Bij het transport in voertuigen moet het
apparaat conform de geldige richtlijnen
beveiligd worden tegen verschuiven en
kantelen.
Onderhoud
GEVAAR
Gevaar voor letsels door per ongeluk star-
tend apparaat en elektrische schok.
Bij alle werkzaamheden aan het apparaat,
het apparaat uitschakelen en de netstekker
uittrekken.
Apparaatschakelaar op „0/OFF" stellen.
Watertoevoer sluiten.
Pomp met apparaatschakelaar kort (ca.
5 seconden) inschakelen.
Apparaatschakelaar op „0/OFF" stellen.
Handspuitpistool bedienen tot het ap-
paraat drukvrij is.
Stekker alleen met droge handen uit het
stopcontact trekken.
Wateraansluiting verwijderen.
Handspuitpistool borgen.
Apparaat laten afkoelen.
Veiligheidsinspectie/
onderhoudscontract
Met uw handelaar kunt u een regelmatige
veiligheidsinspectie afspreken of een on-
derhoudscontract afsluiten. Gelieve ons
advies te vragen.
Onderhoudsintervallen
Wekelijks
Filter in de wateraansluiting reinigen.
Maandelijks
Filter aan de reinigingsmiddel-zuig-
slang reinigen.
Alle 500 bedrijfsuren, minstens jaarlijks
Laat het onderhoud van het apparaat
uitvoeren door de klantenservice.
Onderhoudswerkzaamheden
Instructie: Olievervanging aan hogedruk-
pomp is niet noodzakelijk.
Filter in de wateraansluiting reinigen.
Filter verwijderen.
Filter in water reinigen en opnieuw
plaatsen.
Filter aan de reinigingsmiddel-zuigslang
reinigen
Filter in water reinigen en opnieuw
plaatsen.
Hulp bij storingen
GEVAAR
Gevaar voor letsels door per ongeluk star-
tend apparaat en elektrische schok.
Bij alle werkzaamheden aan het apparaat,
het apparaat uitschakelen en de netstekker
uittrekken.
Apparaat draait niet
– Geen netspanning
Spanningsaansluiting/toevoerleiding
controleren.
– motor overbelast/oververhit
Apparaatschakelaar op „0/OFF" stellen.
Apparaat laten afkoelen.
Apparaat inschakelen.
Indien de storing daarna opnieuw op-
treedt, apparaat door klantendienst la-
ten controleren.
– Uitlaatgastemperatuurregelaar is in
werking getreden, verwarmingsbuis
verroet.
Apparaat door de klantendienst laten
ontroeten.
– Uitlaatgastemperatuurregelaar is in
werking getreden, uitlaatgastempera-
tuur te hoog.
Apparaatschakelaar op „0/OFF" stellen.
Apparaat laten afkoelen.
Alleen bij toestellen met manuele terug-
stelling:
Afbeelding
Reset-knop van de uitlaatgastempera-
tuurregelaar bedienen.
Apparaat inschakelen.
Indien de storing daarna opnieuw op-
treedt, apparaat door klantendienst la-
ten controleren.
– 8
NL
59