Interlogix AS620RF Installationsanleitung Seite 21

wordt getoond, terwijl de 3 LED's aangeven welk type
gebeurtenis is ontvangen.
De 3 aan het oppervlak gemonteerde LED's (DL1, DL2 en
DL3) geven aan welk type gebeurtenis heeft plaatsgevonden
bij de sirenes: sabotage (DL1), geen supervisie (DL2) en
batterijfout (DL3). De sabotage-LED wordt gereset na
activering van de Aan/Uit-ingangen op T3 of T4. De overige
twee LED's worden gereset wanneer de batterijvoeding of
radiotransmissie is hersteld.
De rode LED (DL4) verzamelt alle signalen van de LED's DL1,
DL2 en DL3.
Met de P2-knop kunt u de programmering openen,
sirenecodes in het geheugen vastleggen en de programmering
afsluiten.
DIP-switches in de draadloze sirene
Gebruik de DIP-switches om de afzonderlijke alarmtijden in te
stellen, het type sirenemodulatie te bepalen, het geluidsignaal
dat is gekoppeld aan de Aan/Uit-ingang te negeren of in te
schakelen, het geluidsniveau in te stellen op een van de twee
niveaus en het optische signaal dat is gekoppeld aan de
Aan/Uit-ingang te negeren of in te schakelen.
DIP1 DIP2 SIRENETIJD
UIT UIT 30 seconden
AAN UIT 60 seconden
UIT AAN 120 seconden
AAN AAN 120 seconden
DIP3 DIP4 SIRENEMODULATIE
UIT UIT Hoge frequentie-sweep min 2600 Hz tot max 3600 Hz
AAN UIT Lage frequentie-sweep min 1400 Hz tot max 2000 Hz
UIT AAN Hoge frequentie dubbele toon min 2600 Hz tot max
3600 Hz
AAN AAN Lage frequentie dubbele toon min 1400 Hz tot max
2000 Hz
DIP5 GELUIDSIGNAAL (PIEPTOON)
UIT Uitgeschakeld
AAN Ingeschakeld
DIP6 OPTISCH SIGNAAL (FLITSLICHT)
UIT Uitgeschakeld
AAN Ingeschakeld
DIP7 INTENSITEIT PIEPTOON
UIT Laag
AAN Hoog
DIP8 NIET IN GEBRUIK
Terminalkaart in de verzend-
/ontvangstmodule
Terminal nr. 1 Positieve voedingsaansluiting 13,6 V DC
Terminal nr. 2 Negatieve voedingsaansluiting GND
Terminal nr. 3 AAN/UIT-ingang voor negatieve signalen (0 V is
gelijk aan centrale ARM)
P/N 1070210 • REV B • ISS 15MAR19
KNIPPERTIJD
FLITSLICHT
30 seconden
60 seconden
120 seconden
300 seconden
Terminal nr. 4 AAN/UIT-ingang voor positieve signalen (12 V is
gelijk aan centrale ARM)
Terminal nr. 5 ALARM-ingang voor negatieve signalen
Terminal nr. 6 ALARM-ingang voor positieve signalen
Terminal nr. 7-8 SABOTAGE (relais NC 100 mA)
Terminal nr. 9 SUPERVISIE negatieve uitgang max 30 mA
Terminal nr. 10 BATTERIJFOUT negatieve uitgang max 30 m A
Ingangen en uitgangen op de verzend-
/ontvangstmodule
AAN/UIT-ingangen: Terminal nr.3 of nr. 4
T3: AAN/UIT-ingang van de centrale-uitgang
+ 12 V
0 V
De terminal nr.3-ingang die moet worden aangesloten op de
AAN/UIT-uitgang van de centrale. Wanneer het niveau LAAG
(GND) langer dan een seconde aanhoudt, is er gedurende 2
seconden een systeem AAN-transmissie. Dit wordt aangeduid
met de letter "A" op een display en vier flitsen van de
AS620RF flitser en LED1 knippert gedurende de lage conditie.
Wanneer deze langer dan een seconde terugkeert naar het
niveau HOOG, is er gedurende 2 seconden een systeem UIT-
transmissie, en de AS620RF flitser werkt voor ongeveer 10
sec.
T4: AAN/UIT-ingang van de centrale-uitgang
+ 12 V
0 V
De terminal nr. 4-ingang die moet worden aangesloten op de
AAN/UIT-uitgang van de centrale. Wanneer het niveau HOOG
(12 VDC) langer dan een seconde aanhoudt, is er gedurende 2
seconden een systeem AAN-transmissie. Dit wordt aangeduid
met de letter "A" op een display en vier flitsen van de
AS620RF flitser en LED1 knippert gedurende de hoge conditie.
Wanneer deze langer dan een seconde terugkeert naar het
niveau LAAG, is er gedurende 2 seconden een systeem UIT-
transmissie, en de AS620RF flitser werkt voor ongeveer 10
sec.
ALARM-ingangen: Terminal nr. 5 of nr. 6
T5: Alarmingang van de centrale-uitgang
+ 12 V
0 V
De terminal nr. 5-ingang die moet worden aangesloten op de
alarmuitgang van de centrale. Wanneer het niveau LAAG
(GND) langer dan een seconde aanhoudt, is er gedurende 2
seconden een alarmtransmissie voor de sirene. Wanneer deze
terugkeert naar het niveau HOOG, is er een 2 seconden lange
transmissie waarmee de draadloze sirene wordt uitgezet.
Arm Disarm
Arm Disarm
Alarm Reset
21