Inhaltsverzeichnis
Werbung
De opbouw en werking van de
hogedrukreiniger
Een overzicht van de opbouw van uw nieu-
we hogedrukreiniger vindt u in het funktie-
schema en op foto's nr. 2-3. De machine
bestaat uit een lage- en een hogedrukge-
deelte met ingebouwd ketelsysteem en
hogedrukpomp (2.13). Vanaf de watertoe-
voer (2.7) wordt het water via de vlotter
(2.18) naar het waterreservoir/de voorver-
warming (2.6) gevoerd. Vanuit het waterre-
servoir wordt het water in de driecilinder-
pomp - die door de elektromotor (2.11)
wordt aangedreven - gezogen. Vanuit de
lagedrukkamer van de hogedrukpomp
wordt het water hierna via de inlaatkleppen
in de cilinders gezogen. Hier wordt het
water onder druk gezet en via de uitlaat-
kleppen
naar
het
hogedrukgedeelte
gepompt waar het -na de doorstroomscha-
kelaar (2.17) te zijn gepasseerd - uiteinde-
lijk in het spiraal (2.5) tot de gewenste
heetwater- of stoomtemperatuur verwarmd
wordt. De bedrijfstemperatuur wordt op de
start/stopknop (2.23) geregeld. Het ver-
warmde water wordt hierna verder via de
drukafvoer (2.26), de hogedrukslang
(2.20), het pistool (2.21) en de dubbele
lans/Turbo Laser (2.22) door de sproeiers
geperst (2.1 en 2.2).
De bedrijfsdruk van de hogedrukreiniger
Hogedrukslang
Uw nieuwe hogedrukreiniger is voorzien
van een robuuste hogedrukslang. De
machine mag bij het verplaatsen niet aan
de slang worden voortgetrokken! Zorg er
voor, dat de slang niet wordt stuk gereden
of op een andere manier wordt bescha-
digd. Gescheurde of stukgereden slangen
worden niet door de garantie gedekt.
Lansen
Uw nieuwe hogendrukreininger kan iutge-
rust worden met een van de volgende lan-
sen:
• Enkele lans
Wordt geleverd met een gefixeerd spuit-
mondstuk en een lans met mogelijkhe-
den voor constante druk en toevoeging
van reinigingsmiddelen. Hij wordt bedi-
end met de pistoolgreep.
• Dubbele lans
Wordt geleverd met een gefixeerd spuit-
mondstuk en mogelijkheden tot drukre-
BESCHRIJVING
wordt met het drukregelhandvat (2.3) gere-
geld en afgelezen op de manometer
(2.19). Als de waterdruk de normale
bedrijfsdruk overschrijdt, opent zich de
ingebouwde circulatieklep (2.16), waar-
door het water recirculeert om beschadi-
ging te voorkomen.
De brandstofpomp (2.27), die door de
elektromotor wordt aangedreven, zuigt, via
het brandstoffilter (2.10) brandstof uit de
brandstoftank.
De hogedrukreiniger kan zowel warm- en
koudwater als stoom leveren. Bij gebruik
van warmwater of stoom wordt het water in
het lagedrukgedeelte voorverwarmd in de
voorverwarmer en
vervolgens in de spiraal van het hogedruk-
gedeelte op bedrijfstemperatuur gebracht
d.m.v. een brander (2.8).
De hogedrukreiniger is voorzien van een
traploze stoomregeling (2.15). Door recir-
culatie is het mogelijk om het water tot
130°C te verwarmen.
De reinigingsvloeistof wordt toegevoegd
via de reinigingsmiddelenslang (3.2) van-
uit een apart reservoir.
2.1 Hogedruksproeier
2.2 Lagedruksproeier
2.3 Drukregelhandvat
BEDIENING EN
INGEBRUIKNAME
hulatie en toovoeging van schoonmaak-
middelen. Ook deze lans wordt met de
pistoolgreep bediend.
• Spectrum lans
Wordt eveneens geleverd met een
gefixeerd spuitmondstuken en twee lan-
sen met druk- en reinigingmiddelenregu-
latie. Hij wordt bediend met de pistool-
greep.
• Turbo Laser
Wordt geleverd met gepatenteerd mond-
stuk dat zorgt voor verfroot schoonmaak-
effect samen met twee lansen met de
mogelijkheid tot druk- en reinigingsmid-
delenregulatie. Hij wordt bediend met de
pistoolgreep.
Waarschuwing: De Turbo Laser
mag niet gebruikt worden bij
hogere temperaturen dan 90° C.!!
Zandfilter
Als er water wordt aangezogen, dat zand-
deeltjes bevat, MOET u een zandfilter
monteren. Het binnenwerk van het filter
kan naar behoefte worden vervangen.
Zonder zandfilter bestaat het risico, dat het
zand zich in de circulatieklep vastzet. Dit
kan
ernstige
beschadiging
machine veroorzaken. Beschadigingen,
die veroorzaakt zijn door het ontbreken
van een zandfilter, worden niet door de
garantie gedekt.
2.4 Bedrijfsthermostaatsensor
2.5 Verwarmingsspiraal
2.6 Waterreservoir/voorverwarming
2.7 Watertoevoer/waterfilter
2.8 Brander
2.9 Brandstoftank
2.10 Brandstoffilter
2.11 Elektromotor
2.12 Reinigingsvloeistofreservoir (los)
2.13 Hogedrukpomp
2.14 Terugslagventiel
2.15 Traploze stoomregeling
2.16 Circulatieklep
2.17 Doorstroomschakelaar
2.18 Vlotter
2.19 Manometer
2.20 Hogedrukslang
2.21 Pistool
2.22 Dubbele lans/Turbo Laser
2.23 Start/stopknop
2.24 Bedrijfsthermostaat
2.25 Regelaar traploze stoomregeling
2.26 Drukafvoer
2.27 Brandstofpomp
2.28 Zuigfilter
2.29 Brandstofniveaukontrole
2.30 Veiligheidsklep
2.31 Thermische beveiliging
3.1
Brandstof vulopening
3.2
Reinigingsvloeistoffilter
Starten
Mocht u de hogedrukreiniger met een gro-
ter dan normale actieradius wensen te
gebruiken dan dient de hogedrukslang
verlengd te worden en niet de elektrici-
teitskabel.
De hogedrukreiniger dient zo ver mogelijk
van het te reinigen gebied geplaatst te
worden.
1.
Sluit de elektrische kabel aan. Let op
de spanning en de stroomsterkte
van de hogedrukreiniger :
Model 3000A
1 X 220 - 240V, 50 Hz 11A
2.
Monteer de hogedrukslang op de
drukafvoer (2.26). Spoel de water-
toevoerslang door en sluit deze aan
op de watertoevoer. De slang moet
tenminste 3/4" zijn.
De druk op de watertoevoerleiding
dient tijdens het gebruik van de
machine max/min 10/1 bar te zijn.
(min 3 bar als er met stoom wordt
gewerkt).
Draai de watertoevoer open.
3.
Vul de brandstoftank met dieselolie.
aan
de
Draai de thermostaat (2.24) naar de
"0" stand. Zet de hoofdschakelaar
aan. Aktiveer het pistool (2.21) en zet
de startknop (2.23) op „1".
4.
Spoel de hogedrukslang en het pis-
tool door en monteer vervolgens de
Turbo Laser of de dubbele lans op
het pistool.
53
Werbung
Kapitel
Inhaltsverzeichnis
