Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Audi 4G9 054 630 Montageanleitung Seite 36

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Vervolg voor alle voertuigen:
Blz. 5 - afb. 4
Tip
De afbeelding hiernaast toont de Audi A7. De werkwijze bij de Audi A6 vindt overeenkomstig plaats.
Verwijder ongeveer 50 mm van de omwikkeling van de leidingstreng naar de bruine aansluitstekker van het
centrale regeleenheid.
Knip de zwart/blauwe leiding naar de bruine aansluitstekker PIN 14 door.
Klem een leidingseinde van de zwart/blauwe leiding -3- in de bijgeleverde klemverbinder -4-.
Klem het vrije einde van de leiding van de zwart/blauwe leiding -5- en de rode enkele draad -2- van de leidingset
voeding samen in de klemverbinder -4-.
Krimp de klemverbinder -4- ter verzegeling met de heteluchtblazer uit de leidingstreng-reparatieset -VAS 1978-.
Plaats de leidingset voor de voeding van het besturingspunt naar het massapunt -1- van het voertuig.
Sluit de zwarte draad van de meegeleverde leidingset voor de voeding op het massapunt -1- van het voertuig aan.
Bevestig de leidingsets voor de voeding en de sensoren met kabels voorhanden leidingen.
Voer de set-up van de parkeerhulp uit.
1.5 Set-up van de parkeerhulp
Blz. 6 - afb. 2
Tip
Bij voertuigen met afneembare aanhangwagenkoppeling moet die tijdens de set-up gemonteerd zijn.
Gebruik, om fouten bij de set-up te vermijden, geen metalen wand (b.v. garagepoort) en vermijd glanzende witte
wanden.
Betreed tijdens de set-up niet het herkenningsbereik -A- van de sensoren.
Plaats het voertuig voor de set-up achteruit op een afstand van 50 cm voor een muur.
Zet de motor af.
Schakel de ontsteking in en zet het vooruit in z'n achteruit.
Het besturingstoestel signaleert het begin van de programmering met een dubbel signaal.
Weerklinkt er geen signaal als het voertuig in z'n achteruit gezet werd, moet de oorzaak van de storing gezocht
worden.
1.6 Foutopsporing set-up
Binnen maximaal 100 seconden moet een enkel, lang signaal weerklinken. Dit signaal bevestigt de met succes
uitgevoerde programmering.
Vindt binnen de tijdspanne van 100 seconden geen bevestiging van de programmering plaats door het enkele, lange
signaal, dan moet de fout opgespoord worden.
1.6 Foutopsporing set-up
Snijd na de akoestische bevestiging van de met succes uitgevoerde programmering en het uitschakelen van de
ontsteking de blauwe enkele draad van de leidingset voeding af.
Isoleer de einden van de doorgesneden enkele draden.
Hierdoor is de set-up-procedure beëindigd.
Controleer de functies van de parkeerhulp volgens de meegeleverde gebruiksaanwijzing.
Zijn alle functies van de parkeerhulp voorhanden, voer dan de eindmontage uit.
1.7 Eindmontage
Stel de fouten van de parkeerhulp vast, voer een foutopsporing uit met daarna opnieuw een set-up.
1.6 Foutopsporing set-up
Tip
Een nieuwe set-up kan na het verbinden van de doorgesneden blauwe enkele draad gebeuren.
36

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis