NL
VERTALING VAN ORIGINELE
GEBRUIKSAANWIJZING
HAAKSE SLIJPER
59G187
LET OP: ALVORENS MET GEBRUIK VAN HET ELEKTROGEREEDSCHAP
TE BEGINNEN, LEES AANDACHTIG DEZE GEBRUIKSAANWIJZING
EN BEWAAR HET VOOR LATERE RAADPLEGING.
GEDETAILLEERDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
HAAKSE SLIJPER, WAARSCHUWINGEN INZAKE VEILIGHEID
Veiligheidsaanwijzingen betreffende slijpen, slijpen met
schuurpapierschijven, werk met draadborstels en snijden met
slijpstenen.
• Dit elektrogereedschap kan alleen als slijper, slijper
voor slijpen met schuurpapier, draadborstels, polijsten
en slijpzagen gebruikt worden. Volg alle aanwijzingen
betreffende de veiligheid, instructies, beschrijvingen en
gegevens geleverd met het elektrogereedschap op. Het niet
opvolgen van de onderstaande aanwijzingen kan het gevaar van
elektrocutie, brand en/of zware letsels tot gevolg hebben.
• Dit elektrogereedschap is niet bestemd voor polijsten.
Gebruik strijdig met de bestemming kan het gevaar en risico van
letsels met zich meebrengen.
• Het is verboden om toehoren te gebruiken die niet door de
producent voorzien en aanbevolen zijn. Dat het toebehoren
gemonteerd kan worden, garandeert geen veilig gebruik.
• Het maximale toegestane toerental van het gebruikte
werkstuk kan niet lager zijn dan het maximale toerental op
het elektrogereedschap aangegeven. Het werkstuk die sneller
dan de toegestane snelheid draait, kan breken en afspringen.
• De buitendiameter en -dikte van het werkstuk moeten met de
afmetingen van het elektrogereedschap overeenstemmen.
Werkstukken met onjuiste afmetingen kunnen niet voldoende
gecontroleerd worden.
• Werktuigen met schroefdraad moeten goed aan de spil
aangepast zijn. Bij werkstukken bevestigd met behulp van
de kraag moet de diameter van de opening van het werkstuk
aan de diameter van de kraag aangepast zijn. Werkstukken
die niet goed op het elektrogereedschap zitten, draaien niet
gelijkmatig, trillen zeer sterk en kunnen het verlies van controle
over het elektrogereedschap als gevolg hebben.
• Het is strikt verboden om beschadigde werkstukken
te gebruiken. Alvorens elk gebruik controleer alle
slijpaccessoires, bv. slijpstenen met het oog op barsten,
slijpschijven met het oog op schuren of sterke slijtage,
draadborstels met het oog op losse of gebroken draden.
Na val van het elektrogereedschap of werkstuk controleer
of deze niet beschadigd is of gebruik een ander, niet
beschadigd werkstuk. Na controle en bevestiging laat het
elektrogereedschap door 1 minuut met volle kracht draaien,
maar let op dat de bediener noch andere personen in de
buurt niet binnen het bereik van het draaiende werkstuk
zich bevinden. De beschadigde werkstukken breken meestal
tijdens deze proeftijd.
• Persoonlijke
beschermingsmiddelen
Afhankelijk van het soort werk gebruik een gelaatsmasker
voor het gehele gelaat, oogbescherming of veiligheidsbril.
Indien nodig gebruik een stofmasker, gehoorbescherming,
veiligheidshandschoenen of een speciale jas die tegen
de kleine deeltjes van het geslepen en bewerkt materiaal
beschermt. Bescherm de ogen tegen de in het lucht aanwezige
vreemde voorwerpen die tijdens de werkzaamheden ontstaan.
Het gelaatsmasker en ademhalingsbescherming dienen dit stof
te filtreren. Langdurige blootstelling op lawaai kan het verlies
van gehoor veroorzaken.
• Let op zodat geen derden in de veilige afstand van het
werkbereik van het elektrogereedschap zich bevinden.
Iedere persoon die in de buurt van het draaiende
elektrogereedschap zich bevindt, dient van persoonlijke
beschermingsmiddelen gebruik te maken. De afbrokkelingen
van het bewerkte voorwerp of gebroken werkstukken kunnen
wegschieten en ook buiten het werkzone van het gereedschap
letsels veroorzaken.
• Indien bestaat er de kans dat het gereedschap verschuilde
elektrische
aanraken, grijp het alleen op het geïsoleerde deel van de
behuizing. Het contact van het gereedschap met de kabel onder
spanning kan elektrocutie van de operateur als gevolg hebben.
• Houd de spanningskabel niet in de buurt van draaiende
onderdelen van werkstukken. Bij het verlies van controle over
het gereedschap kan de spanningskabel doorgesneden worden
en de arm of hand kunnen tussen de draaiende onderdelen van
het gereedschap ingedraaid worden.
• Leg het elektrogereedschap pas na volledig stilstaan van
het werkstuk weg. Het draaiende werkstuk kan in contact
met de oppervlakte komen en het verlies van controle over het
gereedschap veroorzaken.
• Verplaats het elektrogereedschap niet indien het beweegt.
Een toevallig contact van de kleding met het draaiende werkstuk
kan het indraaien van het werkstuk in het lichaam van de
bediener tot gevolg hebben.
• Reinig
elektrogereedschap. De blower van de motor zuigt het stof
in de behuizing af en ophoping van metalen stof kan elektrisch
gevaar veroorzaken.
• Het is verboden om elektrogereedschap in de buurt van
brandbare materialen te gebruiken. De vonken kunnen
ontbranding veroorzaken.
• Gebruik geen gereedschappen die koelvloeistoffen eisen.
Het gebruik van water of andere koelvloeistoffen kan elektrocutie
tot gevolg hebben.
Terugslag en de aangepaste veiligheidsaanwijzingen
• De terugslag is een acute reactie van het elektrogereedschap
op blokkade of belemmering van de draaibeweging van het
werkstuk, zoals slijpsteen, slijpschijf, draadborstel ezv. Het
aanhaken of blokkade veroorzaakt het acuut stopzetten
van
elektrogereedschap gaat in de richting tegen de draaiingen
van het werkstuk weggeschoten worden. Indien de slijpsteen
belemmerd of beklemd in het bewerkte voorwerp raakt, kan
de ingedoken rand blokkeren en wegvallen of terugslaan.
De beweging van de slijpsteen (naar de bediener toe of in
de omgekeerde richting) is afhankelijk van de richting van de
slijpsteen in de blokkade plaats. Daarnaast kan de slijpsteen
ook breken. De terugslag vormt een gevolg van onjuist of
foutief gebruik van het elektrogereedschap. Bij het navolgen
zijn
verplicht.
van de beschreven veiligheidsaanwijzingen het kan worden
vermeden.
125
leidingen
of
eigen
regelmatig
de
ventilatieopeningen
het
draaiende
werkstuk.
Het
spanningskabel
kan
van
het
ongecontroleerde