•
Druk op de toets met het punt.
•
Druk op de pijltoetsen voor het instellen van de hoogte van de signaaltoon resp.
voor het uitschakelen van de signaaltoon (het signaaltoon-symbool verdwijnt).
•
Druk op de toets OK, om de wijzigingen op te slaan of op de toets EXIT, om de
wijzigingen te annuleren.
•
Druk op de toets EXIT, om terug te keren naar normaal bedrijf.
U kunt op elk ogenblik op de toets EXIT drukken, om terug te keren naar
het normaal bedrijf.
Gebruik
afstandsbediening
Na het programmeren is uw universele afstandsbediening gebruiksklaar.
Wisselen van bedieningstoets-pagina's
•
Druk eenvoudig op de betrokken apparaat-selectietoets (5), tot de gewenste
pagina zichtbaar wordt.
Bediening van de toestellen
•
Richt de universele afstandsbediening op het aan te sturen toestel.
•
Druk op de apparaat-selectietoets (5) van het betrokken apparaat.
•
Druk op de gewenste bedieningstoets (4).
•
Bij het bedienen van de opnamefunctie moet de bedieningstoets (4) voor opname
2 seconden worden ingedrukt, om het commando te starten. Dit is een veiligheid,
om ongewenst opnemen te vermijden.
van
de
universele
125