Bedieningselementen En Werking; A) Bedienelementen; B) Geluidssignalen - Renkforce MD 2500 Bedienungsanleitung

10. Bedieningselementen en werking

a) Bedienelementen

In dit hoofdstuk worden de functies van de bedienelementen en indicatielampjes op het meetinstrument verklaard. Let hiervoor
op de nummering in afbeelding 4.
• De metaaldetector wordt met de schakelaar "Mode" (1) ingeschakeld en daarbij
wordt de bedrijfsmodus geselecteerd. Er zijn 3 bedrijfsmodi beschikbaar: VLF, TR1
en TR2.
- Modus "VLF" dient voor de basisinstelling van de metaaldetector.
- Modus "TR1" wordt voornamelijk gebruikt om te zoeken en maakt een grof
onderscheid tussen verschillende voorwerpen, zoals vb. tussen goud en ijzer
en geeft dit in het meetinstrument (2) weer.
- Modus "TR2" wordt gebruikt voor de nauwkeuriger analyse van een in modus
"TR1" gevonden voorwerp en maakt een onderscheid tussen verschillende
voorwerpen, zoals vb. tussen goud en aluminium en geeft dit in het meetinstru-
ment (2) weer.
• De instelregelknop "Volume" (3) regelt het volume van het detectiesignaal.
• Met de instelregelknop "Ground" (4) kan de metaaldetector aan verschillende
bodemomstandigheden worden aangepast, wat zo het zoekresultaat verbetert.
• De instelregelknop "Tuning" (5) dient voor het synchroniseren van de zoeksonde
met de elektronica van de bedieneenheid en corrigeert de nulstand van het meet-
instrument (2).
• Bij de instelregelknop "Discrimination" (6) wordt de onderscheidsdrempel tussen
verschillende metalen ingesteld.
• Met de instelregelknop "Sensitivity" (7) kan de metaaldetector aan verschillende
zoekdieptes worden aangepast, wat zo het zoekresultaat verbetert.
• De knop in het handvat (8) dient voor insteldoeleinden en een nulstand van de meetinstrumenten tijdens bedrijf.
• De LED (9) wijst op een onderspanning van de batterijen. Als deze LED tijdens gebruik oplicht, moeten beide batterijen worden
vernieuwd.

b) Geluidssignalen

In het bediendeel is een luidspreker en koptelefoonbus (langs de zijkant van het handvat) ingebouwd. Als een koptelefoon wordt
aangesloten, is de ingebouwde luidspreker uitgeschakeld. Het volume kan met de instelregelknop "Volume" (3) worden ver-
hoogd (naar rechts draaien) of verlaagd (naar links draaien). Als een niet ijzerhoudend voorwerp wordt herkend, weerklinkt een
geluidssignaal.
Het gebruik van een koptelefoon maakt het niet alleen mogelijk om de geluidssignalen beter te herkennen, maar ver-
mindert tegelijk het stroomverbruik van de metaaldetector.
Bij koptelefoongebruik moet de instelregelknop "Volume" (3) voor het inschakelen van het apparaat helemaal naar
links worden gedraaid. Anders dreigt er gehoorschade door een te hoog volume!
43