Ingebruikname / bediening
1. Maak het textiele voorfilter (1) los door het aan beide kanten bovenaan
het filter naarvoren te trekken. Neem de DualFilterlM(2) uit zijn behui-
zing (3) en verwijder de plastic folie. Plaats de Dual FilterTM (2) zoda-
nig dat de twee stoffen lipjes zichtbaarzijn aan de voorkant De pijlen
bovenaande filter (2) geven de richting aan waarin de filter geplaatst
moet worden. Belangrijk: Rogerbig heeft aan beide kanten een tex-
tiel voorfilter
en een Dual FilterTM Beide Dual FilterTM moeten
uitgepakt en ingezet
2. Plaats de textiele voorfilter (1) terug door de plaatsingshulpmiddelen
onderaande textiele voorfilter (1) in de inkepingenop de behuizing(3)
te steken en klap het textiele voorfilter (1)naar de behuizingtoe tot aan
de magnetenop de behuizing(3) bovenaanvastzit. Let op dat de led
cilinderonderaanop de voorkantvan het apparaat door het gat van het
voorfilter
steekt.
3. Plaatsde Roger/Rogerlittle/Roger big op de gewensteplaats en opeen
vlak oppervlak, liefst in het middenvan de kamer.Hierdoorkan er lucht
vanuit alle richtingen binnenkomen.
4 Sluit het netsnoer(4)aanopde aansluiting(5)op het apparaat endaarna
op eengeschikt stopcontact.
5 Schakelde Roger/Rogerlittle/Roger big aan door op de aan-uitknop(6)
te drukken.Deknoppenende weergave lichten involgordeop, van links
naarrechts.Wanneeru binnen10secondenop geenandereknopdrukt,
dooft de weergave weer. Anders blijft deze 10 seconden langerzicht-
baar.Wanneeru opde aan-uitknop(6)of eenandereknopdrukt, gaanze
weer branden.Drukgedurendetwee secondenop de aan-uitknop(6)om
de Roger/Rogerlittle/Roger big uit te schakelen
6. De luchtkwaliteit wordt gemeten door verschillende sensoren(Roger/
Rogerbig = gas- en deeltjessensorPM2,5/ Rogerlittle = gassensor)en
wordt aangegevendoor de indicator voor de luchtkwaliteit (7) vooraan
op het textiele voorfilter (1).Eenblauwe led geeft een goedeluchtkwa-
liteit aan. De led brandt oranje bij een middelmatigeluchtkwaliteit en
rood bij een slechte luchtkwaliteit. AIs u het apparaat opnieuw inscha-
kelt, krijgt de weergave gedurendede eerste drie minuten een oranje
kleur. Daarna verandert de kleur van de weergave naargelang de lucht-
kwaliteit die opdat momentgemetenwordt (blauw,oranje of rood).
7. U kunt de snelheid wijzigen door op de knop voor het selecteren van de
snelheid (8) te drukken (één led voor niveau 1, twee LEDsvoor niveau 2,
enz.).Het verhogenvan de snelheidkannuttig zijn wanneerde indicator
voor de luchtkwaliteit (7) aangeeft dat de luchtkwaliteit achteruit gaat
(blauwvoor goedeluchtkwaliteit, oranjevoor gemiddeldeluchtkwaliteit
en rood voor slechte luchtkwaliteit). Voor een optimale luchtreiniging
radenwe aan het apparaatte gebruikenin de auto-modus(9).
8. Wanneer u op de knopvoor de auto-modus(9) hebt gedrukt, wordt de
snelheid automatisch geregeld naargelang de huidige luchtkwaliteit
(stappen1—4). W anneerde luchtkwaliteit achteruit gaat, selecteert het
apparaat automatischeen hogeresnelheid. Opde weergave verschijnt
'AUTO'wanneerde auto-modusgeactiveerd is
9. Wanneer u op de timerknop (10)drukt, kunt u de werkingstijd instellen
tussen één en zeven uur (bijvoorbeeld, 3u
den, 7u = de LEDs1u, 2u en 4u branden).De geselecteerdetijd wordt
weergegevenmet witte LEDsbovende timerknop.Drukeenmaalom de
worden
de LEDslu en 2u bran-