Inbedrijfname - Siemens 2WR6 Serie Installationsanleitung

Afb. 6: Bevestigingsplaat en wandmontage
3.3 Stroomvoorziening
De meter is met een batterij met lange levensduur uitgerust
voor een bedrijfstijd van 6 of 11 jaar. De bedrijfstijd kunt u op
het typeplaatje zien.
Let op: Open de batterijen niet. Laat de batterijen niet
met water in contact komen en gebruik ze niet bij
temperaturen hoger dan 80 °C. Gooi gebruikte
batterijen weg op geschikte verzamelplekken.
Een extern geheugen 24 V AC / DC, galvanisch gescheiden, is
als speciale uitvoering verkrijgbaar.
3.4 Interface van de rekenmodule
De meter is standaard met een optische interface met M-bus-
protocol uitgerust.
3.5 Communicatie
Wanneer de meter met een van de opties "M-bus", "Minibus" of
"Impulsuitgang" uitgerust is, wordt hij met een 2-draads-
aansluitkabel geleverd. U kunt de aansluitkabel met een kabel
2 × 0,75 mm² verlengen. Let bij de impulsuitgang bij het
aansluiten op de polarisatie (bruin: + en wit: -)
Opmerking: Bij het aflezen via de M-bus mag de
toegestane gemiddelde afleesfrequentie niet worden
overschreden (1 × per 3 u bij 2400 Bd, 1 × per 24 u
per 300 Bd). Het vaker aflezen is niet toegestaan en
kan tot storing van de meter leiden.
3.6 Temperatuurvoeler
Opmerking: De kabels mogen niet losgemaakt, verkort
of verlengd worden.
4. Parametrering
Instelbare parameters
01.01. - - S Jaarlijkse peildag (01-01 --)
01.08.12 D Datum (01-08-2012)
15.33.06 T Tijd (15:33:06)
2 3 4 5 6 7 8 K Eigendomsnr. of M-bus
(secundair adres)*
123 A Primair adres*
Ft + Storingsuren resetten
Nb - - - - - Terugkeer naar normale werking
*) Als de meter al aan een M-bus aangesloten is, genereert u handmatig een wijziging
in de spanning voor de overname van een nieuw M-bus-adres.
Parametreerfunctie oproepen
Voor het parameteriseren van de meter gaat u als volgt te
werk:
•
Druk 10 sec lang op de toets.
Het scherm schakelt naar het serviceniveau.
•
Druk zo vaak op de toets totdat het scherm - - - - - -
aangeeft.
•
Druk lang op de toets om naar de invoermodus over te
schakelen.
•
Voer de huidige meterdatum in.
Siemens Building Technologies
Het scherm schakelt naar het parametreerniveau. Het
vervolgkeuzemenu schakelt elke 1,5 sec naar het volgende
menu-item.
Parametreren
Voor het parametreren gaat u als volgt te werk:
1. Zodra de gewenste functie wordt getoond, drukt u op de
knop om deze functie te bevestigen.
2. Druk lang op de toets om de waarde in te stellen.
3. Druk kort op de toets om de knipperende, ingestelde
waarde te bevestigen.
De volgende parameter rechts knippert. Herhaal stap 2 en 3
voor alle parameters.
•
Het scherm geeft bij het verlaten kort een ster weer.
Bij een verkeerde invoer kunt u opnieuw de parameters
instellen.
Parametrering afsluiten
Voor het verlaten van de parameterinvoer gaat u als volgt te
werk:
•
Druk op de toets, wanneer het scherm Nb ----- aangeeft.
Het parametreerbereik wordt automatisch verlaten als er 10
min geen toets wordt ingedrukt.
5.

Inbedrijfname

Voor de inbedrijfname gaat u als volgt te werk:
•
Open de schuifafsluiter.
•
Controleer de installatie op dichtheid en ontlucht hem
zorgvuldig.
Na hoogstens 100 sec verdwijnt de melding F0.
•
Controleer de weergaven van de stroom en temperaturen
op betrouwbaarheid.
•
Ontlucht de installatie totdat de stroomweergaven stabiel
zijn.
•
Reguleer met de stroomweergave de installatie.
•
Dicht de voeler af als bescherming tegen sabotage.
•
Breng de gebruikersbeveiligingen op de
schroefverbindingen en de voelers aan.
•
Lees de meterstanden voor energie, volume, bedrijfs- en
storingstijden af en noteer de waarden.
Aanbeveling: Reset de maxima en de storingstijd.
Gebruikersbeveiligingen aanbrengen
Aan de meter zijn twee zog. self-lockafdichtingen bevestigd,
waarmee de aanvoervoeler en de meetbuisschroefverbinding
kunnen worden afgedicht.
afb. 7: Voorbeeld aanvoervoeler
C
CE2M5378xx 15.05.2015 15