RIDGID FlexShaft K9-102 Bedienungsanleitung Seite 95

• Uw hand met handschoen moet
op de veereenheid liggen zodat u
de veereenheid kunt controleren
en ondersteunen terwijl deze in de
afvoerleiding en de verstopping wordt
gevoerd.
• Zorg voor een stabiele houding, voorkom
dat u te ver moet reiken en niet op de
machine, de afvoer enz. kunt vallen.
Door deze werkhouding behoudt u
de controle over de veereenheid en de
FlexShaft-machine.
3' (1 m) MAX.
Figuur 11 - In gebruikspositie
4. Controleer of minimaal 1' (0,3 m) aan
veereenheid in de afvoerleiding steekt.
5. Controleer of de boormachine correct is
ingesteld, druk de schakelaar in en laat
hem los terwijl u de draairichting van de
boorkop bekijkt. De draairichting van
de boormachine moet overeenkomen
met de FOR-pijl op de haspel (zie figuur
4). Laat de veer niet omgekeerd draaien,
behalve in specifieke situaties die in deze
handleiding worden beschreven. Draait de
boormachine omgekeerd, dan kan de veer
worden beschadigd.
6. Plaats een hand op de veereenheid en
de andere hand op de handgreep van de
boormachine.
7. De FlexShaft-afvoerontstoppingsmachine
maakt gebruik van een hoge
rotatiesnelheid en een laag koppel om
afvoerleidingen te reinigen. FlexShaft-
veren zijn flexibeler dan andere typen
ontstopperveren. De FlexShaft-machine
999-995-158.09_REV. C
FlexShaft™-afvoerontstoppingsmachines
komt het beste tot zijn recht door het
uitoefenen van een lichte druk en het
langzaam invoeren van de kettingklopper
in de verstopping terwijl u de veer uit
de trommel trekt. Het is belangrijk de
afvoerleiding te reinigen met de snelheid
van de kettingklopper - forceer de
kettingklopper niet in de verstoppingen.
8. Invoeren/uitvoeren van de veereenheid -
FlexShaft-smeermiddel
In sommige gevallen kan het nuttig zijn
om RIDGID FlexShaft-smeermiddel aan te
brengen op de buitenkant van de mantel,
terwijl de veer in de afvoerleiding wordt
gevoerd. Daardoor kan de veereenheid
gemak kelijk in de afvoerleiding
worden gevoerd en kan een grotere
reinigingsafstand worden behaald.
Hiervoor plaatst u een schone doek met
smeermiddel op de palm van uw hand met
de handschoen waarmee u de veereenheid
invoert en brengt u het smeermiddel aan
terwijl u de veereenheid invoert (figuur 13).
Breng zo nodig weer nieuw smeermiddel
aan op de doek tijdens het proces. RIDGID
FlexShaft-merktekens zijn elke 5' (1,5 m)
afgedrukt op de mantel, zodat u kunt
bepalen hoeveel veereenheid vanuit de
machine is ingevoerd.
Gebruik uitsluitend RIDGID FlexShaft-
smeermiddel. Andere smeermiddelen
zijn mogelijk niet geschikt voor gebruik
in afvoerleidingen en kunnen het water
verontreinigen.
Wanneer de veereenheid wordt
teruggetrokken, is het raadzaam een doek
te gebruiken om vuil en vuilresten van
de veermantel te vegen terwijl die uit de
afvoerleiding wordt getrokken en weer in
de haspel wordt opgeborgen.
9. De kettingklopper laten draaien
Gewoonlijk draait de kettingklopper tijdens
het terugtrekken van de kabel om de
leiding te reinigen.
Laat de veer/kettingklopper alleen draaien
wanneer de kettingklopper minimaal 1'
in de afvoerleiding steekt. Om de veer te
laten draaien, pakt u de handgreep van de
boormachine beet en drukt de schakelaar
in. De persoon die de veereenheid
controleert, moet ook de schakelaar van
de boormachine bedienen. Gebruik de
machine niet wanneer een persoon de
veereenheid controleert en een andere
persoon de boormachine bedient. Zorg
93