Filterreinigingsknop; Vlakke Vouwfilter Vervangen; Reinig En Vervang Het Uitlaatfilter; Onderhoud - Parkside Performance PPWD 30 A1 Originalbetriebsanleitung

Filterreinigingsknop

Als het zuigvermogen afneemt, kunt u de-
ze verbeteren door op de filterreinigings-
knop te drukken.
1 2
1. Sluit de aansluiting zuigen (19) met
het afsluitdeksel (20).
2. Stel de volumestroomregelaar (2) in
op MAX. Schakel het apparaat in
(ON).
3. Druk op de filterreinigingsknop (11)
driemaal gedurende drie seconden.
4. Door het vouwfilter (36) wordt lucht
geblazen om resten en vuil te verwijde-
ren.
Vlakke vouwfilter
vervangen
Benodigde gereedschappen
Het apparaat heeft de volgende filters en
filterzakken:
• Schroevendraaier
Procedure (Fig. D)
1. Demonteer de motorkop (12).
Leg de motorkop (12) ondersteboven.
2. Draai de veiligheidsschroeven los (39).
3. Klap de hendel (38) omhoog en trek
de filterhouder (37) omhoog uit de mo-
torkop.
4. Druk de vlakke vouwfilter (36) uit de
filterhouder (37) naar beneden in een
stofdichte zak.
5. Reinig de filterhouder (37).
6. Plaats een nieuw vlakke vouwfilter (36)
in de filterhouder (37).
7. Plaats de filterhouder (37) in de motor-
kop (12) en klap de hendel (38) naar
beneden.
8. Zet de filterhouder (37) vast met de
veiligheidsschroeven (39).
3 4
3sec X3
T20H
9. Monteer de motorkop.
Reinig en vervang het
uitlaatfilter
Instructies
• Als de vlakke vouwfilter intact is en er
geen schadelijke stoffen worden opge-
zogen, hoeft het reinigen of vervangen
van de uitblaasfilters niet.
• Het apparaat is aan beide zijden voor-
zien van een uitlaatfilter. Vervang een
uitlaatfilter alleen door een identiek uit-
laatfilter.
Uitlaatfilter vervangen (Fig. E)
1. Druk de nok op de afvoerluchtuitlaat
(16) naar beneden.
2. Neem de afvoerluchtuitlaat (16) eruit.
3. Vervang de uitlaatfilter (40).
4. Plaats de afvoerluchtuitlaat (16) met
uitlaatfilter.

Onderhoud

Instructies
• Voor gebruikersonderhoud moet het
apparaat voor zover mogelijk worden
gedemonteerd, gereinigd en onder-
houden zonder gevaar te veroorzaken
voor onderhoudspersoneel en anderen.
Passende voorzorgsmaatregelen zijn
onder meer ontsmetting vóór demonta-
ge, het voorzien in lokale gefilterde ge-
forceerde ventilatie wanneer de machi-
ne wordt gedemonteerd, het schoon-
maken van de serviceruimte en geschik-
te persoonlijke beschermingsmiddelen.
• Bij onderhouds- of reparatiewerkzaam-
heden moeten alle verontreinigde voor-
werpen die niet op bevredigende wijze
kunnen worden gereinigd, worden af-
gevoerd. Dergelijke voorwerpen moe-
ten in ondoordringbare zakken worden
weggegooid in overeenstemming met
de geldende regelgeving voor de ver-
wijdering van dergelijk afval.
NL BE
81