Meting aan gesloten reservoir
Bij meting aan een gesloten reservoir zonder of met geringe condensontwikkeling blijft de minusdrukleiding ongevuld.
Installeer de leiding zodanig dat zich geen condensaatzakken kunnen vormen. Zo nodig dient u een condensreservoir in te
bouwen.
Meetconfiguratie op gesloten reservoir (geen of slechts geringe
condensaatafscheiding)
h
Onderste vulhoogte
U
h
Bovenste vulhoogte
O
p
Druk
In geval van meting aan een gesloten reservoir met sterke condensafscheiding moet de minusdrukleiding gevuld
(grotendeels met het meetstofcondensaat) en een compensatiereservoir ingebouwd zijn. U kunt het apparaat bijv. door het
dubbel ventielblok 7MF9001-2 afsluiten.
Meetconfiguratie op gesloten reservoir (sterke condensaatvorming)
h
Onderste vulhoogte
U
SITRANS P, serie DS III (7MF4.33.. 7MF4.34.. 7MF4.35..)
A5E03434626-01, 08/2011
Δp
Meetbegin
MA
Δp
Meeteinde
ME
ρ
Dichtheid van de meetvloeistof in het reservoir
g
Gravitatieveldsterkte
'
-
Δp
Meetbegin
MA
Formule:
Meetbegin: Δp
= ρ · g · h
MA
Meeteinde: Δp
= ρ · g · h
ME
Formule:
Meetbegin:
Δp
= g · (h
· ρ- h
· ρ')
MA
U
V
Meeteinde:
Δp
= g · (h
· ρ- h
· ρ')
MA
O
V
U
O
253