Herunterladen Diese Seite drucken

Hama EWS-800 Bedienungsanleitung Seite 10

Elektronische wetterstation
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für EWS-800:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Aanwijzing over de instelling van de luchtdruk-gevoeligheid voor de
weersvoorspelling:
De luchtdruk-grenswaarde voor de weersvoorspelling kan individueel
op waarden tussen 2–4 hPa ingesteld worden (standaardwaarde:
3 hPa). Voor omgevingen met voortdurende luchtdrukveranderingen
is een hogere instelling dan voor omgevingen met een constante
luchtdruk aan te bevelen. Wordt er bijv. voor een instelling van 4 hPa
gekozen, dan moet de luchtdruk met minstens 4 hPa af- of toenemen,
om door het weerstation als weersverandering geregistreerd te
worden.
5. Programmeermodi
Het basisstation beschikt over vijf toetsen waarmee makkelijk
geprogrammeerd kan worden: SET-toets (instelling), ALARM-toets,
MIN/MAX-toets, +-toets en SNOOZE/LIGHT-toets (snooze-functie/
licht). Er zijn vier programmeermodi: snelle weergavemodus,
instelmodus, alarmmodus en min./max.-modus. Om de
programmeermodus te verlaten drukt u op SNOOZE/LIGHT of u wacht
10 seconden. Na afloop van deze tijd wordt de programmeermodus
automatisch beëindigd.
5.1 Snelle weergavemodus
• Druk in de normale modus op de toets SET om als volgt naar de
snelle weergave te gaan:
1. Buitentemperatuur/dauwpunt (door indrukken van de MIN/
MAX- of de +- toets kunt u switchen tussen de weergave voor
buitentemperatuur en dauwpunt)
2. Absolute luchtdrukt/relatieve luchtdruk (door indrukken van
de MIN/MAX- of de +- toets switcht u tussen de weergave voor
de absolute en de relatieve luchtdruk)
• Door indrukken van de SET-toets neemt u de wijziging over en
gaat u naar de volgende weergavemodus. Druk meerdere malen
op de SET- toets om tussen de weergavemodi te switchen en
naar de normale modus terug te keren.
5.2 Instelmodi
• Houd in de normale modus de SET-toets 3 seconden ingedrukt om
naar de normale instelmodus te gaan.
• Druk de SET-toets in om achtereenvolgens de volgende
instellingen te kiezen.
1) Instellen van de tijdzone
2) 12h-/24h-format
3) Handmatige instelling van de tijd (uren/minuten)
4) Kalenderinstelling (jaar/maand/datum)
5) Eenheid voor de temperatuurweergave (° C of ° F)
6) Eenheid voor de luchtdrukweergave (hPa of inHg)
7) Instelling voor de relatieve luchtdruk van
919,0 hPa–1080,0 hPa (standaard: 1013,5 hPa).
8) Instelling voor de luchtdruk-grenswaarde (standaard: 2 hPa)
9) Instelling voor de storm-grenswaarde (standaard: 4 hPa)
• Druk in de instelmodi de +-toets of de MIN/MAX- toets in om
de waarden te wijzigen of om achtereenvolgens door de
verschillende waarden te bladeren. Houd de +-toets of de min/
max-toets 3 seconden ingedrukt om de waarde in grote stappen te
verhogen of te verlagen.
• Om terug te keren naar de normale modus, drukt u de SNOOZE/
LIGHT-toets in of voert u gedurende 10 seconden niets in
Aanwijzing: verander voor het wijzigen van waarden altijd eerst
de eenheid. Bij het wijzigen van de eenheid wordt de bijbehorende
waarde overeenkomstig omberekend; op basis van het interne
berekeningsalgoritme kunnen er daarbij afwijkingen optreden.
18
00076045man_de_el_en_fi_fr_nl_pl_ru_ro_sv_tr.indd 18-19
5.3 Alarmmodi
• U gaat van de normale modus naar de alarmmodus HI (hoog) door
de ALARM-toets in te drukken.
• Door nogmaals de ALARM-toets in te drukken gaat u naar de
alarmmodus LO (laag). Opmerking: na de eerste keer indrukken
van de ALARM-toets wordt de weergave geactualiseerd en
verschijnen de actueel ingestelde waarden voor alarm HI (hoog)
en alarm LO (laag). Normale alarmwaarden worden alleen voor
alarmen die al geactiveerd zijn aangegeven. Voor alle niet
geactiveerde waarde verschijnt „---" of „--".
• Door de ALARM-toets opnieuw in te drukken keert u terug naar de
normale modus.
• Druk in de alarmmodus HI (hoog) de SET-toets in en u heeft de
keuze uit de volgende alarmmodi:
1. Wekker (uur/minuten)
2. Alarm voor hoge luchtvochtigheid in de kamer
3. Alarm voor hoge kamertemperatuur
4. Alarm voor hoge luchtvochtigheid buiten
5. Alarm voor hoge buitentemperatuur en laag dauwpunt
6. Alarm voor hoge luchtdruk
• Druk in de alarmmodus LO (laag) de SET-toets in en u heeft de
keuze uit de volgende alarmmodi:
1. Wekker (uur/minuten)
2. Alarm voor lage luchtvochtigheid in de kamer
3. Alarm voor lage kamertemperatuur
4. Alarm voor lage luchtvochtigheid buiten
5. Alarm voor lage buitentemperatuur en laag dauwpunt
6. Alarm voor lage luchtdruk
• Druk in de alarmmodi de +-toets of de MIN/MAX- toets in om de
alarmwaarde te wijzigen of om achtereenvolgens door de
verschillende waarden te bladeren. Houd de +-toets of de MIN/
MAX-toets 3 seconden ingedrukt om de waarde in grote stappen
te veranderen. Druk op de ALARM toets om het alarm in- of uit te
zetten (bij geactiveerd alarm is op het LCD het luidsprekersymbool
zichtbaar). Druk de SET-toets in om de instelling te bevestigen.
Druk nogmaals op de SET-toets om door de verschillende
alarmmodi te bladeren en naar de normale weergave terug te
keren.
• Om terug te keren van de alarm- naar de normale modus, drukt u
de SNOOZE/LIGHT-toets in of voert u gedurende 10 seconden
niets in.
Deactiveren van het temperatuuralarm bij het afgaan van het
alarmsignaal
a) Bij het activeren van een ingesteld weeralarm is een akoestisch
signaal te horen en het alarm knippert gedurende 120 seconden.
Druk op een willekeurige toets om het alarm uit te zetten.
Als de weersomstandheid het weeralarm binen 10 minuten weer
activeert, is er geen signaal meer te horen, maar knippert het
alarm tot de weersomstandigheid gestabiliseerd is. Dankzij deze
functie is het niet meer nodig dezelfde alarmwaarde meerdere
malen te activeren.
b) Zodra de waarde onder de ingestelde waarde zakt of er wordt een
nieuwe waarde ingevoerd, wordt het alarm automatisch opnieuw
geactiveerd.
Weeralarm
Als een ingesteld weeralarm geactiveerd is, knippert het op het LCD;
daarnaast knipperen het algemene symbool voor het buitenalarm
en het HI- en LO-symbool. Als bijvoorbeeld in de weergavemodus
voor de buitentemperatuur het dauwpuntalarm geactiveerd wordt,
knipperen het DEW POINT-symbool (dauwpunt) en tegelijkertijd
het algemene symbool voor buítenalarm en het alarm HI-symbool.
Daardoor wordt aangegeven dat het alarm door het dauwpunt
geactiveerd is.
aanwijzing
aanwijzing
blinkt
blinkt
dooi punt high alarm
temperatuur display
werd geaktiveert
modus
5.4 Min.-/max.-modus
• Druk in de normale modus de MIN/MAX-toets in om naar de
maximum modus te gaan. Daarop worden het MAX-symbool en de
algemene maximum waarde aangegeven.
• Door de MIN/MAX-toets opnieuw in te drukken keert u terug naar
de minimum modus. Daarop worden het MIN-symbool en de
algemene minimum waarde aangegeven.
• Door de ALARM-toets opnieuw in te drukken keert u terug naar de
normale modus.
• In de maximum weergavemodus drukt u de +-toets in voor de
volgende maximum waarden samen met registratiedatum en -tijd:
1. Maximum luchtvochtigheid van de ruimte
2. Maximum kamertemperatuur
3. Maximum luchtvochtigheid buiten
4. Maximum buitentemperatuur
5. Maximum luchtdruk
• Als u zich in de minimum weergavemodus bevindt, drukt u de +-
toets in voor de volgende minimum waarden samen met hun
registratiedatum en -tijd:
1. Minimum luchtvochtigheid van de ruimte
2. Minimum kamertemperatuur
3. Minimum luchtvochtigheid buiten
4. Minimum buitentemperatuur
5. Minimum luchtdruk
• Als u in de minimum of maximum modus de SET-toets twee
seconden ingedrukt houdt, zet u de afzonderlijke minimum en
maximum waarden samen met de actuele tijd en datum terug op
de actuele waarde.
• Om terug te keren naar de normale modus, drukt u de SNOOZE/
LIGHT-toets in of voert u gedurende 10 seconden niets in.
6. Problemen en bedrijfsstoringen
Probleem en oorzaak
Afstand tussen zender en ontvanger te groot
Oplossing
Verminder de afstand tussen zender en ontvanger voor een betere
ontvangst
Probleem en oorzaak
Afschermende voorwerpen tussen de eenheden (dikke muren,
gewapend beton, aluminum isolatiefolie enz.)
Oplossing
Verander de plaats opstelling van sensor en/of ontvanger. Zie
daarover ook „Zendbereik" hieronder.
Probleem en oorzaak
Storingen van andere bronnen (bijv. draadloze apparatuur,
hoofdtelefoons, luidsprekers enz. die op dezelfde frequentie zitten).
Oplossing
Verander de plaats opstelling van sensor en/of basisstation. Verder
kan de ontvangst gestoord worden door apparatuur van buren die op
dezelfde frequente zitten.
Probleem en oorzaak
Geen ontvangst na het verlengen van de kabel.
Oplossing
Verander de plaats opstelling van sensor en/of basisstation.
Probleem en oorzaak
Zwak LCD-contrast of geen ontvangst of zwakke batterijen in zender
of ontvanger.
Oplossing
Vervang de batterijen (let op de weergave van de
batterij-laadtoestand op het LCD).
Probleem en oorzaak
Temperatuur, luchtvochtigheid of luchtdruk zijn niet correct.
Oplossing
Controleer/vervang de batterijen. Als er meerdere buitensensoren
gebruikt worden, controleer dan de plaats van opstelling aan de hand
van de aangegeven nummers. Verwijder het toestel van bronnen die
hitte of kou afgeven. Stel de relatieve luchtdruk in; gebruik daarvoor
een waarde van een betrouwbare bron (tv, radio enz.).
7. Technische gegevens
Gegevens buiten
Zendbereik in open veld
max. 100 m
Frequentie
433 MHz
Temperatuurbereik
-40° C tot +65° C
(weergave "OFL" buiten
dit bereik)
Resolutie
0,1° C
Meetbereik rel. luchtvochtigheid
20 % tot 95 %
Nauwkeurigheid luchtvochtigheid
+/-5 % onder 0-45° C
Meetinterval thermo-hygro-sensor 48 s
Bescherming tegen vocht
IPx3
19
22.06.11 08:08

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

00076045