Basistechniek - Husqvarna WS220 Bedienungsanweisung

Slijpschijven
Als u de schijf verwisselt om dieper door te zagen in
dezelfde snede, moet u zorgen dat de dikte van de schijf
overeenkomt met de breedte van de groef.

Basistechniek

De bewegingen van de wandzaag worden geregeld via de
afstandsbediening.
• De rotatierichting van het blad kan worden gekozen
door de bediener, wat betekent dat het koelwater kan
worden gericht zoals gewenst ongeacht de
plaatsingsrichting van de zaag op de rail. Gebruik
altijd de juiste hoeveelheid koelwater voor het
systeem en het blad. Het koelwater voor het blad koelt
de segmenten en bindt het zaagstof, zodat dit
neerslaat. De waterstroom kan worden afgesteld met
de waterregelkraan.
• Begin altijd met het zagen van een geleidesnede met
een diepte van 2-4 cm (0,8'-1,6'). Deze moet worden
gezaagd met een lagere bewegingssnelheid dan het
maximum om een rechte zaagsnede te verkrijgen.
• Daaropvolgende zaagsneden mogen dieper zijn,
ongeveer 4-7 cm (1,6'-2,8'). De diepte moet in elk
afzonderlijk geval worden bepaald op basis van
factoren zoals de hardheid van het beton, de
hoeveelheid en plaatsing van de wapening etc.
• Bij het maken van deze zaagsneden moet de
longitudinale bewegingssnelheid worden ingesteld op
maximaal om optimale zaagprestaties te verkrijgen.
De bewegingssnelheid wordt automatisch geregeld
door een processor die de snelheid doorlopend
aanpast om een optimaal zaageffect te verkrijgen.
BEDIENING
• Als de machine draait op eenfasige voeding, wordt het
beschikbare vermogen gereduceerd en moet de
zaagdiepte worden verkleind ten opzichte van
driefasige voeding. Als vuistregel geldt dat de
zaagdiepte met de helft moet worden verkleind.
• Het is vaak efficiënter om meerdere ondiepere
zaagsneden te maken dan te proberen om één diepere
zaagsnede te maken. Ondiepe zaagsneden creëren
een kleiner zaagoppervlak waardoor meer druk wordt
uitgeoefend op de bladsegmenten, wat helpt bij het
scherp houden van het blad. Bij het in de lengte
doorzagen van betonwapening is het belangrijk om de
betonwapening te zagen volgens de afbeelding om het
blad scherp te houden. In alle andere opzichten moet de
zaagsnede zo ondiep mogelijk zijn. U kunt ook beginnen
met zagen vanaf het andere uiteinde van de zaagsnede,
omdat het niet zeker is dat de betonwapening de
zaagsnede over de hele afstand volgt.
• Als de wand dunner is dan de maximumdiepte van het
blad, is het voordelig om het blad zo diep mogelijk in
te voeren nadat dit door de wand is gedrongen.
Hierdoor wordt het zaagoppervlak verkleind en de
druk op de bladsegmenten vergroot. Deze werkwijze
is ook voordelig in situaties waarin overzagen niet is
toegestaan, omdat de resterende 'wig' aan het einde
van de zaagsnede kleiner wordt.
a = Overzaagafstand
b = Zaagoppervlak
–
Dutch 11