Elektrisch snelle
overgang /
burst
IEC61000-4-4
Overspanning
IEC61000-4-5
Spannings-
dalingen, korte
onderbrekingen
en spannings-
variaties op
voedingsinvoer-
lijnen
IEC61000-4-11
Vermogens-
frequentie
(50/60Hz)
Magnetisch veld
IEC61000-4-8
OPMERKING U
is de AC-netspanning vóór de toepassing van het testniveau.
T
± 2 kV voor
± 2 kV voor
voedings-
voedingslijnen
lijnen
Tests op invoer-
/uitvoerlijnen
± 1kV voor
niet van
invoer-/
toepassing
uitvoerlijnen
(<3m)
± 1 kV
± 1 kV lijn(en)
lijn(en) naar
naar lijn(en)
lijn(en)
± 2 kV
± 2 kV lijn(en)
lijn(en) naar
naar massa
massa
<5% U
<5% U
T
(>95 %
(>95 % daling
daling in U
)
in U
T
gedurende
0,5 cyclus
0,5 cyclus
40% U
40% U
(60 % daling
T
(60 % daling
in U
in U
)
gedurende
T
gedurende
5 cycli
5 cycli
70 % U
70 % U
(30 % daling
T
(30 % daling
in U
in U
)
gedurende
T
gedurende
25 cycli
25 cycli
<5% U
<5% U
(>95 % daling
T
(>95 %
in U
daling in U
)
gedurende 5 s
T
gedurende
5 s
3 A/m
3 A/m
De kwaliteit van de netvoeding
moet gelijk zijn aan die van een
normale commerciële of
ziekenhuisomgeving.
De kwaliteit van de netvoeding
moet gelijk zijn aan die van een
normale commerciële of
ziekenhuisomgeving.
De kwaliteit van de netvoeding
T
moet gelijk zijn aan die van een
gedurende
normale commerciële of
T)
ziekenhuisomgeving. Als de
gebruiker van de MicroLoop
T
moet blijven werken tijdens een
)
stroomonderbreking, is het
T
aanbevolen om de MicroLoop
van stroom te voorzien via een
niet-onderbreekbare
T
stroomvoorziening of een
)
batterij.
T
T
)
T
Als een storing optreedt, moet
u de MicroLoop mogelijk verder
van
vermogensfrequentiebronnen
van magnetische velden
plaatsen of van een
magnetische afscherming
voorzien. Of de
vermogensfrequentie van een
magnetisch veld voldoende laag
is, moet u daar meten waar u
de MicroLoop vermoedelijk zult
plaatsen.
326