Testinschakeling - Carrier 38QUS018DS2-2 Installationshandbuch

9. TESTINSCHAKELING

9.1 Voorafgaand aan de testinschakeling
U moet een testinschakeling uitvoeren nadat
het gehele systeem volledig is geïnstalleerd.
Controleer de volgende punten voordat
u de test uitvoert:
a) De binnen- en buitenunits zijn op de juiste manier
geïnstalleerd.
b) De leidingen en bedrading zijn op de juiste manier
aangesloten.
c) Er bevinden zich geen obstakels in de buurt
van de in- en uitvoer die slechte prestaties
of storing van het product kunnen veroorzaken.
d) Het koelsysteem lekt niet.
e) Het afvoersysteem wordt niet belemmerd
en er wordt naar een veilige locatie afgevoerd.
f) De warmte-isolatie is op de juiste manier
geïnstalleerd.
g) De aardedraden zijn op de juiste manier
aangesloten.
h) De lengte van de leidingen en de opslagcapaciteit
voor extra koelmiddel zijn vastgelegd.
i) De voedingsspanning is correct
voor de airconditioner.
VOORZICHTIG
Het niet uitvoeren van de testinschakeling kan leiden
tot beschadiging van de unit of het gebouw,
en lichamelijk letsel.
9.2 Instructies voor testinschakeling
Voordat u een verdeelstuk en een
vacuümpomp gebruikt, moet u de
desbetreffende gebruikshandleidingen lezen,
zodat zeker weet hoe u ze moet gebruiken.
1. Open de stopventielen aan zowel
vloeistof- als gaszijde.
2. Schakel de aan-uitknop in en wacht
tot de unit is opgewarmd.
3. Stel de airconditioner in op de modus
COOL.
4. Voor de binnenunit
a. Zorg ervoor dat de afstandsbediening en de
knoppen daarvan op de juiste manier werken.
b. Zorg ervoor dat de lamellen op de juiste manier
bewegen en met behulp van de afstandsbediening
kunnen worden aangepast.
c. Controleer goed of de kamertemperatuur
op de goede manier wordt geregistreerd.
d. Zorg ervoor dat de indicatoren op de
afstandsbediening en het displaypaneel
op de binnenunit op de juiste manier werken.
e. Zorg ervoor dat de knoppen voor handmatige
bediening op de binnenunit op de juiste manier
werken.
f. Controleer of het afvoersysteem niet wordt
belemmerd en goed afvoert.
g. Controleer of er sprake is van trillingen
of abnormale geluiden tijdens bedrijf.
5. Voor de buitenunit
a. Controleer of het koelsysteem lekt.
b. Controleer of er sprake is van trillingen
of abnormale geluiden tijdens bedrijf.
c. Controleer of de wind, geluiden en water die
door de unit worden gegenereerd geen overlast
voor uw buren bezorgen of een veiligheidsrisico
vormen.
OPMERKING: als de unit niet werkt of niet volgens uw
verwachtingen werkt, raadpleegt u eerst het hoofdstuk
Probleemoplossing van de gebruiksaanwijzing voordat
u de klantenservice belt.
NL-22