Overzicht Bezetting Aansluitklemmen - Bosch MC 400 Installationsanleitung

3.2.4

Overzicht bezetting aansluitklemmen

Dit overzicht toont voor alle aansluitklemmen van de module, welke in-
stallatiedelen kunnen worden aangesloten. De met * gemarkeerde be-
standdelen (bijvoorbeeld HS1 of M1) van de installatie zijn als
alternatief mogelijk. Afhankelijk van de toepassing van de module wordt
een module op de aansluitklem "BUS1" aangesloten.
Complexere installaties worden in combinatie met aanvullende cascade-
modules gerealiseerd. Daarbij zijn van het overzicht van de aansluit-
klemmen afwijkende bezettingen van de aansluitklemmen mogelijk.
120/230VAC 120/230VAC
N L
N L
M
PC0 A0 230 V AC
Legenda bij afbeelding boven en bij afbeelding 23 tot 25 (geen identificatie van de aansluitklemmen):
230 V AC Aansluiting netspanning
A0 Storingsmelding op afstand
A1 Externe schakelaar storing
BUS BUS-systeem EMS 2 / EMS plus (niet op BUS1 ... BUS4
aansluiten)
BUS1...4 BUS-systeem EMS / EMS plus of EMS 2 / 2-draads-BUS
(direct op HS1 ... HS4 of M1 ... M4 aansluiten)
CON Bedieningseenheid met BUS-systeem EMS 2 / EMS plus
(Controler)
GLT Gebouwautomatiseringstechniek met 0-10 V interface
(GebäudeLeitTechnik)
HS1...4 Warmtebron 1 (op BUS1) ... 4 (op BUS4) op individuele
MC 400 of eerste slave-MC 400 (M1) / (Heat Source)
HS5...8 Warmtebron 1 (op BUS1) ... 4 (op BUS4) tweede slave-
MC 400 (M2) / (Heat Source)
I2 Schakelaar voor maximaal vermogen (alle warmtebronnen
leveren maximaal vermogen, indien gesloten; Input)
I3 Stopschakelaar (warmtevraag naar alle warmtebronnen
wordt onderbroken, indien geopend; Input)
M1...4 Slave-cascademodule 1 (op BUS1) ... 4 (op BUS4)
MC 400 Cascademodule
MM 100 CV-circuitmodule (EMS 2 / EMS plus)
PC0 Cascadepomp (aan/uit of optionele toerentalregeling via
PWM- of 0-10 V-signaal met op aansluiting OC1;
Pump Cascade); alleen bij warmtebronnen zonder pomp
PC1 CV-pomp (Pump Circuit); alleen bij cv-circuits zonder pomp
MC 400
MC400
4 5 6
3
2
1
0
120/230 V AC
PC0 A0
N 63 NO C NC
120/230 V AC
PC1 A1
N L N 63 L IN
N L
M
230 V AC PC1 A1
Wanneer op de aansluitklem I3 geen stopschakelaar
(verbreekcontact) is aangesloten:
▶ Meegeleverde brug op de aansluitklem I3 aansluiten.
7
1)
8
9
10 10
≤ 24V
BUS3 BUS4
T0 I2 I3 OC1
1 2 1 2 1 2 1 2 3 1 2 1 2
1)
≤ 24V
T1 T2 0-10V BUS1 BUS2 BUS
1 2 1 2 1 2 3 1 2 1 2 1 2
1 2 3
0-10V
T1 T2 PO HS1* HS2* CON
M1* M2*
PO Vermogens-feedback (0-10 V-signaal; Power Output)
T0 Temperatuursensor aanvoer (Temperature sensor)
T1 Temperatuursensor buitentemperatuur (Temperature
sensor)
T2 Temperatuursensor retour (alleen nodig, wanneer PC0 met
toerentalregeling via 0-10 V-signaal op aansluiting OC1;
anders optie; Temperature sensor)
1) Alleen nodig, wanneer op de aansluitklem I3 geen stopscha-
kelaar is aangesloten.
Installatie | 61
1 2 3
PWM
0-10V
PC0
T0 I2 I3 HS3* HS4*
M3* M4*
6 720 809 449-16.2O
6 720 809 453 (2014/12)