EINHELL GE-PP 5555 RB-A Originalbetriebsanleitung Seite 81

De maximale capaciteit kan enkel met een zo
groot mogelijke leidingdiameter worden bereikt;
de capaciteit zal verminderen als slangen of
leidingen met een kleinere diameter worden aan-
gesloten.
Ontluchting:
Tijdens het bedrijf kan aan de ontluchtingspomp
water uittreden.
In acht te nemen!
Bij de installatie moet u er rekening mee houden,
dat het apparaat nooit aan de drukleiding of aan
de stroomkabel vrij hangend mag worden gemon-
teerd. Het apparaat moet aan het daartoe voor-
ziene handvat of het ophangoog worden opge-
hangen of op de schachtbodem worden gelegd.
Om een perfecte werkwijze van het apparaat te
verzekeren moet de schachtbodem steeds vrij
zijn van modder of andere verontreinigingen.
Bij een te laag waterpeil kan de modder in de
schacht snel droog worden en het aanlopen van
het apparaat beletten. Daarom is het noodzakelijk
het apparaat regelmatig te controleren (startpo-
gingen uitvoeren).
De pompschacht moet groot genoeg zijn.
5.2 Inzet van de pomp in een regenton
Monteer de meegeleverde buizenset als volgt en
let op de correcte zitting van de afdichtingen tus-
sen de afzonderlijke componenten (afb. 3):
1. Verbind de telescoopbuis (8) met de korte
verlengbuis (7).
2. Schroef de hele telescoopbuis vast aan de
langere verlengbuis (6) en de zwenkbare
aansluiting (9).
Om de pomp te gebruiken in een regenton moet u
als volgt te werk gaan:
•
Verbind de buizenset met de pomp.
•
De pomp kan met de inhanghaak (afb. 3,
pos. B) in een regenton worden gehangen.
Voor de variabele instelling van de hoogte
maakt u de klemhuls van de telescoopbuis
(afb. 3, pos A) los en draait u de klemhuls
vast in de gewenste positie. De lengte van de
telescoopbuis moet zo worden ingesteld, dat
de pomp de bodem niet raakt. Verontreini-
gingen worden daardoor uit de buurt van de
pomp gehouden.
•
De hoogte van de inhanghaak kan met be-
hulp van de telescoopbuis zonder resp. met
Anl_GE-PP_5555_RB-A_SPK9.indb 81 Anl_GE-PP_5555_RB-A_SPK9.indb 81
NL
verlengbuis worden ingesteld tussen 63 - 108
mm.
•
Eventueel de telescoopbuis verlengen met
een slang.
•
Open om water te ontnemen de afsluitkraan
(afb. 3, pos C).
5.3 Netaansluiting
Gevaar!
Het door u aangekochte toestel is reeds voorzien
van een veiligheidsstekker. Het toestel is bedoeld
om op een veiligheidsstopcontact met 230-240 V
wisselstroom 50 Hz te worden aangesloten. Ver-
gewis u er zich van dat het stopcontact voldoende
beveiligd is (minstens zekering van 6 A) en hele-
maal in orde is. Steek de netstekker het stopcon-
tact in: het toestel is meteen bedrijfsklaar.
6. Bediening
Als u de installatie- en gebruiksinstructies
nauwkeurig hebt gelezen kan u het toestel in ge-
bruik nemen mits inachtneming van het volgende:
•
Vergewis u er zich van dat het toestel veilig is
opgesteld.
•
Controleer of de drukleiding naar behoren is
aangebracht.
•
Vergewis u zich ervan dat het toestel op
230-240 V ~ 50 Hz is aangesloten.
•
Controleer of het elektrische stopcontact in
een behoorlijke staat verkeert.
•
Controleer of ervoor gezorgd is dat nooit
vocht of water bij de netaansluiting terecht
kan komen.
•
Vermijd het drooglopen van het toestel.
•
Om het apparaat uit te schakelen verwijdert u
de netstekker uit het stopcontact.
Aanwijzing!
1. Laat de pomp aan een bevestigingskabel
neer in de bron of hang hem in de regenton.
2. Netstekker aansluiten aan een contactdoos.
De pomp start meteen nadat de aansluitkabel is
ingestoken.
6.1 Automatisch bedrijf:
De pomp bouwt druk op (bijv. waterkraan ges-
loten) en schakelt zich dan vanzelf uit. Door de
geïntegreerde terugslagklep blijft de druk zo lang
in de slang gehandhaafd, tot er weer water wordt
ontnomen.
Wanneer de druk daalt onder 1,2 bar, dan scha-
- 81 -
28.11.2023 13:55:57 28.11.2023 13:55:57