Werbung
8.
Inbetriebnahme
Synchronisierung mit dem Sensor
1.
Die Haupteinheit misst Temperatur und Luftfeuchtigkeit, sobald Batterien eingelegt sind. Die
Haupteinheit (Empfänger) sucht fünf Minuten lang nach Informationen, die sie ggf. vom Sensor
(Sender) über den HF-Kanal (433 MHz) empfangen kann. Auf dem Bildschirm blinkt
die Haupteinheit versucht, die Verbindung mit dem Sensor aufzunehmen.
2.
Der Sensor ist nicht wetterfest und muss an einem schattigen, trockenen Ort platziert werden.
3.
Die vom Sensor gemessenen Temperatur- und Luftfeuchtigkeitswerte werden auf dem LC-Display
der Haupteinheit angezeigt, sobald das HF-Signal empfangen wird. Die Synchronisierung der
Haupteinheit mit dem Sensor ist nun abgeschlossen. Auf dem LC-Display wird
die Haupteinheit und der Sensor nicht innerhalb der ersten fünf Minuten synchronisiert werden
können, wird auf dem LC-Display
angezeigt.
4.
Um sie erneut zu synchronisieren, drücken Sie die Taste RE-SYNC (J) an der Haupteinheit.
Beachten Sie:
-
Die Haupteinheit oder die Außeneinheit sollten mindestens 1,2 m von jeglichen interferierenden
Quellen wie Computer-Monitoren oder TV-Anlagen entfernt platziert werden.
-
Vermeiden Sie ein Aufstellen der Haupteinheit in der Nähe von Metallfensterrahmen.
-
Vermeiden Sie den Einsatz von elektronischen Geräten, die den gleichen Frequenzbereich
(433 MHz) benutzen.
5.
Wenn die Haupteinheit in der Vergangenheit die korrekte Ferntemperatur und Luftfeuchtigkeit
angezeigt hat, jetzt jedoch „--" anzeigt, ist die Verbindung zwischen Haupteinheit und Sensor
getrennt. Folgen Sie den Anweisungen in Schritt 4, um Haupteinheit und Sensor erneut zu
synchronisieren.
6.
Sollte eine Synchronisierung nicht möglich sein, setzen Sie Haupteinheit und Sensor zurück auf
Werkseinstellung.
Öffnen Sie nicht das Batteriefach, nachdem Haupteinheit und Sensor synchronisiert wurden.
Sie könnten sie damit versehentlich auf Werkseinstellung zurücksetzen.
Der maximale Übertragungsbereich umfasst bis zu 30 m vom Sensor zur Haupteinheit (im
freien Gelände). Dies ist jedoch abhängig von den Umgebungsbedingungen.
10
Instellen van de temperatuur en luchtvochtigheidswaarschuwing
1.
Druk op de knop TEMP ALERT (H) en houd deze ingedrukt.
2.
Het pictogram
kan de hoogste temperatuurgrenswaarde worden ingesteld.
3.
Druk op de knop MAX / MI
4.
Druk op de knop TEMP ALERT (H) om te bevestigen en over te schakelen naar het instellen van
, wenn
de laagste temperatuurgrenswaarde.
5.
Het pictogram
kan de laagste temperatuurgrenswaarde worden ingesteld.
6.
Druk op de knop MAX / MI
7.
Druk op de knop TEMP ALERT (H) om te bevestigen en over te schakelen naar het instellen van
angezeigt. Falls
de hoogste luchtvochtigheidsgrenswaarde.
8.
Het pictogram
knippert. Nu kan de hoogste luchtvochtigheidsgrenswaarde worden ingesteld.
9.
Druk op de knop MAX / MI
10.
Druk op de knop TEMP ALERT (H) om te bevestigen en over te schakelen naar het instellen van
de laagste luchtvochtigheidsgrenswaarde.
11.
Het pictogram
knippert. Nu kan de laagste luchtvochtigheidsgrenswaarde worden ingesteld.
12.
Druk op de knop MAX / MI
13.
Druk op de knop TEMP ALERT (H) om te bevestigen.
Activeren van de temperatuurwaarschuwingsfunctie
De temperatuurwaarschuwingsfunctie werkt zowel voor de waarden binnenshuis als buitenshuis. Er
zijn drie modi, zie de onderstaande tabel.
Hoogste grenswaardemodus
Laagste grenswaardemodus
Hoogste
en
grenswaardemodus
Waarschuwing gedeactiveerd
verschijnt boven de temperatuurwaarde en de temperatuurwaarde knippert. Nu
N /▲ (G) en CLEAR / ▼ (K) om deze waarde aan te passen.
verschijnt boven de temperatuurwaarde en de temperatuurwaarde knippert. Nu
N /▲ (G) en CLEAR / ▼ (K) om deze waarde aan te passen.
verschijnt boven de luchtvochtigheidswaarde en de luchtvochtigheidswaarde
N /▲ (G) en CLEAR / ▼ (K) om deze waarde aan te passen.
verschijnt boven de luchtvochtigheidswaarde en de luchtvochtigheidswaarde
N /▲ (G) en CLEAR / ▼ (K) om deze waarde aan te passen.
Waarschuwing als de gemeten temperatuur/luchtvochtigheid hoger
is dan de hoogste grenswaarde. Het pictogram
boven de temperatuur en luchtvochtigheidswaarden.
Waarschuwing als de gemeten temperatuur/luchtvochtigheid lager
is dan de laagste grenswaarde. Het pictogram
boven de temperatuur en luchtvochtigheidswaarden.
laagste
Waarschuwing als de gemeten temperatuur/luchtvochtigheid
hoger is dan de hoogste grenswaarde, of lager is dan de laagste
grenswaarde. Beide pictogrammen
de temperatuur en luchtvochtigheidswaarden.
Beide pictogrammen
en
staan uit.
verschijnt
verschijnt
en
verschijnen boven
59
Werbung
Kapitel
