Motor Starten En Stoppen (07); Wielaandrijving In- En Uitschakelen (08); Maaien Met Grasopvangbak (09, 10); Mulchen Met Mulchinzetstuk [4757 Li Sp] (11, 12) - AL-KO Solo 4757 Li SP Betriebsanleitung

NL
6.3 Motor starten en stoppen (07)
Het apparaat alleen op effen ondergrond, niet in
het hoge gras starten. De ondergrond moet vrij
van vreemde voorwerpen zoals stenen zijn. Het
apparaat niet optillen of kantelen om te starten.
Start de motor
1. Apparaat inschakelen: Veiligheidssleutel in-
steken en op I draaien.
2. Veiligheidsschakelaar (07/1) indrukken en in-
gedrukt houden ( 07/A).
3. Motorschakelaarbeugel (07/2) naar de gelei-
destang (07/3) toe trekken (07/B). De motor
en het maaiwerk gaan draaien.
4. Veiligheidsschakelaar (07/1) loslaten en hier-
bij de motorschakelbeugel (07/2) vasthou-
den.
OPMERKING
De motorschakelaarbeugel wordt niet
vastgezet. Houd hem gedurende het hele
werk aan de geleidestang vast.
Motor stoppen
1. Motorschakelaarbeugel (07/2) loslaten. Deze
gaat automatisch naar de beginstand (07/C).
2. Wacht tot het maaiwerk stilstaat.
3. Apparaat uitschakelen: Veiligheidssleutel in
stand 0 draaien en aftrekken .
VOORZICHTIG!
Gevaar voor snijletsel
Gevaar voor snijletsel bij het grijpen in
het draaiende maaiwerk.
■
Wacht tot het maaiwerk stilstaat.
■
Voor onderhouds- en reinigingswerk-
zaamheden: Schakel het apparaat uit
en verwijder altijd de veiligheidssleu-
tel.
6.4

Wielaandrijving in- en uitschakelen (08)

OPMERKING
De wielaandrijving kan alleen bij draaien-
de motor worden ingeschakeld.
Wielaandrijving inschakelen
1. Apparaat inschakelen en motor starten.
2. Versnellingshendel (08/1) tegen de geleide-
stang (08/2) drukken en vasthouden (08/A).
De versnellingshendel wordt niet vastgezet.
68
Wielaandrijving uitschakelen
1. Versnellingshendel (08/1) loslaten ( 08/B).
Deze gaat automatisch naar de beginstand.
6.5

Maaien met grasopvangbak (09, 10)

Het apparaat kan met en zonder grasopvangbak
gebruikt worden.
Grasopvangbak vasthaken
1. Controleren dat het apparaat uitgeschakeld is
en het maaiwerk gestopt is.
2. Stootklep (09/1) optillen (09/A).
3. Grasopvangbak (09/2) in de houders hangen
(09/B).
4. Stootklep (09/1) loslaten.
Grasopvangbak loshaken en ledigen
VOORZICHTIG!
Gevaar voor snijletsel
Gevaar voor snijletsel bij het grijpen in
het draaiende maaiwerk.
■
Verwijder de grasopvangbak alleen
als het snijmechanisme stilstaat.
1. Apparaat uitschakelen: Veiligheidssleutel in
stand 0 draaien en aftrekken .
2. Stootklep (09/1) optillen.
3. Grasopvangbak (09/2) uit de houders tillen
en naar achteren toe wegnemen.
4. Grasopvangbak ledigen.
5. Uitblaasopeningen van de vulstandindicatie
(10/1) reinigen.
6. Grasopvangbak vasthaken (zie boven).
Vulstand controleren
De vulstandindicatie (10/1) wordt door de lucht-
stroom bij het maaien naar boven geduwd (10/A).
Als de grasopvangbak (10/2) vol is, bevindt de
vulstandindicatie (10/1) zich tegen de grasop-
vangbak (10/B). De grasopvangbak moet ge-
leegd worden.
OPMERKING
Reinig bij het ledigen van de grasopvang-
bak ook de uitblaasopeningen van de
vulstandindicatie, zodat deze correct blijft
werken.
6.6 Mulchen met mulchinzetstuk [4757 Li
SP] (11, 12)
Bij het mulchen wordt het gemaaid materiaal niet
verzameld, maar blijft het versnipperd op het ga-
zon achter. Het mulchmaaisel voedt de bodem
Bediening
4237 Li SP, 4757 Li SP