Veiligheidsfuncties; Noodverlichting Tijdens Gebruik (Bedrijfsnoodverlichting); Noodverlichting, Stationair (Elektronica Voor Netspanningsuitval); Uitvallen Van De Verlichtingseenheid - Ecom SHL 300-Ex Bedienungsanleitung

9.4 Veiligheidsfuncties

9.4.1 Noodverlichting tijdens gebruik (bedrijfsnoodverlichting)

Ook tijdens gebruik biedt de SHL 300-Ex een noodverlichtingsfunctie. De bedrijfsnood-
verlichting heeft geen nadelige gevolgen voor de Ex-veiligheid van de SHL 300-Ex. De
noodverlichtingsfunctie kan bij 0% accucapaciteit en storingen in de besturingselek-
tronica worden geactiveerd. Zo is altijd voldoende licht gewaarborgd, ook in kritieke
omstandigheden. De noodschakelaar bevindt zich onder de lampkop, zodat deze niet
per ongeluk kan worden ingeschakeld. Om de noodschakelaar te gebruiken, moet het
verstrooiingsschijfvak uit de lamp worden uitgetrokken. (Zie afbeelding 5.)
De SHL 300-Ex wordt automatisch uitgeschakeld zodra een te geringe accucapaciteit
wordt bereikt. Dit beschermt accu tegen volledig ontladen. De lamp kan echter met de
noodschakelaar opnieuw worden geactiveerd (zie afbeelding 5).
Bij storingen wordt de besturingselektronica automatisch uitgeschakeld. De driehoekige
storings-LED links brandt dan continu met rood licht. Ook in dit geval kan de lamp met
de noodschakelaar opnieuw worden ingeschakeld. Indien een storing optreedt, dient de
lamp ter controle naar ecom instruments GmbH te worden gestuurd.
De besturingselektronica wordt bij geactiveerde noodverlichting omzeild. Eventuele
knipper- of dimmerfunctie worden gedeactiveerd. De helderheid van de noodverlichting
bedraagt ca. 0% - 2% en neemt af naargelang de acculading afneemt. Als de bedrijfs-
noodverlichting wordt gebruikt, dient het Ex-bereik zo snel mogelijk te worden verlaten.
Als de noodverlichting vanwege een te geringe acculading wordt gebruikt, moet de lamp
buiten het Ex-bereik direct weer te worden opgeladen.
Deactiveer eerst de bedrijfsnoodverlichting.

9.4.2 Noodverlichting, stationair (elektronica voor netspanningsuitval)

De lamp in combinatie met het laadstation beschikt over een speciale noodverlichtings-
functie. Als de noodverlichting samen met het voertuiglaadstation wordt gebruikt, bestaat
het gevaar dat bij het onderschrijden van de nominale spanning de noodverlichting wordt
ingeschakeld en de lamp per ongeluk wordt ontladen. Voor het gebruik met de voertu-
iglader kan de functie af fabriek worden gedeactiveerd.
De noodverlichtingsfunctie wordt geactiveerd wanneer de lamp in ingeschakelde toe-
stand in de lader wordt geplaatst. Als er laadspanning op de lamp staat, wordt de lamp
automatisch in de noodverlichtingsmodus gezet. De LEDs worden uitgeschakeld. De
noodverlichting kan als continu licht en als knipperlicht (schakelaarstand 3) worden
gebruikt. Uitzondering: schakelaarstand  (50% licht). In deze stand schakelt de lamp bij
gebruik in het laadstation over op continu licht met circa 2% helderheid. Bij voldoende
netspanning wordt de lamp parallel geladen. De laadprocedure wordt daardoor navenant
verlengd.
98
Zodra de lader met stroomuitval te maken krijgt, wordt de noodverlichting geactiveerd.
De noodverlichting heeft een helderheid van circa 2%. Zo wordt een continue nood-
verlichting gedurende lange tijd gewaarborgd. Met de variabele lampen die in de lader
kunnen worden gebruikt, kan de noodverlichting optimaal worden afgestemd. Zie ook de
schematische weergave van de functies onder 9.4.5.

9.4.3 Uitvallen van de verlichtingseenheid

De SHL 300-Ex beschikt over drie krachtige, zeer duurzame LED-verlichtingseenheden.
Mocht desondanks een verlichtingseenheid uitvallen, dan blijven de resterende LED's
automatisch werken. De lamp schakelt de resterende LED's dan direct over op 00%
lichtopbrengst. Ook de rode storings-LED links knippert. De SHL 300-Ex waarborgt zo
ook bij uitval van een verlichtingseenheid voldoende licht om het Ex- of werkbereik te
verlaten. Een eventueel geactiveerde knipperfunctie blijft ook bij uitval van een verlichtin-
gseenheid behouden. Om de hoge veiligheidsgraad van de lamp te waarborgen, mogen
de LED's alleen worden vervangen door ecom-instruments GmbH. De LED-behuizingen
mogen niet worden geopend.

9.4.4 Overschrijden van toegestane bedrijfstemperatuur

Heel soms kan de maximale bedrijfstemperatuur van de lamp worden overschreden.
In deze zeldzame gevallen beperkt de SHL 300-Ex de lichtopbrengst automatisch tot
<2%. Indien deze functie actief is, knippert de rode, driehoekige storings-LED (rechts).
Zo wordt de veiligheid ook in kritieke omstandigheden gewaarborgd zonder dat de lamp
wordt uitgeschakeld.
Indien de normparameter weer wordt bereikt, gaat de lamp terug naar de oorspronkelijke
modus. Zie ook 9.4.5.2.
99