Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Elektrische Aansluiting; Bedrijf Met Frequentie-Omvormer - Wilo Multivert MVIS Einbau- Und Betriebsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Nederlands
LET OP: Aangezien alle pompen af fabriek zijn
getest op hydraulische capaciteit, kan er restwa-
ter in de pomp zitten. Om hygiënische redenen
wordt aanbevolen de pomp voor elk gebruik met
drinkwater te spoelen.
- De afmetingen voor installatie en aansluitingen
worden in paragraaf 5.2 beschreven.
WAARSCHUWING! Kantelgevaar!
Bij de aankoop van de pomp moet er, vooral bij
grote uitvoeringen, op worden gelet dat een
hoger liggend zwaartepunt risico's met zich mee
kan brengen bij het gebruik van de pomp.
- Het opstellingsoppervlak moet horizontaal en
vlak zijn. Elke schuine plaatsing van de pomp
leidt tot voortijdige slijtage.
- Plaats isolatiemateriaal (kurk of versterkt rub-
ber) onder de pomp om geluidsoverlast en de
overdracht van trillingen naar de installatie te
voorkomen.
- Voor de installatie van de ovale flens mogen
alleen de meegeleverde schroeven worden
gebruikt. Langere schroeven kunnen het pomp-
huis beschadigen.
7.3
Leidingaansluiting
- Sluit de pomp met behulp van geschikte tegen-
flenzen, bouten, moeren en afdichtingen aan op
de leidingen.
VOORZICHTIG!
Het aandraaimoment van de moeren mag de vol-
gende waarden niet overschrijden:
Gebruik geen slagschroevendraaier.
- De pijl op het pomphuis geeft de stroomrichting
van het medium aan.
- Let er bij de installatie van de zuigleiding en
persleiding op dat er geen spanning op de pomp
wordt uitgeoefend. De leidingen moeten zo
worden bevestigd dat hun gewicht niet door de
pomp wordt gedragen.
- De pomp moet zowel aan de zuigzijde als aan de
perszijde met afsluitkranen zijn uitgerust.
- Door gebruik te maken van compensatoren kan
de geluids- en trillingsontwikkeling van de pomp
worden afgezwakt.
- De diameter van de leiding moet minstens zo
groot zijn als de diameter van de zuigaansluiting
van de pomp.
- Ter bescherming van de pomp tegen waterslagen
kan de persleiding met een terugslagklep uitge-
rust worden.
- Als de pomp direct op een openbaar drinkwater-
net is aangesloten, moet de zuigleiding met een
terugslagklep en een afsluitkranen zijn uitgerust.
- Als de pomp indirect via een membraandrukvat
wordt aangesloten, moet de zuigleiding met een
terugslagklep en een zuigzeef worden uitgerust
om te voorkomen dat onzuiverheden de pomp
binnendringen.
34
M10 = 20 N·m
M12 = 30 N·m
7.4

Elektrische aansluiting

GEVAAR! Gevaar voor elektrische schok!
Bij een foutieve uitvoering van de elektrische
aansluiting bestaat het gevaar op een elektrische
schok.
• De elektrische aansluiting mag alleen worden uit-
gevoerd door een door het plaatselijke energiebe-
drijf erkende elektricien en conform de geldende
plaatselijke voorschriften.
• De pomp moet vóór de elektrische aansluiting
spanningsvrij worden gemaakt en tegen onbe-
doelde herinschakeling worden beveiligd.
• Om de installatie- en bedrijfsveiligheid van de
pomp te garanderen, moet de pomp correct wor-
den geaard op de aardklemmen van de stroom-
voorziening.
- Er moet worden gewaarborgd dat de nominale
stroom, spanning en frequentie overeenkomen
met de gegevens op het typeplaatje van de motor.
- De pomp moet met behulp van een kabel die van
een stekker of hoofdschakelaar is voorzien op het
net worden aangesloten.
- Driefasemotoren moeten op een goedgekeurd
beveiligingssysteem worden aangesloten. De
nominale stroom moet overeenkomen met de
waarde die op het typeplaatje van de motor staat
aangegeven.
- De aansluitkabel moet zo worden geplaatst dat
deze nooit in contact komt met het leidingsys-
teem en/of het pomphuis en het motorhuis.
- De pomp/installatie moet volgens de plaatselijke
voorschriften geaard worden. Het gebruik van
een lekstroom-veiligheidsschakelaar biedt extra
bescherming.
- De netaansluiting moet volgens het aansluitsche-
ma (Fig. 4) plaatsvinden.
- De motor beschikt over een aansluiting voor PTC-
sensoren.
7.5

Bedrijf met frequentie-omvormer

- De in de pompen ingebouwde elektromotoren
kunnen worden aangesloten op een frequen-
tie-omvormer om het vermogen van de pomp aan
te passen aan het bedrijfspunt.
- Dit mag op de motorklemmen van een motor
van 3~ 400 V of van 375 V geen spanningspieken
van meer dan 650 V voor een motor
van 3~ 230 V geen spanningsveranderingen
dU/dt van meer dan 2500 V/µs veroorzaken.
- Voor hogere waarden moet een geschikt filter
worden gebruikt. Neem contact op met de fabri-
kant van de frequentie-omvormer om het filter te
bepalen en te selecteren.
- De bedieningsvoorschriften van de fabrikant van
de frequentie-omvormer moet strikt worden aan-
gehouden.
- Het instelbare minimale toerental mag niet lager
zijn dan 40 % van het nominale toerental
van de pomp (het minimale motortoerental
is 1000 tpm).
- Het maximale toerental mag niet hoger zijn dan de
waarde op het typeplaatje van de pomp.
- De regelaars die Wilo met frequentieomvormers
levert, hebben al een geïntegreerd filter.
WILO SE 01/2020

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis