Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Slot; Fotocellen; Veiligheidslijsten; Eindschakelaar - V2 CITY4 Bedienungsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

SLOT

Het is mogelijk om een elektrisch slot op het hek te monteren,
ter verzekering van een goede sluiting. Gebruik een slot van 12V.
Sluit de kabels van het slot aan op de klemmen P13 en P14
van de centrale.

FOTOCELLEN

De centrale City4 verstrekt 24VAC voeding voor fotocellen.
De voedingsklemmen worden beveiligd door een elektronische
zekering die in geval van overbelasting de stroom onderbreekt.
De fotocellen zijn alleen actief tijdens de fase van sluiting en,
op verzoek, bij gesloten hek. Bij inwerkingtreding ervan opent
de centrale het hek onmiddellijk opnieuw, zonder te wachten tot
de fotocel bevrijdt wordt.
• Sluit de voedingskabels van de zenders van de fotocellen
aan tussen de klemmen P11 en P12 van de stuurcentrale.
• Sluit de voedingskabels van de ontvangers van de fotocellen
aan tussen de klemmen P10 en P11 van de stuurcentrale.
• Sluit de uitgang van de ontvangers van de fotocellen aan
tussen de klemmen P6 en P9 van de stuurcentrale.
Gebruik de uitgangen met normaal gesloten contact.
LET OP:
• Indien meer koppels fotocellen geïnstalleerd worden, moeten
de uitgangen ervan in serie aangesloten worden.
• Indien reflecterende fotocellen geïnstalleerd worden moet de
voeding aangesloten worden op de klemmen P11 en P12 van
de stuurcentrale, voor het uitvoeren van de werkingstest.

VEILIGHEIDSLIJSTEN

De centrale City4 is uitgerust met een ingang voor het beheer
van de veiligheidslijsten. De inwerkingtreding van de lijst
veroorzaakt gedurende 3 seconden de omkering van de
beweging, zowel bij de opening als bij de sluiting.
Deze ingang is in staat zowel de klassieke lijst met normaal
gesloten contact te beheren, als de lijst met geleidend rubber en
een nominale weerstand van 8,2 kohm.
Sluit de kabels van de veiligheidslijsten aan tussen de klemmen
P5 en P9 van de centrale.
LET OP:
• Indien meer lijsten met een normaal gesloten contact gebruikt
worden, moeten de uitgangen in serie aangesloten worden.
• Indien meer lijsten met geleidend rubber gebruikt worden,
moeten de uitgangen in cascade aangesloten worden en
moet alleen de laatste op de nominale weerstand eindigen.
EXTRA FOTOCELLEN
De ingang die gewijd is aan de veiligheidsrandjes kan, als
alternatief, gebruikt worden voor het beheren van de extra
fotocellen die actief zijn bij het openen en sluiten.
Als men ervoor kiest de zijrandingang te gebruiken voor het
controleren van de fotocellen, als volgt te werk gaan:
De uitgang van de ontvangers van de fotocellen tussen
klemmen P5 en P9 van de centrale verbinden
Verbind de voeding zoals normale fotocellen
In het menu van programmering Cost, selecteer Fot.i
LET OP: om de werkingstest op deze inrichtingen in werking te
stellen is het nodig om de test van de veiligheidsrandjes in
werking te stellen.

EINDSCHAKELAAR

De stuurcentrale City4 ondersteunt twee soorten eindschakelaars:
• Eindschakelaars in serie op de windingen van de motor
• Eindschakelaars met normaal gesloten contact die geopend
wordt wanneer de hekvleugel de gewenste positie bereikt heeft
De eindschakelaars in serie op de windingen van de motor
worden automatisch door de stuurcentrale herkend en hoeven
op geen enkele wijze aangesloten of geprogrammeerd worden.
De eindschakelaars met gesloten contact moeten als volgt op
het klemmenbord van de stuurcentrale aangesloten worden:
• Eindschakelaar bij opening tussen de klemmen P7 en P9.
• Eindschakelaar bij sluiting tussen de klemmen P8 en P9.

STOP

Voor een grotere veiligheid is het mogelijk een noodstop te
installeren die bij activering de onmiddellijke blokkering van het
hek veroorzaakt. De schakelaar moet een normaal gesloten
contact hebben dat in geval van activering open gaat.
Indien de stopschakelaar geactiveerd wordt terwijl het hek
geopend is dan wordt de functie van automatische sluiting
altijd uitgeschakeld. Om het hek opnieuw te sluiten moet een
startimpuls gegeven worden (indien de startfunctie in pauze
uitgeschakeld is wordt deze tijdelijk opnieuw ingeschakeld om
de deblokkering van het hek mogelijk te maken).
Sluit de kabels van de noodstop aan tussen de klemmen P3
en P4 van de stuurcentrale.
De functie van de noodstop kan geactiveerd worden met een
afstandsbediening waarin de functie op kanaal 3
geprogrammeerd wordt (zie de instructies van de ontvanger
MR1). Het radiocommando STOP is ook actief als het
commando in het programma uitgeschakeld is.
48

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis