pro user RVC7010 Bedienungsanleitung Seite 30

A. Dashboardhouder
1. Maak het oppervlak van het dashboard goed schoon voordat u de monitor bevestigd.
2. Plaats de houder op het oppervlak van het dashboard.
3. Plak de dubbelzijde schuimtape onder op de houder.
4. Duw de houder op het oppervlak van het dashboard om de houder vast te zetten.
5. Doe de monitor in de bevestigingsarm van de houder.
6. Verstel de bevestigingsarmen voor een juiste kijkhoek op de
monitor
7. Om de monitor uit de bevestigingsarm van de houder te
verwijderen moet u op de pijl drukken die u op de
bevestigingsarm vindt.
B. Bevestiging aan zonneklep of hoofdsteun
1. Haal de twee meegeleverde riempjes door de uitsparingen aan de achterzijde van de
monitor.
2. Plaats de monitor op de zonneklep of hoofdsteun.
3. Bevestig de riempjes om de zonneklep of hoofdsteun.
4. Trek de riempjes aan om de monitor vast te zetten.
12V Aansluiting monitor
1. Leid de voedingskabel naar de sigarettenaansteker/12 V
stopcontact. De kabel mag de veilige bediening van het
voertuig niet in de weg staan.
2. Stop de kleine 12V DC stekker van de voedingskabel in de
rechterzijde van de monitor.
3. Stop de 12V aanstekerstekker in het stopcontact van de
aansteker.
.
Om de effectiviteit van de bevestiging te maximaliseren wordt het aanbevolen dat dit
wordt uitgevoerd onder de volgende omstandigheden:
De temperatuur van het oppervlak moet tussen de 21 en 38 graden Celsius zijn.
·
Uitvoering bij een temperatuur minder dan 10 graden moet vermeden worden.
·
Het mag niet worden gedaan in direct zonlicht.
·
N.B.: ONDER OMSTANDIGHEDEN MET EXTREEM HELDER LICHT KAN HET EEN PAAR
SECONDEN DUREN VOORDAT HET BEELD ZICH STABILISEERT. WACHT TOTDAT HET
BEELD IS GESTABILISEERD VOORDAT U ACHTERUIT RIJDT.
Testen van het systeem
1. Verzeker u ervan dat beide accukabels zijn aangesloten op de accu van de auto.
2. Draai de contactsleutel in de accessoirestand, start het voertuig niet.
3. Activeer de handrem en zet de versnelling in zijn achteruit.
4. Zet de monitor AAN door op de AAN/UIT knop op de monitor te drukken.
5. Kijk naar de monitor, als het beeld niet overeenkomt met het zicht in uw
achteruitkijkspiegel, druk op de knop "Beeldoriëntatie" op de monitor om het beeld te
corrigeren.
6. Na het testen van het systeem en als u tevreden bent met de route die u
heeft gekozen voor de bekabeling, moet u het systeem permanent installeren.
7. Leidt alle kabels achter binnenpanelen of onder tapijt zodat ze verborgen zijn.
Gebruik de meegeleverde kabelbinders om enig overtollige kabel netjes bij elkaar te
houden.