Kenwood MIDI M-50 Bedienungsanleitung Seite 70

NEDERLANDS
Bij eventuele moeilijkheden
Wat op het eerse gezich een storing lijkt, is nietaltijd een echt defekt.
Kontroleer daarom de volgende punten, voordat u het toestel.
Mogelijke oorzaken Oplossing
De frekwentie van de zender is nietinde {Leg de frekwentie van de gewenste
voorkeuzetoets (PRESET, 1 - O) vast- | zender in de voorkeuzetoets (PRESET,
gelegd. 1 - O) vast.
Tuner
Niet mogelijk een zender to ontvangen
bij indrukken van een voorkeuzetoets.
(PRESET, 1 - 0).
Voor de handelingen voor vastleggen
opnieuw uit.
Het geheugen is uitgewist na een
stroomuitval.
Niet mogelijk een zender te ontvangen
bij indrukken van een voorkeuzetoets
(PRESET, 1 - 0) zelfs na vastleggen.
1. Stel de richting van de antenne bij.
2. Plaats een buitenantenne speciaal
voor FM-ontvangst.
De radiogoven zijn te zwak.
Ruis bij FM-stereo.
1. Plaats de antenne op een plek weg
van het wegverkeer.
2. Schakel andere elektrische ap-
paratuur uit.
. Storing van het kontakt van een
auto. :
2. Invioed van andere elektrische ap-
paratuur.
. Zet een cassette op.
. Zet de cassette stil.
. Geen cassette ingelegd.
2. Het cassettedeck is reeds aan het
afspelen of aan het opnemen van de
tuner.
Het cassettedeck begint niet met
opnemen wanneer de REC-toets van de
tuner ingedrukt wordt.
Cassettedeck
Symptoom Mogelijke oorzaken Oplossing
Stop de opname of weergave en druk
daarna de EJECT-toets in.
Het kompartiment kan niet geopend | De toets is ingedrukt tiidens opname of
worden door de EJECT-toets in te druk- | weergave.
ken.
Het kompartiment kan niet geopend
worden door de EJECT-toets in te druk-
ken tijdens opname of weergave.
De dikte van de cassette of de spoeldia- | Een verschil in cassettes, geen defekt.
meter is verschillend.
De nummers van de bandteller komen
niet overeen na_veranderen' van
cassette (C-46 en C-60 tape).
. Spoel de cassette terug of keer de
cassette om.
2. Neem de lussen op met een potlood.
. Verander van cassette.
. De cassette is reeds naar een kant
opgewonden.
2. In de band bevinden zich lussen.
3. De cassette is niet goed opge-
wonden.
De cassette wordt niet gespoeld.
1. Leg een cassette in, waarvan de
wispreventienokken niet verwijderd
zijn (breng plakband aan over de
uitsparing).
2. Sluit de houder volledig.
3. Zie ''Uitvoeren van opnamen'' op
pagina 60, 67.
. Zie ''Aansluitingen'' op pagina 41, 42.
2. Zie ''Eenvoudig onderhoud'' op
pagina 69.
. Verander van cassette.
. Leg een voorbespeelde cassette in.
1. De wispreventienok is uitgebroken.
2. De cassettehouder is niet geheel
gesloten.
3. Het opnamevolume is op een bijzon-
der laag niveau ingesteld.
Bij indrukken van de opnametoets
(REC) wordt de opname niet gestart.
. Verkeerde aansluiting.
2. De kop is vuil.
3. De cassette is niet goed opge-
wonden.
. De cassette is niet opgenomen.
Bij indrukken van de weergavetoets
(PLAY) wordt de weergave niet gestart.
70 mioi m-50/m-50x (E)