• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik
geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
1.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
2. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
2.1 Algemeen overzicht
2.2 Indeling bedieningspaneel
1
2
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays,
indicatielampjes en geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
tiptoets
1
2
1
2
5
4
11
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
Inductiekookzone
1
Inductiekookzone
2
Inductiekookzone
3
Bedieningspaneel
4
Inductiekookzone
5
3
3
4
10
9
functie
Het apparaat in- en uitschakelen.
Het bedieningspaneel vergrendelen/ont-
grendelen.
NEDERLANDS
5
6
8
7
5