Installatie; Constructie En Montage Van De Lastoorts; Ltg En Ltw Lastoorts Aansluiten Op Lasmachine - LORCH LTG 900 Bedienungshandbuch

Installatie

5 Installatie
Volg ook de operationele in-
structie van de las machine fa-
brikant
5 .1 Constructie en montage van
de lastoorts
Voorbeeld voor het plaatsen van de Wol-
fram elektrode:
5
3
4
 Plaats klemnippel (2) in klemnippelhuis(3)
en schroef deze met de hand op het toorts
lichaam (1).
 Schroef de keramische gascup (4) op het
klemnippelhuis (3).
 Plaats wolfram elektrode (5) vanaf de ach-
terzijde door de klemnippel; zorg ervoor
dat de elektrode voldoende lengte heeft.
NB! Elektrode kan scherp zijn.
 Schroef de wolframkap (6) op achterzijde
van het toortslichaam (1).
‰ De lengte van de wolfram elektrode is af-
hankelijk van het type wolframkap.
Klemnippel, houder en wolfram
elektrode moeten dezelfde diame-
ter hebben!
10.12
6
2
1
De grootte van de gascup moet
worden afgestemd op de wolfram
elektrode.
5 .2 LTG en LTW lastoorts aan-
sluiten op lasmachine
Zorg ervoor dat alle toortsaansluitingen
zorgvuldig en correct op de lasmachine wor-
den aangesloten.
WAARSCHUWING! De TIG las-
machine moet uitgeschakeld zijn!
 Aansluiting stroomkabel: Plaats stroom-
koppeling van de lastoorts in de daarvoor
bestemde aansluiting van de LORCH las-
machine, en zeker deze door koppeling
naar rechts te draaien.
 Aansluiting schakelaarkabel:
stekker van de lastoorts op de daarvoor
bestemde aansluiting van de LORCH
lasmachine, en deze dmv een bajonetver-
binding vastzetten.
 Aansluiting gasslang: Steek gasnippel
van de lastoorts in de daarvoor bestemde
snelkoppeling van de LORCH lasmachi-
ne, en controleer of verbinding solide is.
 Aansluiting waterslangen: (alleen voor
LTW toortsen) Steek waternippels van
de lastoorts volgens kleurmarkering in de
daarvoor bestemde snelkoppelingen van
de LORCH lasmachine, en controleer of
verbinding solide is.
– Blauw = wateraanvoer
– Rood = waterafvoer
Vóór eerste ingebruikname en ná
wisseling van de waterslangen, het
koelvloeistofniveau in de koelunit
controleren en de unit ontluchten.
Plaats
- 33 -