NEDERLANDS
Verklaring van het onderdelenoverzicht
1.
Bovenste
8.
Mlterwiel
2.
Schakelhendel
9.
Onderstel
3.
Schakeldoos
10.
Voorwiel
4.
Wllgheldsknop
11.
Motorkap
5.
12.
Trekonüasting
6.
Grasopvangbak
13.
Grote wieldop
Snoerklem
14.
Groot wiel
7.
KEN
UW
GRASMAAIER
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig, met
de
aanbevolen veiligheidsvoorschriften
vÖör, tijdens en na
het gebruik van uw grasmaaier. Naleving van deze
eenvoudige voorschriften zorgt er 00k voor dat uw
grasmaaier goed blijft werken. Zorg dat u vertrouwd raakt
met de bedieningsknoppen van de grasmaaier voordat u
deze gaat gebruiken, maar zorg er in ieder geval voor. dat
u weet hoe u de motor in geval van nood snel kunt
uitschakelen. Bewaar deze gebmiksaanwijzing
en alle
andere documentatie van uw grasmaaier om deze later te
kunnen raadplegen.
1. VERKLARING
VAN DE
SYMBOLEN
OP HET
PRODUCT
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig
voordat u deze grasmaaier gaat gebruiken en
bewaar het op een veilige plek
deze later
te kunnen raadplegen
Houd omstanders
uit de but-rt.
14
A
Pas op voor de scherpe maaimessen.
Haal de stekker uit het stopcontact voor elke
onderhoudsbeurt
of als het netsnoer
beschadigd is.
Houd
het netsnoer
uit de buurt
van
het
Laat de schakelhendel
los om de
motor te stoppen.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWING.
PICTOGRAM:
Geen
een
veiligheidsvoorziening
of waarschuwing aan
en kan gebruikt worden in combinatie met
andere pictogrammenof
26
15.
mnerwielsteun
16.
Keine wieldop
17.
Kleine
wiel
18.
Voorwielsteun
19.
Controlelarnp
DUBBEL GEISOLEERD
Uw grasmaaier
is dubbel geisoleerd.
Dat betekent
dat alle externe onderdelen
elektrisch
gersoleerd ziJnvan de elektricteitsaansluitru
Dit is
bereikt door het aanbrengen van een extra isolatie-
afscherrning tussen de elektrische en mechanische
onderdelen.
2.
ALGEMENE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Et doel van deze veiligheidsvoorsch&n
is om uw
aandadlt te vestigen op mogelijke risico's. Uw
zorgvuldige aandacht en begrip voor de
veiligheldspictogrammen
en de daarbiJ behorende uRleg
is noodzakelijk, De veiligheidswaarschuwingen
zelf
voorkomen geen gevaar. De voorschrifen
of de
waarschuwingendie ze gevon golden niot als vervanging
voor de passende maatregelen ter voorkoming van
mgelukken.
WAARSCHUWING:
Als eon
veillgheldswaarschuwing
niet wordt nageleetd kan dit
ernstig letsel voor u of anderen tot gevolg hebben. Volg
altijd de veiligheidsvoorzieningen
op om het risico van
brand, elektrische schok of persoonlijk letsel te
verminderen. Bewaar de gebruiksaanwijzing en lees deze
door voor een veilige bediening
de toekomst
en aanwljzjngen te geven aan anderen dle dlt
gereedschap kunnen gebruiken.
WAARSCHUWING:
Bij on-.gang met elk
gereedschap bestaat het risico dat er vreemde
voorwerpen in uw ogen geslingerd worden, wat ernstig
oogletsel tot gevolg kan hebben. Voordat u begint met het
gebruik van het elektriSCh
dient u altijd een
beschermende bril of een veiligheidsbril met zijstukken en
een spatshrm
als dat
is te dragen. Wij adviseren
een breedzicht-veiligheidsmasker
om over een gewone
bril te dragen, Of een
met
zijstukken.
I)
Lees de gebruiksaanwijzingen
zcrgvuldig. Zorg dat u
vertrouwd bent met de bedieningsknoppen en de
juiste omgang
het gereedschap.
2) Laat in geen geval kinderen of personen die deze
niet gelezen hebben de
grasmaaier gebruiken. De leemjd van de gebruiker
kan landelijk gereglementeerd ziJn.
3)
Gebruik de grasmaaier in geen geval als er personen,
met name kinderen of dieren in de buurt zon.
4)
Denk eraan dat de bedienaar of gebruiker van de
grasmaaier aansprakelijk is
ongevallen en
onvoorziene gebeurtenissen die personen of hun
kunnen
overkomen
5)
Drug tijdens het maaien altijd stevige sctx)enen en
een lange broek. Gebruik de
niet met
blote voeten of met open sandalen.
6)
Controleer het gehele terrein dat u wilt maaien
en verwijder alles wat door het gereedschap kan
worden weggeslingerd.
7)
Voer v66r gebruik altijd altijd een visuele controle un of
het rnaatnes,
de mesbout of het maairrEchanisme
versleten of beschadgd is. Vervang het versleten of
beschadigd maaimes en mesbout altlJd samen, om
onbalans
te voorkomen.
8)
Werk alleen bij
Of bij goed kunstlidlt.
Gebruik de grasmaaier bij voorkeur niet wanneer het
9)
gras nat is.
10) Controleer op een glooiend terrein altijd Ofu
Vddoende
steun
hebt
orn te staan.
11) Loop rustig, nooit te snel.
12) Maal met cirkelmaaiers met wielen eon helling altijd
de dwarsrichång en nooit van boven naar beneden.
13) Ga altijd uiterst voorzichtig te werk
het veranderen
van rk;hting op een helling.
14) Maai niet op bijzonder steile hellingen.
15) Pas goed op als u de grasmaaier achteruit laat rijden
of naar u toe haalt.
16) Het maaimes moet stilstaan
de
bij het vervoeren moet worden gekanteld, wanneer de
grasmaaier over een oppervlak waar geen gras groeit
moet worden verplaatst en bij het vewoer naar en van
een te maaien gedeelte.
17) Gebruik de grasmaaier nooit met defecte
afscherrningen of zonder veiligheidsvoorzieningen
zoa18 eon achterklep en/0f grasopvangbak.
18) Start de motor
volgens de aanwijzingen en
houd
uw voeten
uit de buurt
van
het maaimes.
19) Kantel de grasrnaaierniet bij het starten of
inschakelen van de motor, behalve wanneer dit nodig
is. Kantel in dit geval alloen zo ver als
is en
alleen aan de van u afgekeerde ziJde.
20) Start de rmtor niet als u voor het ultwerpkanaal staat.
21) Kom niet met uw handen of voeten in de buurt van of
onder draaiende orderdelen, en blijf altijd uit de buurt
van de uitwerpopening.
22) De grasmaaier nooit optillen
dragen wanneer de
motor loopt
23) De rrot)-r üetten
en het nebnoer loskoppelen:
voordat u blokkerirwl
veMiJdert of voordat u het
uitwerpkanaal leegt;
- voordat u de grasmaaier controleert, reinigt of er
werkzaamheden aan gaat verrichten;
- na het raken van een vreemd voorwerp. Controleer
Of de
beschadigd is en laat deze Men
nodig repareren voordat u de grasmaaier oglieuw
gaat starten en gebruiken;
- als de grasmaaier op orvbruikdijke
manier begint
te trillen (onmiddellijk controleren).
24) Laat de bouten en de sciroeven vastgedraaid zitten
er zeker van te zijn dat het gereedschap altjd op
een veilige rnanjer gebruiksklaar is.
25) Controleer regelmatig de grasopvangbak op sljtage
en beschadigingen.
26) Vervang veiligheidshalve versleten of beschadigde
delen.
27) Gebruikde grasmaaier niet met een besdudigd of
versleten
28) Seek geen beschadigd neGnoer in het stopæntact of
raak een beschadigd netsnoer niet aan voordat de
stekker uit het stopcontact
getrokken. Bij een
beschadigd netsnoer is het mgelijk
in aanraking te
kornen
met delen
die onder
stroom
29) Raak het maairnes niet aan voordat het netsnoer is
Iosgekoppeld van de voeding en het maaimes
helemaal
stilstaat.
30) Houd het
uit de buurt van het maaimes. Het
maaimes kan het
beschadigen waardoor het
mogeIIB ISIn aanraklng te komen met delen dle onder
stroom
31) Het netsnoer loskoppelen (d.w.z. de stekker uit het
stopcontact trekken):
-
keer als u de grasmaaier onbeheerd
achterlaat;
-
u een blokkering verwijdert;
- voordat u de grasrnaaier controleert, reinigt of er
aan gaat verrichten -
het raken
van een vreerrxi voorwerp;
- als de grasmaahr op
manier begint
te trillen.
32) Kinderen dienen onder toezicht te staan om ervoor te
zorgen dat Zij niet met het apparaat spelen
33) Dit apparaat Is niet geschikt voor gebruik door
personen (waaronder kind«en) rnet een verminderd
IEhamelijk. zintLiglijk Of geestelijk vermogøn, Of
gebrek aan kennis en ervaring, behalve
Zij
instructies hebben gehad en onder toezicht
van
een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid.
34) Wanneer het netsnoer is beschadigd moet het
vervangen worden door een speciaal snoer of
snoersamenstel dat verkrijgbaar is b" de fabrikant of
zijn servWagentschap.
35) Aanwijzingen voor het veilig gebruik van het apparaat,
inclusief de aanbeveling dat het apparaat gevoed
moet worden via een elektrische beveiliging
(reststroomschakelaar)met een afslagstroomvan
maximaal
30 rnA.
36) Gebruik de grasmaaier uitsluitend vc« het doel
waarvoor hij is ontworpen: voor het maaien en
opvangen van gras. A1
gebruik kan
gevaaråjk zijn en sdlade aan het gereedsdlap
3.
BESCHRIJVING
VAN
DE
ONDERDELEN (Zie afb. 1)
27