LIMIT 610 Bedienungsanleitung Seite 38

NB
• Op de display staat OL als het geselecteerde bereik overbelast is bij handmatig instellen; u moet
een hoger bereik kiezen om de juiste meting te verkrijgen. Bij automatisch instellen selecteert het
instrument altijd het beste bereik voor de ingangssignalen.
Weerstandsmeting (Zie fig. 1)
1. Plaats de rode meetkabel in de HzV -ingangspoort en de zwarte meetkabel in de COM-
ingangspoort.
2. Stel de draaischakelaar in op stand
3. Druk op de blauwe knop om de weerstandsfunctie te selecteren. Op de display staat .
4. Sluit de meetkabels aan op het te meten object. De gemeten waarde wordt op de display
weergegeven.
NB
• De meetkabels kunnen een afwijking van 0,1 tot 0,3 toevoegen bij de weerstandsmeting. Om
bij een lage-weerstandsmeting exacte meetwaarden te krijgen, d.w.z. in het bereik van 400 , de
ingangspoorten vooraf kortsluiten met behulp van de relatieve modus. Druk op de REL -knop om
de waarde automatisch af te trekken van de kortgesloten meetkabels. OL verschijnt wanneer het
circuit open is of de weerstandswaarde hoger is dan het maximale bereik.
Diodetest (Zie fig. 3)
Gebruik de diodetest om diodes, transistors en andere halfgeleiderapparaten te controleren. De
diodetest stuurt stroom door de halfgeleideraansluiting en meet vervolgens de spanningsdalingen
door de aansluiting. Bij een goede silicone-aansluiting daalt de spanning tussen 0,5V en 0,8V.
Om een diode buiten het circuit te testen gaat u als volgt te werk:
1. Plaats de rode meetkabel in de HzV -ingangspoort en de zwarte meetkabel in de COM-
ingangspoort.
2. Zet de draaischakelaar in de diodestand (blauw).
3. Druk op de blauwe knop om de diodefunctie te selecteren. De display toont het diodesymbool.
4. Voor aflezen van spanningsval in de doorlaatrichting van een halfgeleiderelement, de rode
meetkabel op de anode van het element en de zwarte meetkabel op de kathode van het element
plaatsen.
De gemeten waarde wordt op de display weergegeven.
Continuïteitstest (Zie fig. 4)
Om de continuïteit te meten sluit u de meter als volgt aan:
1. Plaats de rode meetkabel in de HzV -ingangspoort en de zwarte meetkabel in de COM-
ingangspoort.
2. Zet de draaischakelaar in stand
3. Druk op de blauwe knop om de continuïteitsfunctie te selecteren. De display toont het
continuïteitssymbool.
4. Sluit de meetkabels aan op het te meten object. Als de weerstand van een getest circuit lager is
dan 70 hoort u een zoemer.
Meting van elektrische capaciteit (Zie fig. 5)
1. Plaats de rode meetkabel in de HzV -ingangspoort en de zwarte meetkabel in de COM-
ingangspoort.
2. Zet de draaischakelaar in stand
3. Druk op de blauwe knop om de elektrische capaciteitsfunctie te selecteren. De display toont het
symbool nF.
4. Sluit de meetkabels aan op het te meten object. De gemeten waarde wordt op de display
weergegeven.
(blauw).
(blauw).
(blauw).
34
Netherlands