Protool CSP 55-2 Handbuch Seite 24

CSP 55-2.book Seite 24 Montag, 13. Januar 2003 3:54 15
Ingebruikname
De spanningsaanduiding op het typeplaatje moet
overeenkomen met de spanning van het stroomnet.
Machines van 230 V kunnen ook op een stroomnet
van 220 V/240 V worden gebruikt.
Inschakelen:
Inschakelblokkering (1) bedienen.
Aan/uit-schakelaar (2) indrukken en ingedrukt houden.
Let op: de aan/uit-schakelaar kan niet worden vergren-
deld.
Uitschakelen:
Aan/uit-schakelaar loslaten
Zaagblad monteren
Zaagvermogen en zaagkwaliteit zijn vooral afhanke-
lijk van de toestand en de vertanding van het zaagblad.
Gebruik daarom uitsluitend scherpe en voor het te
bewerken materiaal geschikte zaagbladen.
Schoongemaakt zaagblad volgens afbeelding monte-
ren en bevestigen. Daarbij op de juiste positie van
opnameflens (21) en spanflens (19) letten.
Bij de montage in acht nemen: zaagrichting van de
tanden moet met de richting van de pijl op de
beschermkap overeenkomen.
Controleer de functie van de pendelbeschermkap.
Zaagblad demonteren
Draai de pendelbeschermkap (7) met de hendel (5)
terug en plaats de ringsleutel (16).
Met inbussleutel (15) spanbout (17) naar buiten
draaien.
Spanflens (19) en zaagblad (20) verwijderen.
Zaagdiepte instellen
Draai de vleugelschroef (12) los.
Stel de zaagdiepte met de schaalverdeling (13) in op de
gewenste maat. Als oriëntatiepunt dient hierbij de
onderrand van de beschermkap.
Omhoog: kleinere zaagdiepte
Omlaag: grotere zaagdiepte
Vleugelschroef weer vastdraaien. Om een optimaal
zaagresultaat te bereiken, mag het zaagblad maximaal
3 mm uit het materiaal steken.
24
Zaaghoek instellen
Draai de vleugelschroef (9) los.
Stel de zaaghoek met de schaalverdeling in op de
gewenste waarde (de hoekschaalverdeling is in stappen
van 1° aangegeven).
Vleugelschroef (9) weer vastdraaien.
Bij verstekzagen is de zaagdiepte kleiner dan de
waarde die op de zaagdiepteschaalverdeling
wordt aangegeven.
Zaagmarkeringen
De zaagmarkering 0° toont de stand van het zaagblad
bij haaks zagen.
De zaagmarkering 45° toont de stand van het zaagblad
bij 45° verstekzagen.
Parallelgeleider
De van een schaalverdeling voorziene parallelaans-
lag (14) wordt in de houder in de voetplaat (6) gescho-
ven en met vleugelschroef (10) bevestigd. Met de par-
allelgeleider zijn nauwkeurige zaagsneden langs een
opstaande rand mogelijk en kunnen strips van gelijke
afmetingen worden gezaagd. De maximaal instelbare
zaagbreedte bedraagt ca. 200 mm.
Stofafzuiging
Met het aansluitstuk (3) kunt u de slang van een in de
handel verkrijgbare stofzuiger op de machine aanslui-
ten.
Instelling van de splijtwig
controleren
Splijtwig (22) moet om veiligheidsredenen altijd
gebruikt worden. De splijtwig voorkomt het klemmen
van het zaagblad bij het schulpen.
Bout (4) losdraaien, splijtwig (22) instellen en bout
weer vastdraaien. Controleer de functie van de pendel-
beschermkap (7).
45°
0°