Inschakelen
6
Inschakelen
Meting van de
stroomsnelheid en de
temperatuur
60
Schakel het apparaat in door de POWER-
toets in te drukken.
Het apparaat voert een zelfdiagnose door. Daarna
worden in het hoofddisplay de stromingsgegevens
weergegeven en in het gedeelte links onderaan
de temperatuur.
Na het inschakelen bevindt het apparaat zich
automatisch in de meetmodus voor de
stroomsnelheid.
Door te drukken op de UNIT-toets kiest u de
gewenste meeteenheid voor de
stroomsnelheid.
Houd nu de telescoopstang in de te meten
luchtstroom.
WENK!
Op de sensorkop bevindt zich een markering
(witte punt). Deze markering moet tegen de te
meten luchtstroom in worden gehouden.
In het hoofddisplay wordt nu de stroomsnelheid
weergegeven, de luchttemperatuur links onderaan
en de eenheid rechts onderaan.