Daikin Altherma 3 H HT ECH2 O Referenzhandbuch Für Den Monteur Seite 243

Fout- Code Module/aanduiding
nummer
8006 Druksensor DS
8007 Druksensor DS
8100 Elektrische componenten Communicatie
9000
9001 80 Retourtemperatuursensor
t
R2
9002 81 Toevoertemperatuursen-
sor t of t
V1 V, BH
9003 89 Fout vorstbeschermings-
functie
9004 7H Debietsensor FLS
9005 8F Toevoertemperatuursen-
sor t
V, BH
9006 8H Toevoertemperatuursen-
sor t
V, BH
Daikin Altherma ETS(X/H)(B)-D
Warmtepomp (binnenunit) met geïntegreerde boiler
008.1447299_00 – 06/2019 – NL
Fout Mogelijke oplossing
Drukverlies in verwar- Te snelle drukdaling.
mingsinstallatie te hoog
▪ Te weinig water in het verwarmingssysteem.
▪ Verwarmingssysteem op lekkage controleren, water bijvullen.
▪ Druksensor DS defect.
▪ Controleren, vervangen.
Waterdruk in verwar- Waarschuwingsmelding: Waterdruk heeft de toegestane maximum
mingssysteem te hoog waarde overschreden.
▪ Membraanexpansievat defect of verkeerde voordruk ingesteld.
▪ Controleren, vervangen.
▪ Instelling van parameter [Max. druk] te laag.
▪ Evt. parameter instellen. Indien instelling correct, water aflaten
▪ Druksensor DS defect.
▪ Controleren, vervangen.
Initialisatie na start van de warmtepomp mislukt.
▪ Schakelprintplaat A1P defect.
▪ Controleren, vervangen.
Interne tijdelijke melding Voor reglementaire werking van het systeem niet relevant.
Fout retoursensor Sensor of verbindingskabel defect.
▪ Controleren, vervangen.
Fout aanvoersensor Sensor of verbindingskabel defect.
▪ Controleren, vervangen.
Platenwarmtewisselaar Meetwaarde t
(PWT), buitenunit
▪ Uitval van de vorstbeschermingsfunctie voor de plaatwarmtewis-
selaar vanwege laag waterdebiet. Zie foutcode 9004 / 7H.
▪ Uitval van de vorstbeschermingsfunctie voor de plaatwarmtewis-
selaar vanwege ontbrekend koudemiddel in het systeem. Zie
foutcode 9015 / E4.
Fout debiet Waterdebiet is te laag of niet aanwezig.
Vereist minimum debiet: zie
De onderstaande punten controleren:
▪ Alle afsluitkranen van het watercircuit moeten volledig zijn geo-
pend.
▪ Optionele waterfilters mogen niet verontreinigd zijn.
▪ Verwarmingssysteem moet binnen het bedrijfsbereik draaien.
▪ Verwarmingssysteem en circulatiepomp in het apparaat moeten
volledig ontlucht zijn.
▪ Aan de regeling controleren of voldoende waterdruk (> 0,5 bar)
aanwezig is. [→ Hoofdmenu → Info → Overzicht → Psyst]
▪ Functie van de 3-weg-mengklep 3UVB1 controleren: werkelijke
stand van 3UVB1 met weergegeven stand vergelijken [→ Hoofd-
menu → Info → Overzicht → BPV].
▪ Treedt deze fout bij de ontdooimodus in de bedrijfsmodus ka-
merverwarming of warmwaterbereiding op? Bij optionele Bac-
kup-Heater: voeding en zekeringen ervan controleren.
▪ Zekeringen controleren (pompzekering (FU1) op schakelprint-
plaat A1P en geleideplaatzekering (F1) op schakelprintplaat Ro-
Con BM2C).
▪ Debietsensor FLS op vervuiling en functie controleren, indien
nodig reinigen, vervangen.
▪ Vorstschade aan de plaatwarmtewisselaar (buitenunit)
Aanvoertemperatuur tV, BH Toevoertemperatuur BackupHeater (t
> 75 °C
▪ Toevoertemperatuur levert onjuiste waarden. Temperatuursen-
Aanvoertemperatuur tV, BH sor of verbindingskabel defect.
> 65 °C
▪ Controleren, vervangen.
▪ Contactprobleem A1P brug op X3A.
7 Fouten en storingen
om de installatiedruk te reduceren.
< 0 °C
V1
Hfst. 5
Uitgebreide handleiding voor de installateur
) is te hoog.
V, BH
243