Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Veiligheid Accu - Parkside PBAM 224 A1 Originalbetriebsanleitung

Benzin-aufsitzrasenmäher
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 31
Bij het achteruit maaien bijzonder voorzichtig te werk gaan
en voor de start van het maaien het gehele bereik achter de
benzine-opzitmaaier grondig controleren.
• Bij werken binnen een groep moet u anderen altijd direct
meedelen wat u gaat doen. Veiligheidsafstand in acht ne-
men!
• Voor elke richtingswijziging moet de rijsnelheid zo worden
gereduceerd, dat de gebruiker op elk moment de controle
over het apparaat behoudt en de benzine-opzitmaaier ook
niet kan omvallen.
• Bij het gebruik in de buurt van straten en bij het oversteken
van verkeerswegen moet er op andere verkeersdeelnemers
worden gelet.
• Bijzondere voorzichtigheid vereist bij het maaien in de buurt
van straten, fietspaden en voetpaden. Weggeslingerde de-
len kunnen tot ernstige verwondingen en beschadigingen
leiden.
m Omgang met benzine
m Levensgevaar! Benzine is giftig en zeer ontvlam-
baar.
• Bewaar benzine alleen in daarvoor bedoelde en gecontro-
leerde containers (jerrycans). De sluitkappen van het tankre-
servoir moeten altijd correct opgeschroefd en aangehaald
worden. Defecte sluitingen moeten vanwege veiligheidsrede-
nen worden vervangen.
• Houd benzine uit de buurt van vonken, open vuur, waak-
vlammen, warmtebronnen en andere ontstekingsbronnen.
Niet roken!
• Vul de tank uitsluitend bij in de buitenlucht en rook niet tij-
dens het tanken.
• Schakel voor het tanken de verbrandingsmotor uit en laat
deze afkoelen.
• Benzine moet voor het starten de verbrandingsmotor worden
bijgevuld. Als de verbrandingsmotor loopt of bij een hete
machine mag de tankdop niet geopend worden of er ben-
zine worden bijgevuld.
• Open de tankdop voorzichtig en langzaam. Drukcompensa-
tie afwachten en pas daarna de tankdop volledig afnemen.
• Gebruik voor het tanken een geschikte trechter of een invoer-
buis, zodat er geen brandstof op de verbrandingsmotor en
behuizing resp. het gazon kan terechtkomen.
Vul de brandstoftank niet te vol!
• Om de brandstof ruimte tot uitzetting te bieden, brandstof-
tank nooit tot boven de onderkant van de vulpijp vullen.
Extra gegevens in de gebruikshandleiding van de verbran-
dingsmotor in acht nemen.
• Indien benzine is overstroomd, de verbrandingsmotor pas
starten, nadat de met benzine vervuilde vlakken zijn gerei-
nigd. Elke ontstekingspoging moet worden vermeden totdat
de benzinedampen zijn verdampt (droogvegen).
• Veeg gemorste brandstof direct weg.
• Als benzine op kleding is terechtgekomen, moet deze wor-
den vervangen.
• De tankdop moet na elke keer tanken correct opgeschroefd
en aangehaald worden. Het apparaat mag zonder opge-
schroefde originele tankdop niet in gebruik worden geno-
men.
• Controleer vanwege veiligheidsredenen de brandstoflei-
ding, brandstoftank, tankdop en aansluitingen regelmatig
op beschadigingen, veroudering (breekbaarheid), op cor-
recte bevestiging en ondichte plaatsen en vervang deze
indien nodig.
• Leeg de tank alleen in de open lucht.
• Gebruik nooit drinkflessen of gelijksoortig voor het verwijde-
ren of opslaan van bedrijfsmiddelen, zoals bijv. brandstof.
Personen, in het specifiek kinderen, kunnen verleid worden
daaruit te drinken.
• Bewaar nooit het apparaat met benzine in de tank binnen
een gebouw. Ontstane benzinedampen kunnen met open
vuur en vonken in aanraking komen en zich ontsteken.
• Apparaat en brandstoftank niet in de buurt van verwarmin-
gen, warmtestralers, lasapparaten of andere warmtebron-
nen neerzetten.
Explosiegevaar!
Als tijdens het gebruik een defect aan de tank, de tankdop
of aan brandstofgeleidende delen (brandstofleidingen) wordt
vastgesteld, moet direct de verbrandingsmotor worden uitge-
schakeld. Vervolgens moet contact met een leverancier worden
opgenomen.

Veiligheid accu

• Om vonkvorming door kortsluiting te vermijden, moet altijd
eerst de minkabel (–) op de accu losgemaakt en als laatst
weer aangesloten worden.
• Rook nooit bij werkzaamheden aan de accu. Houd vonken,
open vuur en andere warmtebronnen altijd uit de buurt van
de accu.
• Bij het gebruik van startkabels is speciale voorzichtigheid
geboden. Neem desbetreffende aanwijzingen in acht, om
schade aan de benzine-opzitmaaier te voorkomen (in het
specifiek starter maximaal 10 seconden bedienen).
• Accu nooit openen en niet laten vallen.
• Accu altijd in een gesloten ruimte met goede ventilatie,
droog en tegen weer beschermd opladen.
• Sluit de aansluitingen van de accu niet kort.
• Vervormde of defecte (lekkende) accu's mogen niet worden
gebruikt en moeten vervangen evenals op milieuvriendelijke
wijze verwijderd worden. Neen de landspecifieke voor-
schriften in acht.
• Bij defecte accu's kan er vloeistof uittreden. Contact vermij-
den! Spoel de vloeistof bij toevallig contact af met water. Als
de vloeistof in de ogen terechtkomt, moet u direct een arts
consulteren. Uittredende accuvloeistof kan leiden tot huidir-
ritaties, verbrandingen en irritaties.
• Onderzoek regelmatig door visuele controle de aansluitka-
bels aan de accu op beschadigingen. Laat beschadigde
kabels door een specialist vervangen.
• De zekeringen mogen nooit worden overbrugd. Plaats nooit
een zekering met een andere dan de voorgeschreven belast-
baarheid (Ampère).
NL/BE
81

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis