Herunterladen Diese Seite drucken

EUROM Flow 250 Bedienungsanleitung Seite 6

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Flow 250:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 25
• Laat de dompelpomp niet pompen als deze het water om wat voor reden dan ook niet
kan afvoeren (bijvoorbeeld een verstopte afvoer, te hoge opvoerhoogte, enz.).
Hierdoor kan de dompelpomp beschadigd raken.
• Het droog laten lopen van de dompelpomp versnelt de slijtage en kan tot
oververhitting leiden. Voorkom daarom altijd dat de dompelpomp pompt terwijl er
geen water meer wordt verplaatst. Schakel de dompelpomp in zulke gevallen altijd
onmiddellijk uit.
• De vlotterschakelaar mag alleen buiten het water worden bediend.
• Om ervoor te zorgen dat de vlotterschakelaar in- en uitgeschakeld kan worden, moet
de kabellengte tussen de vlotterschakelaar en de vlotterschakelaar-vergrendeling
minstens 10 cm zijn.
• De afvoerslang mag tijdens het gebruik van de pomp niet uit de pomp worden
verwijderd.
• Controleer de afvoerslang regelmatig.
• Verwijder de stekker van de dompelpomp uit het stopcontact voordat de dompelpomp
wordt gemonteerd.
• Verwijder de stekker van de dompelpomp uit het stopcontact voordat de dompelpomp
wordt aangesloten, afgesteld of vervoerd, of om een andere reden wordt aangeraakt.
• Verwijder de stekker van de dompelpomp uit het stopcontact voordat problemen met
het product worden opgelost.
• Verwijder de stekker van de dompelpomp uit het stopcontact voordat onderhoud
wordt uitgevoerd of onderdelen worden vervangen. Zorg ervoor dat het stopcontact
zich binnen uw gezichtsveld bevindt.
• Bij overbelasting wordt de dompelpomp uitgeschakeld door de ingebouwde
thermische motorveiligheidsschakelaar. Nadat de motor voldoende is afgekoeld, is de
dompelpomp weer klaar voor gebruik.
• Als de dompelpomp in bedrijf is, mag er geen druk worden uitgeoefend op de kabels in
de vorm van slaan, drukken, draaien of trekken, of door er zware voorwerpen op te
plaatsen. Gebruik de elektrische kabel NIET om er iets mee op te hangen. Al deze
handelingen kunnen een elektrische schok veroorzaken.
• Zorg ervoor dat de dompelpomp op een stabiele ondergrond staat voordat er
werkzaamheden aan of met de dompelpomp worden uitgevoerd om ongelukken en
schade te voorkomen.
• Houd tijdens transport en bij het kiezen van een opslagplaats rekening met het gewicht
van de dompelpomp om ongevallen en verwondingen te voorkomen.
• Om veiligheidsredenen moet uw dompelpomp conform de nationale voorschriften
altijd worden aangesloten op een geaard stopcontact dat deel uitmaakt van het
elektriciteitsnet. Deze moet minimaal 16A gezekerd zijn en een aardlekschakelaar
hebben met een nominale aardlekstroom van maximaal 30 mA.
6

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

Flow 400Flow 750261103261134261141