Beschrijving Van De Werking; Technische Daten - MC Crypt 30 25 02 Bedienungsanleitung

Behebung von Störungen
Problem Lösung
Keine Funktion. • Ist das Gerät eingeschaltet?
• Ist der Netzstecker in der Netzsteckdose eingesteckt?
• Ist die Sicherung des Gerätes defekt?
• Überprüfen Sie die Netzsteckdose. Wird sie ordnungsgemäß mit
Strom versorgt?
Das Gerät arbeitet, • Ist die Audioquelle richtig an den Anschlüssen INPUT (10)
es ist jedoch kein angeschlossen?
Ton zu hören. • Ist die Audioquelle eingeschaltet und der Lautstärkeregler dort
nicht auf Minimum gestellt?
• Sind Verstärker und Lautsprecher ordnungsgemäß angeschlossen?
Ein Kanal funktioniert • Sind die Ein- und Ausgänge richtig angeschlossen, hat sich evtl. ein
nicht. Stecker gelöst?
• Steht einer der Regler LEVEL (2) auf Minimum (Linksanschlag)?
• Steht der Balance-Regler der Audioquelle in Mittelstellung?
• Sind Verstärker und Lautsprecher ordnungsgemäß angeschlossen?
• Sind die Lautstärkeregler des Verstärkers richtig eingestellt?
Es tritt ein Brummen auf. • Sind die Signalkabel von der Audioquelle in Ordnung?
Es treten Verzerrungen • Wird der Eingang des Equalizers übersteuert? Lautstärkeregler der
auf. Audioquelle zurückregeln.
• Sind die Regler LEVEL (2) zu hoch eingestellt?
• Wird der Eingang der Audioquelle wird mit einem zu großen Signal
angesteuert?
• Sind die Lautstärkeregler des Verstärkers zu hoch eingestellt?
Die Wiedergabe erfolgt • Ist ein Lautsprecher verpolt angeschlossen?
ohne Bassanteil.
Andere Reparaturen als zuvor beschrieben sind ausschließlich durch einen autorisier-
ten Fachmann durchzuführen.

Technische Daten

Betriebsspannung 230V~/50Hz
Leistungsaufnahme 15 W (max.)
Sicherung 0,5A/250V (5 x 20mm)
Eingangsempfindlichkeit 1V
Eingangsimpedanz 5,5kOhm
Ausgangsspannung 1V/600 Ohm
Ausgangsimpedanz 600 Ohm
Equalizer-Regler +/-12dB
Klirrfaktor <0,2%
S/N-Ratio 89dB
Kanaltrennung 60dB
Abmessungen 478 x 48 x 143mm
Masse 2,3kg
12

Beschrijving van de werking

De aansluiting vindt plaats via 6,3mm jackplugs, XLR-connectors of via cinch-bussen waarbij de
XLR- en de jackplug-aansluitingen symmetrisch en de cinch-aansluitingen asymmetrisch zijn.
Ter controle van de instellingen kunnen de beide equalizer-kanalen afzonderlijk worden uitgescha-
keld. Het is zo dus altijd mogelijk het nieuwe signaal met het onbewerkte signaal te vergelijken.
Ingebruikneming
Schakel voor het aansluiten van de equalizer de equalizer zelf en alle andere apparaten
die hiermee verbonden dienen te worden uit en koppel deze los van het stroomnet.
Volg dezelfde procedure bij wijzigingen in de indeling van de aansluitingen.
Montage / opstelling
De equalizer kan op een vlakke ondergrond worden geplaatst, maar kan ook in een rek worden
gemonteerd.
Bij rekmontage wordt het apparaat met de vier bevestigingsgaten in de frontplaat in de geleiders
van het rek geschroefd.
Let bij het plaatsen van het apparaat op dat blootstelling aan direct zonlicht, trillingen,
stof, hitte, kou en vocht moet worden voorkomen. Er mogen zich geen sterke trans-
formatoren of motoren in de nabijheid van het apparaat bevinden.
Zorg er bij rekmontage in combinatie met andere apparaten voor dat er voldoende
ventilatie mogelijk is voor alle componenten om storingen als gevolg van oververhitting
te voorkomen.
Gebruik de equalizerr uitsluitend op een stabiele ondergrond die niet warmtegevoelig
is en in een horizontale stand, aangezien anders geen goede luchtcirculatie plaats-
vindt.
Het niet in acht nemen van deze aanwijzingen kan leiden tot beschadiging van het
apparaat.
Zorg dat het apparaat stevig wordt bevestigd resp. stabiel wordt geplaatst aangezien
omlaag vallende apparatuur ongelukken kan veroorzaken.
Plaats het apparaat niet zonder toereikende bescherming op waardevolle of gevoelige
meubeloppervlakken.
Aansluiting van in- en uitgangen
De equalizer is met symmetrische?? XLR- en 6,3 mm-jackplug-aansluitingen uitgerust die ook asym-
metrische signalen accepteren. De cinch-aansluitingen zijn niet symmetrisch bedraad.
Gebruik voor de aansluiting van de in- en uitgangen alleen hiervoor geschikte, afge-
schermde aansluitkabels. Bij gebruik van andere kabels kunnen zich storingen voor-
doen.
Om vervormingen of onjuiste aanpassingen te voorkomen die tot beschadiging van het
apparaat kunnen leiden, mogen op de betreffende aansluitingen uitsluitend apparaten
met soortgelijke contacten worden aangesloten.
Raadpleeg ook de aansluitwaarden in de „Technische gegevens".
37