is hoofdzakelijk bedoeld voor spelconsoles. De „xxxxxx" verschilt per router en is
gedrukt op de onderkant.
☞
• Welke bedrijfsmodus u ook gekozen hebt en hoe uw computer ook met de minirouter is verbonden (LAN
of WLAN), het apparaat kan altijd via hetzelfde adres worden aangesproken. Dit is „http://mf.setup/".
Alternatief kunt u ook het respectieve IP-adres gebruiken.
De gebruikernaam is altijd „admin" en het wachtwoord „password".
Computer voorbereiden
• Zet uw computer aan en wacht tot het besturingssysteem volledig is geladen.
• Of de confi guratie nu per LAN of WLAN gebeurt, het bedrijfssysteem moet zo zijn ingesteld dat het IP-
adres van de respectieve netwerkverbinding automatisch wordt ontvangen. Dit is normaal standaard zo
ingesteld.
Deze instelling kunt u in de eigenschappen van de LAN-verbinding of draadloze netwerkverbinding onder
het punt internetprotocol TCP/IP 4 wijzigen.
Aansluiting en ingebruikname
• Voordat u het product aansluit, kiest u met de schuifschakelaar aan de onderkant de gewenste bedrijfsmo-
dus uit.
• Vervolgens sluit u de netvoedingadapter op de minirouter aan en steekt u de stekker in een contactdoos.
Automodus (router)
a) Aansluiting
Verbind eerst de minirouter met een 1:1 verbonden netwerkkabel met uw DSL- of kabelmodum en schakel
deze in.
b) Verbinding met de mini-router
Vervolgens moet u uw computer verbinden met de WLAN van de mini-router.
U kunt dit op twee verschillende manieren uitvoeren, met behulp van de WPS-functie, mits deze door uw
WLAN-adapter wordt ondersteund, of handmatig met de zoekfunctie van Windows.
Om de computer met WPS te verbinden gaat u als volgt te werk. Druk ca. 3 seconden op de WPS-toets
van de mini-router tot de WPS-LED langzaam gaat knipperen. Vervolgens drukt u op de WPS-knop van
uw WLAN-adapter of start u de WPS-zoekopdracht in uw WLAN-assistent.
Om uw pc handmatig met de router te verbinden klikt u in Windows met de linker muisknop op het WLAN-
symbool van de taaklijst om beschikbare WLAN-netten weer te geven. Verbind uw computer met de SSID
„ap-pc-xxxxxx" en voer het wachtwoord in dat op de onderkant van het apparaat naast de SSID is gedrukt.
c) Webinterface
Zodra de verbinding tot stand is gekomen, opent u uw internetbrowser en typt u http://mf.setup/ in de
adreslijst.
Voer vervolgens in het venster de gebruikersnaam „admin" en het wachtwoord „password" in. Nu moet de
webinterface van de router worden weergegeven.
Let op! Voordat u de bedrijfsmodus wijzigt, moet u het product scheiden van de voeding. Haal
daarvoor de netvoedingadapter uit het stopcontact.
Als u de bedrijfsmodus later nog eens wilt wijzigen, zet u het product van tevoren terug op de
fabrieksinstellingen.
Als u de minirouter alleen met apparaten wilt laten werken die de WPA2-code beheersen, beve-
len wij u aan de SSID „ap-game-xxxxxx" te deactiveren of de vergrendeling te verhogen naar
WPA2.
Beide WLAN-SSID's en ook beide netwerksleutels zijn gedrukt op de onderkant van het ap-
paraat.