Conrad VC - 601 Bedienungsanleitung Seite 20

c) elektrostatischen Feldern (Auf-/Entladungen)
d) Sendeantennen oder HF-Generatoren
• Verwenden Sie den Tester nicht kurz vor, während
oder kurz nach einem Gewitter (Blitzschlag! / ener-
giereiche Überspannungen!). Achten Sie darauf, daß
Ihre Hände, Schuhe, Kleidung, der Boden, das Meß-
gerät bzw. die Meßleitungen, Schaltungen und
Schaltungsteile usw. unbedingt trocken sind.
• Wenn anzunehmen ist, daß ein gefahrloser Betrieb
nicht mehr möglich ist, so ist das Gerät außer Be-
trieb zu setzen und gegen unbeabsichtigten Betrieb
zu sichern. Es ist anzunehmen, daß ein gefahrloser
Betrieb nicht mehr möglich ist, wenn
- das Gerät sichtbare Beschädigungen aufweist,
- das Gerät nicht mehr arbeitet und
- nach längerer Lagerung unter ungünstigen Ver-
hältnissen oder
- nach schweren Transportbeanspruchungen.
• Schalten Sie das Meßgerät niemals gleich dann ein,
wenn es von einem kalten in einen warmen Raum
gebracht wird. Das dabei entstandene Kondens-
wasser kann unter Umständen Ihr Gerät zerstören.
Lassen Sie das Gerät uneingeschaltet auf Zimmer-
temperatur kommen.
Vorstellung
Der Stromzangenadapter VC - 601 ist ein Meßhilfsmit-
tel für nahezu jedes Multimeter mit einer Eingangsim-
pedanz von >/= 1 M Ohm und mit 4-mm-Sicherheits-
buchsen. Auftrennungen von Meßstromkreisen, wie
bei "herkömmlichen" Multimetern (mit Meßleitungen),
entfallen. Sie können die zu messenden Ströme direkt
an den einzelnen Stromversorgungsleitungen (isolierte
Einzelleiter) in einem Gerät ermitteln (ähnlich einer
Stromwandlerspule).
10
niet in de buurt van een magnetisch
storingsveld bevinden (bijv. luidspreker,
elek. machines enz.). De contactvlakten
van de tangenarmen moeten schoon en
gesloten zijn.
Kunt u de nulafstemming niet correct uitvoeren, han-
delt u als volgt:
Na meerdere doorgevoerde gelijkstroommetingen kan
in de tang restmagnetisme aanwezig zijn. Deze laat
zich verwijderen doordat u de richting van de te meten
stroom verandert, door verkeert om aan te leggen van
de stroomtang.
Maak de tang achter elkaar meerdere keren open en
dicht (klapperen). Aansluitend probeert u de nulaf-
stemming opnieuw.
A3 Uitvoeren van stroommetingen
Let op!
Overschrijd in geen geval de max. to-
elaatbare ingangsgroottes max. 1000
ADC/AACrms. Hierbij mag de spanning
beslist niet groter dan 1000 VFC resp.
750 VACrms (rms = effectief) zijn! Raak
geen schakelingen of onderdelen van
schakelingen aan, als u daarin spannin-
gen > 25 VACrms of 35 VDC meet. Le-
vensgevaarlijk!
Voor het meten van gelijk- of wisselstromen handelt u
als volgt:
Verbind de meetsnoeren van de uitgeschakelde
stroomtang met de meetbussen op de uitgeschakelde
multimeter. Let vooral op een veilige bevestiging van
de aansluitsnoeren op de multimeter. Schakel nu de
stroomtang en de aangesloten multimeter in. Stel het
meetapparaat in, of op ACV (wisselspanningsmeting)
59