nl
Aanwijzing
Als het supervriessysteem is
ingeschakeld kunnen de bedrijfsgeluiden
toenemen.
In- en uitschakelen
Afb. 2
1. Keuzetoets 1 indrukken tot
de indicatie diepvriesruimte 4
geactiveerd is.
2. Toets „super" 7 indrukken.
Als het supervriessysteem is
ingeschakeld, geeft indicatie
diepvriesruimte„SU" en „super" aan.
Ontdooien van
diepvrieswaren
Afhankelijk van soort en bereidingswijze
van de levensmiddelen kunt u kiezen uit
de volgende mogelijkheden:
bij omgevingstemperatuur
■
in de koelkast
■
in de elektrische oven, met/zonder
■
heteluchtventilator
in de magnetron
■
ã=
Attentie
Half of geheel ontdooide
diepvrieswaren niet opnieuw invriezen.
Pas na het koken of braden tot een kant-
en-klaargerecht kunnen ze opnieuw
worden ingevroren.
De maximale bewaartijd wordt hierdoor
bekort.
106
Uitvoering
(niet bij alle modellen)
U kunt de legplateaus en de deurvakken
naar wens verplaatsen:
Legplateau naar voren trekken, iets
■
laten zakken en aan de zijkant
uitzwenken. Afb. 5
Vakken in de deur iets optillen en eruit
■
halen. Afb. 6
Boter en kaasvak
Afb. 7
Flessenrek
Afb. 8
In de flessenrek kunnen flessen veilig
worden bewaard. De houder is variabel.
Flessenhouder
Afb. 9
De flessenhouder voorkomt dat
de flessen kantelen bij het openen en
sluiten van de deur.
Ijsbakje
Afb. *
Het ijsbakje voor ¾ met water vullen en
in de diepvriesruimte zetten.
Het vastgevroren ijsbakje alleen met een
bot voorwerp losmaken (steel van een
lepel).
Om de ijsblokjes los te maken:
het ijsbakje iets verbuigen of kort onder
stromend water houden.