Bosch GCM 8 S Professional Originalbetriebsanleitung Seite 137

OBJ_BUCH-198-003.book Page 137 Thursday, April 10, 2008 2:56 PM
Zagen
Zagen zonder afkortbeweging (kappen)
(zie afbeelding P)
– Voor het zagen zonder trekkende beweging
(kleine werkstukken) dient u de vastzet-
schroef 25 los te draaien, als deze vastge-
draaid is. Duw de gereedschaparm tot aan de
aanslag in de richting van de aanslagrail 18
en draai de vastzetschroef 25 weer vast.
– Span het werkstuk overeenkomstig de afme-
tingen vast.
– Stel de gewenste verstekhoek in.
– Schakel het elektrische gereedschap in.
– Druk de blokkeerhendel 35 in en beweeg de
gereedschaparm met de handgreep 5 lang-
zaam omlaag.
– Zaag het werkstuk met een gelijkmatige voor-
waartse beweging door.
– Schakel het elektrische gereedschap uit en
wacht tot het zaagblad volledig tot stilstand
is gekomen.
– Beweeg de gereedschaparm langzaam om-
hoog.
Zagen met afkortbeweging
– Voor het zagen met behulp van de afkortvoor-
ziening 1 (brede werkstukken) dient u de
vastzetschroef 25 los te maken wanneer de-
ze is vastgedraaid.
– Span het werkstuk overeenkomstig de afme-
tingen vast.
– Stel de gewenste verstekhoek in.
– Draai de gereedschaparm zo ver van de aan-
slagrail 18 weg tot het zaagblad zich voor het
werkstuk bevindt.
– Schakel het elektrische gereedschap in.
– Druk de blokkeerhendel 35 in en beweeg de
gereedschaparm met de handgreep 5 lang-
zaam omlaag.
Bosch Power Tools
– Duw nu de gereedschaparm in de richting
van de aanslagrail 18 en zaag het werkstuk
met gelijkmatige voorwaartse beweging
door.
– Schakel het elektrische gereedschap uit en
wacht tot het zaagblad volledig tot stilstand
is gekomen.
– Beweeg de gereedschaparm langzaam om-
hoog.
Diepteaanslag instellen (groef zagen)
(zie afbeelding O)
De diepteaanslag moet worden versteld als u
een groef wilt zagen.
– Draai de hendel 47 tegen de wijzers van de
klok in tot de hendel niet meer verder kan
(ca. 90°).
– Schroef de diepteaanslag 23 tegen de rich-
ting van de wijzers van de klok helemaal om-
hoog.
– Zet de gereedschaparm met de handgreep 5
in de gewenste stand.
– Schroef de diepteaanslag in de richting van
de wijzers van de klok tot het einde van de
schroef de hendel 47 raakt.
– Beweeg de gereedschaparm langzaam om-
hoog.
– Als u opnieuw de volledige zaagdiepte wilt
krijgen, draait u de hendel 47 met de wijzers
van de klok mee terug tot de hendel niet
meer verder kan.
Speciale werkstukken
Zet vooral gebogen of ronde werkstukken voor
het zagen goed vast, zodat deze niet kunnen
wegglijden. Bij de zaaglijn mag geen spleet tus-
sen werkstuk, aanslagrail en zaagtafel ontstaan.
Maak indien nodig speciale houders.
1 619 P03 475 | (10/4/08)
Nederlands | 137