Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Hama EWS-390 Bedienungsanleitung Seite 10

Elektronische wetterstation
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
E Ophanging voor wandmontage
De uitsparing aan de achterzijde dient voor de wandmontage van het
buitentoestel.
F Knop voor temperatuureenheid („°C/°F")
Voorbereiding
Voor een optimale werking, dient u de volgende aanwijzingen zorgvuldig
door te lezen:
1. Plaats eerst de batterijen van het buitentoestel en pas dan de batterijen
van het basistoestel.
2. Kies voor het basistoestel een plek zo dicht mogelijk bij het
buitentoestel.
3. Let bij de opstelling van het buiten- en basistoestel op het
overdrachtsbereik (normaliter 20-30 m).
Hierbij dient u er rekening mee te houden dat het soort wand dat tussen
de beide toestellen staat het effectieve bereik aanzienlijk kan
beïnvloeden. Probeer verschillende locaties uit voor een optimale
ontvangst. Ongeacht de weersbestendigheid moet het buitentoestel
beschermd worden tegen directe neerslag en zonlicht.
PLAATSEN VAN DE BATTERIJEN: BUITENTOESTEL
1. Draai de schroeven van het batterijvak los.
2. Selecteer een kanaal.
3. Leg 2 batterijen (1,5 V type UM-3 of AA) in het vak en let daarbij altijd op
de richting van de polen aan de hand van de afgebeelde symbolen.
4. Sluit het batterijvak en schroef de afdekking weer vast.
PLAATSEN VAN DE BATTERIJEN: BASISTOESTEL
1. Verwijder de afdekking van het batterijvak.
2. Leg 2 batterijen (1,5 V type UM-3 of AA) in het vak en let daarbij altijd op
de richting van de polen aan de hand van de afgebeelde symbolen.
3. Plaats de afdekking van het batterijvak weer terug.
MELDING BIJ ZWAKKE BATTERIJ
Kort voordat de batterijen van het buitentoestel vervangen moeten worden,
verschijnt in het scherm voor buitentemperatuur en hygrometer het
symbool voor zwakke batterij.
GEBRUIK VAN STANDAARD OF WANDHOUDER
Het basistoestel is met een afneembare standaard uitgerust. Door hem uit
te klappen kan het toestel op een effen ondergrond opgesteld worden. U
kunt de standaard ook verwijderen en het toestel aan de wand ophangen
door gebruik te maken van de uitsparing aan de achterzijde.
U kunt het buitentoestel indien gewenst ook op een effen ondergrond
opstellen of met behulp van de uitsparing aan de muur bevestigen.
Eerste stappen
1. Instellen van de barometer:
a) Na het plaatsen van de batterijen verschijnen op het scherm de
afkortingen "hPa" en "mbar". Druk op de knop UNIT om de meeteenheid
voor de luchtdruk vast te leggen. Vervolgens verschijnen de waarden
„0" en „Meter". Met behulp van de pijlknoppen (
resp.
u kiezen tussen meter en voet of de actuele waarde met de knop UNIT
bevestigen.
b) Nadat u de hoogte-eenheid heeft bevestigd, wordt de hoogte boven NAP
eerst met de fabrieksinstelling van „10 m" resp. „32 voet" weergegeven.
Met behulp van de pijlknoppen (
resp.
) kunt u de hoogte ter
plaatse instellen en met de knop UNIT bevestigen.
Opmerking: in de fabriek is als luchtdrukeenheid „hPa/mbar", als
hoogte-eenheid „Meter" en als standaard hoogtewaarde „10 m"
ingesteld. Als er binnen 60 seconden niets wordt ingevoerd, blijven de
standaard waarden behouden.
Instellen van thermometer, hygrometer en draadloze klok
a) Het buitentoestel begint meteen na het plaatsen van de batterijen met
de overdracht van de gemeten temperatuur en luchtvochtigheid, waarbij
er ongeveer elke 45 seconden nieuwe meetwaarden doorgestuurd
worden. Het basistoestel begint daarop, ongeveer 2 minuten na het
plaatsen van de batterijen, met de ontvangst van draadloze signalen.
18
Bij goede ontvangst worden na ca. 10 seconden de buitentemperatuur
en de luchtvochtigheid weergeven. De meetwaarden worden ongeveer
elke 45 seconden automatisch door het basistoestel geactualiseerd.
b) Als er geen ontvangst is, is er een spatie (
OMLAAG (
) 2 seconden ingedrukt om het zoeken naar het signaal
met ca. 2 minuten te verlengen. Dat kan bij de signaalafstemming en
–ontvangst tussen buiten- en basistoestel een doorslaggevend verschil
uitmaken.
c) Na het volledig ontvangen van het tijdsignaal door het buitentoestel
worden tijd en datum van de draadloze klok automatisch op het DCF77-
signaal afgestemd. Herhaal de procedure elke keer als u afwijkingen in
de weergegeven waarden van buiten- resp. basistoestel vaststelt.
AFLEZEN VAN DE BUITEN- EN BINNENTEMPERATUUR
Thermometer en hygrometer
Het draadloze symbool op het display voor de buitentemperatuur betekent
dat het buitentoestel een goede ontvangst heeft. Als het buitentoestel
gedurende meer dan 2 minuten geen meetwaarden ontvangt, springt het
display van het basistoestel, tot er weer nieuwe meetwaarden worden
uitgewisseld, op het spatiesymbool (
). Controleer of het buitentoestel
gebruiksklaar en goed bevestigd is. Daarbij kunt u of even wachten of een
twee minuten durend zoeken activeren, door de pijltjesknop OMLAAG (
2 seconden ingedrukt te houden. Als de weergegeven temperatuur- en
luchtdrukwaarden het meetbereik van buiten- of basistoestel over- of
onderschrijdt (zie Technische gegevens), worden tevens de spatie (
de afkortingen "HHH" of "LLL" weergegeven.
SYMBOLEN VOOR ONTVANGSTSTERKTE
De ontvangststerkte van het basistoestel wordt door symbolen
aangegeven: het gaat om drie verschillende symbolen:
Toestel bevindt zich in
de zoekmodus
Duidelijke ontvangst van de
temperatuurmeetwaarden
Geen signaalontvangst
HOOGSTE EN LAAGSTE WAARDEN VOOR TEMPERATUUR EN
LUCHTVOCHTIGHEID
De hoogste en laagste waarden van de gemeten binnen- en buitentempera-
turen en de luchtvochtigheid worden automatisch opgeslagen. Om ze weer
te geven drukt u één keer de knop MEM in voor het oproepen van de laag-
ste waarden en nog een keer voor het oproepen van de hoogste waarden.
De waarden worden met MIN resp. MAX aangegeven. Om het geheugen
te wissen, houdt u de knop MEM gedurende 3 seconden ingedrukt. Daarna
worden de hoogste en laagste waarden gewist. Bij het opnieuw indrukken
van de knop MEM blijft de weergave van de hoogste en laagste waarden
tot de volgende actualisering ongewijzigd.
) kunt
VOORSPELLINGEN VOOR TEMPERATUUR EN LUCHTVOCHTIGHEID
De weergegeven voorspelling geeft de op het buitentoestel bepaalde trend
met betrekking tot temperatuur en luchtvochtigheid weer. De drie mogelijke
trends zijn „Stijgend", „Gelijkblijvend" en „Afnemend".
Pijlsymbool
) te zien. Houd de pijlknop
Trend voor temperatuur/
luchtvochtigheid
WEERSVOORSPELLING
Het toestel neemt luchtdrukveranderingen in de atmosfeer waar. Aan de hand van de geregistreerde gegevens stelt het toestel een weersvoorspelling
samen voor de komende 12 tot 24 uur.
Symbool
Voorspelling
OPMERKING:
1. De betrouwbaarheid van de weersvoorspelling, op basis van de algemene luchtdruk is ca. 70%.
2. De weersvoorspellingen geven dus niet altijd de actuele weersgesteldheid weer.
3. Het symbool „Zonnig" moet ´s nachts als „Heldere hemel" geïnterpreteerd worden.
ATMOSFERISE LUCHTDRUK
)
De gemeten barometerwaarde wordt op het weerstation weergegeven met een pijlsymbool voor stijgende, gelijkblijvende of afnemende luchtdruk.
Pijlsymbool
) en
Luchtdruktrend
WEERGAVE BEHAAGLIJKHEIDSFACTOR
De weergave van de behaaglijkheidsfactor geeft drie gesteldheden aan: („COM"), voor aangenaam weer, („WET") voor zeer vochtig weer en („DRY") voor
een zeer droge weersgesteldheid. De weergave van de behaaglijkheidsfactor op het basistoestel is gebaseerd op de volgende omstandigheden:
Symbool
COM
(aangenaam)
WET
(te vochtig)
DRY
(te droog)
Geen symbool
AFLEZEN VAN DE BAROMETRISCHE DRUK
Actuele en opgeslagen barometerwaarden worden in het barometervenster weergegeven.
Ook als u zich op grote hoogte in de bergen bevindt, kunt u de luchtdruk op NAP laten staan. Ga met de knop
PRESSURE/ALTITUDE („luchtdruk/hoogte") in de displaymodus voor luchtdruk naar NAP. Houd de knop
PRESSURE/ALTITUDE ingedrukt om naar de wijzigingsmodus voor de luchtdruk in NAP te gaan. Voer de luchtdruk op
NAP in met de pijlknoppen OMHOOG
De luchtdruk kan in "mbar/hPa","inHg" of in "mmHg" weergegeven worden. Om de meeteenheid te wijzigen, houdt u de
knop UNIT in de displaymodus voor luchtdruk op NAP ingedrukt en selecteert u de gewenste eenheid met de
pijlknoppen OMHOOG
de laatste 36 uur wilt oproepen, drukt u op de knop HISTORY. Door de knop herhaaldelijk in te drukken gaat u in uurstappen
naar het gewenste tijdstip. De opgeslagen atmosferische veranderingen van de afgelopen 24 uur worden als staafdiagram
boven het barometervenster weergegeven.
GEBRUIKEN VAN EN ZOEKEN NAAR MAANFASEN
Het weerstation beschikt over een weergave van de maanfasen en een mogelijkheid om ernaar te zoeken. Daarmee kunnen acht maanfasen, van nieuwe
maan tot maansikkel worden aangegeven. De actuele maanfase knippert sneller naarmate het volle maan of nieuwe maan wordt. De volgende acht maan-
fasen worden aangegeven:
Nieuwe maan
Stijgend
Zonnig
Licht bewolkt
Stijgend
Temperatuurbereik
Vochtigheidsbereik
20 °C tot 25 °C
40 % - 70 % relatieve
(68 °F tot 77 °F)
luchtvochtigheid
-5 °C tot +50 °C
Meer dan 70 % relatieve
(23 °F tot 122 °F)
luchtvochtigheid
-5 °C tot +50 °C
Minder dan 40 % relatieve
(23 °F tot 122 °F)
luchtvochtigheid
Onder 20 °C (68 °F) of
40 % - 70 % relatieve
meer dan 25 °C ( 77°F)
luchtvochtigheid
resp. OMLAAG
en bevestig de invoer door op PRESSURE/ALTITUDE te drukken.
resp. OMLAAG
. Bevestig de selectie door de knop UNIT in te drukken. Als u een waarde uit
Wassende
Eerste
Wassende
Volle
maan
kwartier
halve maan
maan
Gelijkblijvend
Afnemend
Bewolkt
Regen
Sneeuw
Gelijkblijvend
Afnemend
Weersgesteldheid
Optimale temperatuur en
luchtvochtigheid
Zeer vochtig weer
Zeer droog weer
Er wordt geen weersgesteldheid
aangegeven
Afnemende
Laatste
Afnemende
halve maan
kwartier
maansikkel
19

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

00104935

Inhaltsverzeichnis