Siemens SITRANS P DS III Kompaktbetriebsanleitung Seite 286

3.4 Montage "vulstand"
3.4.1 Montage-instructies voor montage t.b.v. vulstandmeting
Voorwaarden
Opmerking
Vergelijk de gewenste bedrijfsparameters met de gegevens op het typeplaatje.
Let bij het aanbouwen van de druktransducer tevens op de gegevens op de transducer.
Opmerking
Bescherm de druktransmitter tegen:
directe warmtestraling
•
abrupte temperatuurschommelingen
•
sterke vervuiling
•
mechanische beschadiging
•
directe zonnestraling
•
Opmerking
Kies de hoogte van de aanbouwflens zodanig dat de drukmeetomvormer altijd onder de laagste te meten vulhoogte
gemonteerd is.
Voor de plaats van inbouw gelden de volgende eisen:
● goed toegankelijk
● zo dicht mogelijk bij het meetpunt
● trillingvrij
● binnen de toegestane omgevingstemperatuurwaarden
3.4.2 Monteren voor vulniveau
Opmerking
U heeft voor montage de afdichtingen nodig. De afdichtingen moeten compatibel zijn met de te meten stof.
Afdichtingen worden niet meegeleverd.
De werkprocedure
Om de drukmeetomvormer voor het vulpeil te monteren, gaat u als volgt te werk:
1. Plaats de afdichting tegen de contra-flens van het reservoir.
Let erop dat de afdichting goed gecentreerd is en dat deze in geen enkele positie de bewegingsvrijheid van het
scheidingsmembraan van de flens beperkt, anders is de afdichting van de procesaansluiting niet gegarandeerd.
2. Schroef de flens van de drukmeetomvormer aan.
3. Let op de montagepositie.
3.4.3 Aansluiting van de minusdrukleiding
Montage aan een open reservoir
Bij meting aan een open reservoir is geen leiding noodzakelijk, omdat de minuskamer met de atmosfeer verbonden is.
Bescherm de open aansluitstomp tegen binnendringend vuil. Bijvoorbeeld door toepassing van sluitschroeven met
ontluchtingsventiel 7MF4997-1CP.
284
SITRANS P DS III/P410 (7MF4.33.. 7MF4.34.. 7MF4.35..)
A5E03434626-04, 05/2015