SCANNEN
De scanprocedure stap voor stap:
Schakel de scanner in > Selecteer het filmtype > Optionele Prescan > Stel
scaninstellingen in > Scan
STAP 1 ‐ De scanner aanzetten
Status‐LED
Inschakelcyclus
LED‐status
Knippert meerdere malen,
daarna een pauze, daarna
doorgaan met knipperen
STAP 2 ‐ selecteer het filmtype
INHOUDSOPGAVE
a.
Open de CyberView scaninterface.
b. Selecteer het te scannen filmtype: Positive (positief), Negative (negatief) of B&W
(zwart/wit).
Aan de slag
Snelle installatiegids
SOFTWARE EN STUURPROGRAMMA INSTALLEREN
HARDWARE INSTALLEREN
120‐film in de houder laden
Houder voor 120‐film in scanner laden
135‐film in de houder laden
Ingeraamde kleinbeelddia's in de houder laden
Kleinbeeldfilm‐ en diahouder in de scanner plaatsen
SCANNEN
STAP 1 ‐ De scanner aanzetten
STAP 2 ‐ selecteer het filmtype
STAP 3 ‐ Optionele Voorbeeldscan
STAP 4 ‐ scaninstellingen vastleggen
c. Nadat u een filmtype hebt geselecteerd, kunt u de beeldgrootte selecteren voor de
STAP 5 ‐ Scanvoorkeuren Voorkeur
verschillende soorten 120‐film, nadat u de filmhouder in de scanner hebt geplaatst.
STAP 6 – Scannen
STAP 7 ‐ afsluiten
OPMERKING: De kleinbeeldfilm wordt automatisch gedetecteerd, een framekeuze is
GEBRUIKERSINTERFACE
Menuopdrachten
Scan
Preview (Voorbeeld)
Image Adjustment (Beeldaanpassing)
Vensters
Help
18
Instelling actief beeld:
Technische ondersteuning
Het kalibreren duurt ongeveer 40 tot 50 seconden. De
voedings‐LED licht continu blauw op (niet knipperend) om
aan te geven dat de scanner klaar voor gebruik is.
Knipperen geeft aan dat de scanner actief is; plaats of
verwijder geen filmhouders
Storing in de scanner. Schakel de eenheid af, sluit de
software, schakel de scanner in, wacht op kalibreren en open
CyberView opnieuw.
niet nodig.
Scannerstatus
4
6
7
8
10
13
14
16
16
17
17
17
18
18
20
23
24
25
26
26
26
29
32
17
32
17
34
35