Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Eindassemblage
Voorbereidingen element
1. Revisiekap eventueel verwijderen.
2. Verwijder de beschermkap (C), afb. [2].
3. Urinoiraansluiting (C1) in het hoekstuk schroeven.
Sensor installeren in element
1. Schroef (D1) losdraaien en sensorhouder (D) naar onderen
schuiven, zie afb. [3].
2. Schroef (E) boven onder de beugel (D2) op de
sensorhouder (D) schuiven en onderaan vastklikken,
zie afb. [4].
3. Sensorkabel (E1) naar beneden richting revisieopening
geleiden.
4. Sensorhouder (D) naar boven schuiven en met schroef (D1)
vastzetten, zie afb. [3].
Voorbereidingen wandinbouwkast
1. Beschermkap (C2) van de besturingskast vlak tegen
de muur afsnijden, zie afb. [5].
2. Opening uit de afdekking snijden.
3. Schroeven losdraaien en beschermkap (C3) van de
wandinbouwkast vlak tegen de muur afsnijden.
Sensor installeren in wandinbouwkast
1. Sensor (E) in de sensorkast monteren, zie afb. [6].
2. Sensor met de bevestigingsbeugels (K) vastzetten
3. Sensorkabel (E1) door de lege pijp (L) naar de
wandinbouwkast geleiden.
Urinoir monteren
Open de voorafsluiter (B), zie afb. [8].
Spoel de leidingen grondig.
Sluit de voorafsluiter (B).
Magneetventiel installeren
1. Vervang het afstandsstuk (F) door magneetventiel (G),
let hierbij op de doorstroomrichting, zie afb. [7].
2. Afdichtingen (G1) plaatsen.
Transformator en elektronicamodule installeren
1. Beschermkap verwijderen en bovenstuk (H) van
de transformator op het onderstuk (H1) aanbrengen,
zie afb. [9].
2. Elektronicamodule (A) op de bevestiging aanbrengen.
3. Sluit de voorafsluiter (B), zie uitvouwbaar blad II, afb. [2].
4. Sluit de stekkerverbinding (A3) tussen de
elektronicamodule (A) en het magneetventiel (G) aan,
zie afb. [10].
5. Sluit de sensorkabel (E1) op de aansluitkabel
van de elektronicamodule (A) aan.
6. Sluit het bovenstuk (H) van de transformator
op de elektronicamodule (A) aan.
7. De detectie van de positie wordt gestart:
- Op het display verschijnt afwisselend P en E.
- Het systeem activeert 3 keer een spoeling gedurende
ca. 1 sec. en controleert of er water in het detectiebereik
stroomt.
8. Na de detectie van de positie volgt er een hoofdspoeling.
De instelmodus is actief.
Als de instellingen juist zijn, revisiekap monteren.

Instellingen configureren

Instelmodus
In de instelmodus kunnen het spoelvolume (zie Instelling
spoelvolume) en het detectiebereik (zie Reikwijdte instellen)
worden gecontroleerd en veranderd en de teller worden
teruggezet, zie Teller terugzetten.
Het detecteren van de positie is beperkt
tot 25 spanningsonderbrekingen bij de elektronicamodule.
Vanaf de 26e spanningsonderbreking wordt de positie
niet meer gedetecteerd.
Voor het weer detecteren van de positie moet de teller worden
teruggezet, zie Teller terugzetten
Het spoelvolume kan ook middels de optionele
afstandsbediening worden ingesteld.
De instelmodus wordt als volgt geactiveerd:
1. Revisiekap verwijderen.
2. Onderbreek de voeding op de elektronicamodule (A)
en sluit deze na 10 sec. weer aan, zie afb. [11].
3. De detectie van de positie wordt gestart:
- Op het display verschijnt afwisselend P en E.
- Het systeem activeert 3-keer een spoeling gedurende
ca. 1 sec.
4. Na de detectie van de positie volgt er een hoofdspoeling.
Het controlelampje (A4) in de elektronicamodule (A)
knippert, de instelmodus is geactiveerd, zie uitvouwbaar
blad III, afb. [12]. De instelmodus wordt automatisch
na 3 min. beëindigd als er niets wordt ingesteld.
5. Raak het knipperende controlelampje (A4) in de
elektronicamodule kort aan. Het controlelampje (A1)
op het display (A2) van de elektronicamodule licht op.
6. Raak het knipperende controlelampje (A4) in de
elektronicamodule nogmaals kort aan.
De instelmodus voor het spoelvolume is actief.
Het display (A2) loopt gedurende 5 sec. van onderen
naar boven
Gedurende deze periode kan door opnieuw kort aanraken
van het knipperende controlelampje (A4) de instelmodus
van de reikwijdte worden geactiveerd.
In de instelmodus voor de reikwijdte loopt het
display (A2) gedurende 5 sec. van rechts naar links.
Ook nu kan de andere modus weer worden geactiveerd.
Na 5 sec. zonder het activeren van een andere modus
verschijnt het ingestelde spoelvolume respectievelijk
de ingestelde reikwijdte.
Spoelvolume instellen
De fabrieksinstelling van het spoelvolume is ca. 3 l bij 3 bar
stromingsdruk.
Het spoelvolume kan als volgt worden gewijzigd:
1. Instelmodus voor het spoelvolume kiezen.
2. Door kort aanraken van het knipperende
controlelampje (A4) kan het spoelvolume worden verhoogd,
zie afb. [12].
Na spoelvolume 7 l begint het volume weer bij 1 l.
3. Het weergegeven spoelvolume wordt opgeslagen als
er binnen 10 sec. niets wordt gewijzigd.
Er volgt een spoeling met het ingestelde spoelvolume.
Het display dooft en de instelmodus is afgesloten.
22

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis