Schakel het apparaat uit voor reinigings- en onderhoudswerkzaamheden en haal de stekker
uit het stopcontact.
Schoonmaken
• Neem het apparaat af met een licht
vochtige, zachte doek. Gebruik geen
chemische oplosmiddelen zoals gas,
alcohol of dergelijke.
• Als het apparaat erg vuil is, gebruik dan
ook een beetje neutraal afwasmiddel.
De filters reinigen
LET OP: Gebruik het apparaat niet zonder filter.
Anders raakt het verstopt met pluisjes en vuil,
wat de prestaties vermindert. Plaats het filter
altijd stevig. Reinig het verdampings- en
condensatiefilter van het apparaat om de twee weken.
Voor het verwijderen en reinigen van het verdampingsfilter:
1. Pak het verdampingsfilter vast bij de vasthoudpositie en verwijder het voorzichtig.
2 Gebruik een harde borstel of een stofzuiger om stof en deeltjes uit het filter te
verwijderen.
3 Vervang het verdampingsfilter.
Voor het verwijderen en reinigen van het condensorfilter:
1. Pak het condensatorfilter vast en verwijder het voorzichtig.
2 Gebruik een harde borstel of een stofzuiger om stof en deeltjes uit het filter te
verwijderen.
3. vervang het condensatorfilter.
De uitlaatluchtslang reinigen
1. Verwijder de luchtafvoerslang van de achterkant van het apparaat en van de bijbehorende
raamafdichtingsset. Laat het afkoelen.
2. Gebruik een zachte, droge doek om stof en vuil te verwijderen.
3 Vervang de uitlaatluchtslang.
REINIGING EN ONDERHOUD
Condensatiefilter
S. 72
Draagbeugel
Verdampingsfilter
Houd positie